ana Johanna van der Keessel, eene hoogst beschaafde en vrome vrouw, die hem vijf kinderen schonk, waarvan een zoon hier volgt.
Hij schreef:
Der Staten Verbodsdag plegtiglijk gevierd op den 15den Februarij 1769 in eene kerkelijke Redevoering over Klaagliederen 3 vs. 37-40. Leid. 1769, 4o.
Jubel Redevoering op het Eerste Eeuwgetijde van het Diaconie- Oude Vrouwen- en Mannenhuis Amst. 1783, 4o.
Zie Boekz. der Gel. Wereld, 1756, a. bl. 660, 800, b. 252, 1757 b. 630, 756; Croese, Kerk. Reg. der Predik. te Amst., bl. 370-373; Arrenberg, Naamreg. van Ned. Boek.; Schotel, Kerk. Dordr., D. II. bl. 595, M.C. van Hall, ter Naged. van Mr. Angel. Jac. Cuperus (Amst. 1831), bl. 5.