[Petrus Colvius]
COLVIUS (Petrus), geboren te Brugge in 1567. Hij onderscheidde zich onder de geleerden van zijnen tijd, en ware hem een langer leven geschonken, dan zou hij welligt onder de beroemdste mannen geteld zijn geworden. Zijne levensbijzonderheden zijn niet bekend. Alleen weten wij, dat hij ook in de regtsgeleerdheid studeerde en de doctorale waardigheid verkreeg. Zich in Duitschland ophoudende, verbond hij zich, waarschijnlijk als secretaris, in dienst van een' ambassadeur aan het Fransche hof, en had hij in 1594 het ongeluk van in een der straten van Parijs door een muilezel zoodanig geschopt te worden, dat hij aan de gevolgen er van overleed, den ouderdom van 27 jaren naauwelijks bereikt hebbende. Janus Douza vervaardigde op hem twee grafschriften, waarin op dat ongeval gezinspeeld wordt.
Colvius beoefende met goed gevolg de latijnsche dichtkunst, en zijne hier en daar verspreidde latijnsche verzen, (sommige zijn opgenomen in de Deliciae Poëtarum Belgicorum, P. I. p. 978), worden door bevoegde beoordeelaars geprezen.
Als geleerde maakte Colvius zich bekend door de bezorging van eene goede uitgave der werken van Apulejus, (Leiden 1588. 8o.), terwijl hij geleerde aanteekeningen schreef op de werken van Sidonius Apollinaris, die na zijn dood met dien schrijver door zijn' vriend Johannes a Wouweren (Parijs 1598. 8o.) zijn uitgegeven, en waarvan in 1617