beklommen en het schip reeds vol dooden vonden. De trompetter van Cleynsorgh haalde de vlag van den steng en ontving het toegezegde loon, 100 stukken van achten. Het Admiraalschip werd veroverd, geplunderd en, op strand geloopen, door de Spanjaarden zelven verbrand.
In later tijd is Cleynsorgh vooral beroemd geworden door zijne gevechten met de Duinkerksche kapers, van welke hij onder anderen, in 1614, met andere Kapiteinen onderscheidene schepen genomen, in den grond geschoten of verbrand heeft. Ook heeft hij zich vooral zeer loffelijk gekweten tegen de Afrikaansche zeeroovers in den zomer van het genoemde jaar.
Zie Baudartii, Memoriën, B. IV, bl. 26; (Orlers), Nassauische Lauwercrans, bl. 210; v(an) d(en) B(os) Leeven en daden der Doorl. Zeehh., D. II, bl. 5, 9; de Jonge, Nederl. Zeew. D. I. bl. 336.