koren, dat zij met hem trouwbelofte wisselde en het huis van haren Neef Hendrik van Brederode ontvlugtte. Haar vader en haar broeder waren woedend over de schande hun geslacht aangedaan, en Brederode trok zich die zaak, blijkens zijne brieven, zeer aan. Later schijnt er echter eene vereeniging te hebben plaats gegrepen, althans het huwelijk werd voltrokken, en het was ongetwijfeld op het voetspoor zijns schoonvaders, dat Palamedes na den beeldenstorm de Spaansche zijde koos. Zijne oudste en jongste zonen dienden den Koning van Spanje, onder Graaf Hendrik van den Bergh en sedert de Aarthertogen.
Zie de la Pise, Tableau de l'Hist. des Princes et Principatez d'Orange, pag 295; Heering, Aanh tot de Vaderl. Hist. van Wagenaar, D. I. St. I. bl. 175 noot; te Water, Hist. van het verb. der Edelen, St. II. bl. 321 en 322, St. III. bl 508; de Chalmot, Biogr. Woordenb.; Bosscha, Neêrl. Heldend. te Land, D I. bl. 127, 131; Groen van Prinsterer, Archiv. de la Mais. d' Orange-Nassau, Tom. II. pag. 109, 126, 132, 215 suiv., 223.