Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 3
(1858)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij
[pagina 94]
| |
berg, Stadhouder van Friesland, belast met het opmaken der credentie of geloofsbrief voor de Gezanten, die bij de Gouvernante Margaretha en bij den Keizer het verzoek der Staten van de Provincie tot amnestie voor de aanhangers van de partij des Hertogs van Gelder, met nog twaalf andere punten moesten voordragen. In 1523 werden in onderscheidene plaatsen van Friesland corpsen opgerigt tot verdediging tegen de invallen der Gelderschen en Foppe Camstra met Juw Unia en Oene Tjallings tot Oversten in het Zuider Trimdeel van de grietenij Leeuwarderadeel benoemd. Zoodra de klok geklept of door het aansteken van vuren een teeken werd gegeven, waren de ingezetenen verpligt zich naar de aangewezen loopplaatsen te begeven en onder bevel van hunne Oversten op te trekken. Foppe overleed den 9den Junij 1525, zonder ooit gehuwd te zijn geweest. Zie Winsemius, Chron. van Friesl. bl. 467; Gabbema, Verh. van Leeuw. bl. 349; Charterb. van Friesl. Dl. II. |
|