Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 2. Eerste en tweede stuk
(1854)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij
[pagina 808]
| |
Sloten voor de Gelderschen bezet hielden, en toen die stad door de Bourgondische, onder Jan van Wassenaer, belegerd werd, haar dapper verdedigden. Zij zagen zich evenwel gedwongen haar in het begin van December over te geven op de navolgende voorwaarden: ‘Alle belegerde mogten verhuysen waer heen sy wilden, behalven naer de Lemmer ofte Steenwijk, ende de Vriesen zich binnen een maend tijds beraeden of hen het besteek van Dockum ende Bolswaerd aenstond; indien iae, zouden sy mogen blyven, ende anders moeten ruymen.’ Daar echter Wiord van Bolsward, tegen zijn woord aan, zich naar Steenwijk wilde begeven, werd hij onderweg opgevat en gevankelijk naar Leruwarden gevoerd, waar hij na eenige dagen ter dood veroordeeld op een hoog schavot bij het Raadhuis onthalsd en voorts bij de galg op een rad gelegd werd. Zie Slichtenhorst, Geldersche Geschied., bl. 373 en 374. |
|