De zingende zwaan, of vervolg op de Overtoompse markt-schipper(1759)–Anoniem Zingende zwaan, of vervolg op de Overtoompse markt-schipper– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 9] [p. 9] Treur-zang over de Elende van Lissabon, door de zwaare Aardbeving van den Eersten November 1755. KOmt hier gy Christen Scharen, Ziet Godes slaande hand! Laat ons Lighaam bedaren Van haar Zonden stand; En hoord na de Elende, Van LISSABON met geklag, Daar niemand anders kende, Dan den Iongsten-dag. d'Aarde begon te beven, En scheurden met kragt, De Waters daar beneven, Vloeyden boven magt, De Steen-rotzen die sprongen, En spleten van elkaar, De Huyzen neer gedrongen, O! bedroeft en naar. Kerken en Kloosters vielen, En storten ter neer, De Menschen zag men knielen, En aanbaden den Heer, Niemand kon het ontvlugte, Neen 't was geen Vyands-magt, Die Godt verhoorde haar zugte, Zijn 'er van gebragt. In dees bedroefde Elende: Raakten groote Brand, Niemand en kon zig wende: Om te doen bystand, Geen Menschen konde lopen, Of op haar Beenen staan: Die langs de Straaten kropen, Zagen het Treur-spel aan. [pagina 10] [p. 10] Wie was daar zonder vreze, Met geen dood belaan? Een yder dagt mits deze, De Waereld zou vergaan: Den Koning hem zalveerde, Al in een Houte Hut, En die het al regeerde, Heeft hem nog beschut. Wel Vijftig-duyzend Zielen, Zijn daar kleyn en groot, Die onder de Puynhoop vielen, Elendig en gedood: Het droevig lammeteren Van Ouders en Kinders zoet, Elk riep: O Heer der Heeren, Dog onz' Ziel behoed. Deze straf des Heeren, Is ons duur geschied, En laat ons tot hem keeren, Eer 't hem weer verdriet: Zo hy met onze Zonden, Wil in 't Gerigte gaan, Wie werd 'er dan bevonden, Om voor hem te staan? Den Heer heeft ons doen blijken 't Wonder van zijn kragt, Hoe Lissabon die Rijken Stad, is om gebragt, Hoe beefden hier de Stroomen! 't Scheen ons een drygement, 't Kan ons ook over komen, Dit bedroefd Elend. 'k Hoop Godt wil ons Nederland, Voor zulk een ramp bewaren, En doen de geene weer bystand, Die dit is wedervaren. Vorige Volgende