| |
| |
| |
Uitgaven van jezuïeten in de Noordelijke Nederlanden 1601-1650
Paul Begheyn s.j.
De jezuïeten en hun waardering voor het boek
Met de Afbeeldinghe van d'eerste eeuwe der Societeyt Iesu hebben de Vlaams-Belgische jezuïeten in 1640 het honderdjarig bestaan van hun orde willen markeren. In dit prestigieuze werk wijden zij een apart deel aan hun eigen provincie, waartoe ook het huidige Nederland behoorde. De auteur licht in het hoofdstuk over de werkzaamheden zijn opzet toe: ‘Mijn voornemen alleenlijck is, hunne oeffeninghen ende moeyten (hoe wel niet allegader: want dit onmoghelijck hier waere; maer twaelf de principaelste, als de twaalf vroomste wercken van Hercules, waer uyt de reste ghespeurt magh worden) voor ooghen te stellen, diese tot dien eynde met Godts gratie aenveerdt hebben.’Ga naar eind1. Als twaalfde werk wordt het schrijven en uitgeven van boeken genoemd: ‘De vrucht die uyt de boecken komt, is dies te meerder en achtbaerder, hoe sy haer verder door de heele wereldt uytstreckt, ende langher van duere is als de menschen selve, van wie zy voortkomt. [...] Hoe dat haer onse Provincie hier in ghedraghen heeft, en konnen wy niet verberghen, schoon dat wy wilden, naedemael de stucken in 't licht ende aen alle de wereldt bekent zijn.’Ga naar eind2. Vervolgens passeren de meest bekende auteurs de revue. De productiviteit van deze Provincia Flandro-Belgica is opmerkelijk, zoals blijkt uit een analyse van twee in 1643 verschenen bibliografieën, de Bibliotheca scriptorum Societatis Iesu van de Brusselse jezuïet Philippe Alegambe (1592-1652), en de Bibliotheca Belgica van de Leuvense hoogleraar Valerius Andreas (1588-1655).Ga naar eind3.
| |
De situatie in de Noordelijke Nederlanden
Van het huidige Nederlandse grondgebied werd het gedeelte boven de grote rivieren, dat zich losgemaakt had van zijn Spaanse heer, door de kerkelijke instanties gekarakteriseerd als ‘Hollandse Missie of Zending’. In vergelijking met hun confraters in de Zuidelijke Nederlanden waren de jezuïeten in de Noordelijke Nederlanden zodoende in de allereerste plaats werkzaam als missionaris, meestal als enkeling, soms met twee of meer. Buiten de louter priesterlijke taken was er weinig gelegenheid zich te wijden aan het schrijven en publiceren van boeken. Alleen in de colleges in Noord-Brabant en Limburg hebben zij daartoe wel de mogelijkheid gehad. Tussen 1600 en 1650 steeg het aantal jezuïeten in de Noordelijke Nederlanden van 2 tot 90, gevestigd in 63 staties en in vier colleges, die in genoemde periode korte of langere tijd bestaan hebben.Ga naar eind4.
Tegen deze achtergrond is het opmerkelijk dat er 134 publicaties van jezuïeten teruggevonden konden worden, die uitgegeven zijn in de Noordelijke Nederlanden in de eerste helft van de zeventiende eeuw.Ga naar eind5.
| |
| |
| |
Publicaties verzorgd door de vier colleges
Gedurende de jaren 1600-1650 hebben er op het huidige Nederlandse grondgebied vier colleges bestaan, te Maastricht, Den Bosch, Roermond en Breda. Het onderwijs van de jezuïeten vormde het draagvlak van hun maatschappelijke invloed en betekenis, en was tegelijkertijd het speerpunt van hun activiteiten.Ga naar eind6. Ofschoon twee van deze vier colleges slechts een beperkte levensduur gekend hebben, en van de andere twee het bestaan tijdelijk onderbroken geweest is, is ruim een kwart van de jezuïetenpublicaties uit de eerste helft van de zeventiende eeuw door en voor deze instellingen uitgegeven.
Het oudste college werd in 1575 te Maastricht opgericht, waar het tot 1773 heeft bestaan, met twee onderbrekingen, van 1578 tot 1583, en van 1639 tot 1673.Ga naar eind7. Het was het derde in grootte binnen de Vlaams-Belgische Provincie, met een leerlingenaantal dat tijdens het Twaalfjarig Bestand (1609-1621) tot zevenhonderd steeg. Gedurende deze periode van nog geen veertig jaar was er te Maastricht tussen 1608 en 1634 geen enkele drukker werkzaam.Ga naar eind8. Om die reden werd door de jezuïeten ter plaatse in die periode beroep gedaan op de drukkers Jan Ouwercx en Leonaert Streel te Luik.Ga naar eind9. Van de drie Maastrichtse drukken, die slechts uit literatuur bekend zijn, maar waarvan geen exemplaren werden teruggevonden - twee strijdschriften en een catechismus [nrs. 105, 106, 132]Ga naar eind10. -, moet dan ook betwijfeld worden of ze werkelijk hebben bestaan.
In 's-Hertogenbosch openden de jezuïeten in 1610 een tweede college, dat slechts negentien jaar bestaan heeft.Ga naar eind11. Zij verkeerden er in de gelukkige omstandigheid, dat een van hun aan het college verbonden ordebroeders, Paulus Scheffer (1577-1620)Ga naar eind12., een zoon was van Jan (II) Scheffer en een broer van Anthonie en Jan (III) Scheffer, die in die stad actief waren als drukkers.Ga naar eind13. Dertien uitgaven drukten deze drie Scheffer's voor de paters van het college, en daarmee de eerste uitgaven überhaupt voor de jezuïeten in Nederland in de zeventiende eeuw. Het betrof de volgende publicaties: drie edities van de catechismus, bezorgd door de in Delft werkzame jezuïet Lodewijk Makeblijde (1565-1630) uit Poperinge [nrs. 1,7,24]; drie edities van de uitleg van de mis door de in Brussel als kanselredenaar werkzame Utrechtse jezuïet Johannes van Gouda (1571-1630) [nrs. 2,11,13]; een verslag van de Zuidnederlandse jezuïet Nicolas Trigault (1577-1628), die net uit China was teruggekeerd [nr. 4]; twee uitgaven voor
de Mariacongregatie [nrs. 6,14]; een commentaar op de lezingen voor zon- en feestdagen en een catechismus, beide door de Nijmeegse jezuïet Petrus Canisius (1521-1597) [nrs. 8,9]; een polemisch geschrift van de recentelijk overleden Vlaamse jezuïet Jan David (1546-1613) [nr. 10]; en een ‘spiegel van poenitentie’ door een niet nader geïdentificeerde jezuïetGa naar eind14. [nr. 38].
Een andere Bossche drukker, Jan van Turnhout, gaf in opdracht van de Bossche jezuïeten een tweetal teksten uit, geschreven door leerlingen van het college respectievelijk bij gelegenheid van het overlijden van de Bossche bisschop Gisbert Masius en bij het aantreden van diens opvolger Nicolaes Zoesius [nrs. 3,5]. Zes jaren na de opheffing van het college gaf Jan Scheffer (III) nog een Nederlandse vertaling uit van De navolging van Christus [nr. 74] volgens de editie van de Utrechtse jezuïet Heribert Rosweyde (1569-1629), een van de oprichters van het genootschap der Bollandisten.
| |
| |
Als plaats van vestiging voor het derde jezuïetencollege in Nederland kwam Roermond in aanmerking, dat in 1611 zijn poorten opende en bleef bestaan tot 1773.Ga naar eind15. Gedurende de 39 jaren dat het college in de eerste helft van de zeventiende eeuw geopend was, met een gemiddelde van driehonderd leerlingen, werden er tussen 1645 en 1650 en Roermond elf uitgaven voor de jezuïeten uitgegeven door de plaatselijke boekdrukker Caspar du Pree (ca.1625-1668).Ga naar eind16. De meeste daarvan waren pamfletten van de onvermoeibare Emmerikse jezuïet Jodok Kedd (1597-1657), wiens polemische geschriften in diverse talen grote invloed hadden en de terugkeer naar de katholieke kerk van menigeen bewerkten [nrs. 90,99,100,103,104,109,110,114,129]Ga naar eind17.. De twee resterende uitgaven betreffen een catechismus van Lodewijk Makeblijde, die de jezuïeten ook in Den Bosch hadden laten drukken [nr. 91], en een Nederlandse vertaling van De Bello Belgico, de geschiedenis van de Tachtigjarige Oorlog over de jaren 1555-1590, door de Italiaanse jezuïet Famiano Strada (1572-1649) geschreven op verzoek van Alexander Farnese, de hertog van Parma [nr. 112]. De toneelstukken voor het
Roermondse college gedurende deze periode werden gedrukt door de Luikse drukkers Jan Ouwercx en Leonaert Streel - die ook werkten voor de Maastrichtse jezuïeten -, en door de Antwerpse drukker Heyndrick Aertssens.Ga naar eind18. De vroegst bekende uitgave van het college verscheen bij de Leuvense drukker Joannes Christoph Flavius. Het gaat om Ruremunda illustrata, een in Latijnse verzen gesteld loflied op de stad Roermond uit 1613, dat door de leerlingen geschreven werd onder leiding van pater Otto van Zijl (1588-1656).
In 1625 openden de jezuïeten een vierde college te Breda, dat in 1637 zijn deuren al weer moest sluiten.Ga naar eind19. Uit deze korte periode van twaalf jaren is slechts de uitgave van een toneelstuk bekend [nr. 26], in 1626 uitgegeven door Jacob Seldenslach, stamvader van een bekende Bredase drukkersfamilie.Ga naar eind20. Tien jaar na de opheffing van het college verscheen te Breda bij stadsdrukker Jan van Waesberge nog een pamflet van de reeds genoemde Jodok Kedd [nr. 107].
| |
Uitgaven verschenen te Amsterdam
In de eerste helft van de zeventiende eeuw waren er te Amsterdam, voorzover bekend, twaalf katholieke boekhandelaars werkzaam.Ga naar eind21. Acht van hen verdienen nadere aandacht, wegens hun relaties met de jezuïeten, die, na enkele malen kortstondig oponthoud in de zestiende eeuw, vanaf 1606 permanent in de stad aanwezig waren.Ga naar eind22.
Een aparte plaats wordt ingenomen door de Antwerpenaar Franciscus van den Enden (1602-1674), die van 1619 tot 1633 lid van de jezuïetenorde was geweest, en na een weinig succesvolle carrière als boekhandelaar te Amsterdam (1644-1652) aldaar als rector van een Latijnse School beslissende invloed uitoefende op de joodse filosoof Baruch Spinoza (1632-1677).Ga naar eind23. Van enige contacten tussen Van den Enden en de Amsterdamse jezuïeten is niets gebleken.
Meervoudige contacten bestonden er tussen de jezuïeten en leden van de Amsterdamse patriciërsfamilie HartoghveltGa naar eind24., die gedurende drie generaties als drukker actief was. De jongste van hen, Hendrik Barentsz (1586-1663)Ga naar eind25., was in eerste huwelijk (1612) getrouwd geweest met Ghiertrut JacobsGa naar eind26., een telg uit een ande- | |
| |
re katholieke drukkersfamilie, Paets. Zowel haar vader Jacob Pietersz Paets (ca. 1555-1612), als haar broers Claes (ca. 1582-1620) en Pieter (ca. 1587-ca. 1657), evenals Jacob (1626-1673), de zoon van laatstgenoemde, waren drukker en uitgever. Uit het derde huwelijkGa naar eind27. van deze Hendrik Barentsz Hartoghvelt waren twee zonen jezuïet geworden: Ignatius (1628-1658)Ga naar eind28. in 1644, en zijn broer Barent (1629-1681) vier jaar later; twee dochters, Alida en Maria, traden als klopjes in dienst bij de jezuïeten in hun statie op de Verwersgracht.Ga naar eind29.
Negen uitgaven van jezuïeten, alle fraai geïllustreerd door Christoffel van Sichem II (1577-1658)Ga naar eind30., zijn aanwezig in het fonds van genoemde Pieter Jacobsz Paets.Ga naar eind31. Van de Utrechtenaar Heribert Rosweyde publiceerde hij diens editie van De navolging van Christus in het Nederlands [nr. 28], een leven van Maria [nr. 32], en twee verschillende uitgaven van de levens der woestijnvaders en woestijnmoeders [nrs. 85,117]. Verder gaf hij tweemaal een boek uit met meditaties over het leven van Jezus van de Spaanse jezuïet Luis de La Puente (1554-1624) [nr. 27,31], een meditatie over het Onze Vader [nr. 46] van de recentelijk overleden Brusselaar Carolus Scribani (1561-1629)Ga naar eind32., en twee postume edities [nrs. 89,113] van de Nederlandse vertaling van het populaire emblemata-boek Pia desideria van Herman Hugo (1588-1629).
Joachim van Metelen, die in 1648 als boekverkoper in het Amsterdamse gilde was opgenomen, publiceerde in hetzelfde jaar het tweede deel van De bello Belgico, over de Nederlandse Opstand, van de Italiaanse jezuïet Famiano Strada [nr. 120].
Maar het aantal van tien uitgaven van jezuïetenwerken door katholieke Amsterdamse drukkers en uitgevers viel in het niet bij de 82 edities, die door niet-ka-tholieken werden geproduceerd. Van hen spanden Willem Jansz Blaeu (1571-1638) en zijn zoon Joan Blaeu (1596-1673) met respectievelijk 56 en 12 verschillende uitgaven de kroonGa naar eind33.. In het impressum vermeldden zij echter steeds de namen van de Keulse uitgeversGa naar eind34. Cornelis van EgmondGa naar eind35., Bernardus Gualteri of Jodocus Kalcoven, wiens broers Matthäus en Adam lid van de jezuïetenorde warenGa naar eind36..
Van huis uit doopsgezind, liet Willem Jansz Blaeu zijn kinderen dopen bij de remonstranten, en leverde hij drukwerk voor zowel socinianen als katholieken. Wars van alle kerkelijke verdeeldheid stelde hij zich op als een libertijn, die, als het om geld ging, geloof als een relatieve zaak beschouwde. Een dergelijk gedrag was de gereformeerde kerkeraad een doorn in het oog, blijkens de klachten die zij in de jaren 1626-1627 bij monde van dominee Jacobus Laurentius, broer van de drukker Hendrik Laurensz, bij de Amsterdamse burgemeesters deponeerde over ‘een geweldich groot missale [...] met nieuwe figuren’, ‘ende andere papistighe [sic] boecken als 't officium Mariae' en opuscula Belarmini [sic]’ die Blaeu drukte. Daarbij werd nog een speciale notitie gemaakt over ‘den roem vande papisten buijtenslants dat sulcke boecken binnen Amsterdam gedruckt worden’. Blaeu had zich aanvankelijk niets van de protesten aangetrokken, maar had later verklaard ‘dat het Missael ten deele voor desen gedruckt synde tot syne grote schade nochtans op het bevel van de Heeren Borgemeesteren van hem was ingehouden, ende niet en soude uutgegeven werden’.Ga naar eind37. In hoeverre hij daarmee de waarheid sprak, valt te bezien. In elk geval trok Blaeu in 1631 voor zijn katholieke uitgaven de Duitse katholiek geworden classicus Bartholdus
NihusiusGa naar eind38. aan, en vermeldde hij in zijn fondscatalogus van 1633 een groot aantal katholieke boe- | |
| |
ken, waaronder werken van de jezuïeten Roberto Bellarmino en Jeremias Drexel.Ga naar eind39. Het werd hem niet in dank afgenomen door iemand als Gerardus Joannes Vossius in zijn brief van 14 oktober 1638, geschreven een week vóór het overlijden van Willem Jansz Blaeu. Daarin deelde Vossius aan Hugo de Groot mee niet genegen te zijn om werk bij Blaeu uit te geven, omdat deze flink verdiende aan zijn roomse uitgaven: ‘Deze man, meer gesteld op zijn eigen, dan op het algemeen belang, meer hakend naar geld dan eer, denkt aan niets dan winst. Hij nu zegt, dat niets hem meer oplevert dan zijn geografische kaarten. Hij kon er bijvoegen de misboeken e.d., die hij gedrukt heeft, maar zo, dat zij de naam van de Keulse drukker op de titel dragen.’Ga naar eind40. Met de dood van Willem Jansz Blaeu kwam de publicatie van katholieke uitgaven allerminst tot stilstand. Willem's zoon Joan zette het gebruik voort.Ga naar eind41.
Van de 56 jezuïetenuitgaven van Willem Jansz BlaeuGa naar eind42. bevatten er liefst 34 [nrs. 12,16-18,29,30,36,37,39-45,48-56,63-71,73] werk van Jeremias Drexel (1581-1631),Ga naar eind43. die beschouwd wordt als de vruchtbaarste ascetische auteur van de zeventiende eeuw.Ga naar eind44. Van zijn geschriften werden er volgens de drukker Cornelius Leysser te München tussen 1620 en 1639 liefst 158.700 exemplaren aldaar gedrukt, en in de periode 1639-1642 nog eens 12.000. Deze zelfde Leysser meldde dat er vóór 1639 van Drexels werk clandestiene uitgaven verschenen waren te Antwerpen, Douai, Pont-à-Mousson, Amsterdam en Leiden.Ga naar eind45. Elf maal heeft Blaeu werk uitgegeven [nrs. 19-23,58-62,76] van Roberto Bellarmino (1542-1621), die in de Nederlanden waarschijnlijk extra populariteit genoot, omdat hij gedurende zes jaar (1570-1576) in Leuven hoogleraar in de theologie geweest was. Van de Utrechtse Bollandist Heribert Rosweyde publiceerde Blaeu vijfmaal een uitgave van diens Latijnse versie van de Navolging van Christus van Thomas van Kempen [nrs. 15,25,33,72,77], terwijl hij eveneens vijfmaal een Latijnse editie van het werk van Augustinus [nrs. 34,35,47,75,78] bezorgde, in een editie van Henri de Sommal (1534-1619) uit Dinant.
Een laatste publicatie van een jezuïet, die bij Willem Jansz Blaeu van de pers kwam, is de herziene versie van een van de meest gelezen tractaten van de onderzoeker en uitvinder Athanasius Kircher (1601-1680)Ga naar eind46. over het magnetisme [nr. 83]. De eerste editie uit 1641 was slechts in een beperkte oplage gedrukt, en volgens de auteur waren er ten noorden van de Alpen geen exemplaren voorhanden, behalve de weinige die toegezonden waren aan vorsten en vijftig exemplaren aan een niet nader bekende persoon in Holland.Ga naar eind47. Blaeu's uitgave, met het impressum van Jodocus Kalcoven te Keulen, voorzag dus duidelijk in een behoefte.Ga naar eind48.
Bij Joan Blaeu kwamen er niet meer dan twaalf uitgaven van jezuïeten van de pers. Deels zette hij het uitgavebeleid van zijn vader Willem voort, zoals met uitgaven van Jeremias Drexel [nrs. 87,88], en klassieke vroomheidsliteratuur zoals Augustinus [nrs. 102,111], respectievelijk in edities van Henri Wangnereck (1549-1617) en Henri de Sommal. Deels opteerde hij voor andere bestsellers: de poëzie van de Duitser Jakob Balde (1604-1668) [nrs. 96,98], waarvoor de Provinciaal van de Nederrijnse Provincie uitdrukkelijk toestemming had verleend,Ga naar eind49. en liefst vijf edities van het geschiedwerk van Famiano Strada over de Tachtigjarige Oorlog [nrs. 119,122-124,128]. Ook publiceerde hij een theologisch tractaat van de Spaanse jezuïet Juan Martinez de Ripalda (1594-1648), gericht tegen de Leuven- | |
| |
se theoloog Michael Baius en zijn aanhangers [nr. 115bis]. Blaeu gold overigens samen met de hierna te noemen Lowijs Elsevier als weldoener van de bibliotheek van het Brusselse jezuïetencollege.Ga naar eind50.
Drie collega's volgden in het kielzog van Joan Blaeu. Lowijs (III) Elzevier publiceerde drie uitgaven met het dichtwerk van Jakob Balde [nrs. 86,95,97], elk met het adres van Jodocus Kalcoven te Keulen. Johannes Janssonius en Nicolaes van Ravesteyn kwamen met respectievelijk drie [nrs. 92,118,121] en twee [nrs. 101,125] uitgaven van Strada's werk op de markt. De uitgever Tymon Houthaak publiceerde in 1650 een werkje van Georg Scherer over de legendarische pausin Johanna [nr. 127], over wie in dat jaar meer werd gepubliceerd.Ga naar eind51. Al veel eerder had Broer Jansz voor Jan Evertsz Cloppenburgh de tweede druk bezorgd van Historie naturael ende morael van de Westersche Indien [nr. 15bis], geschreven door de Spaanse jezuïet José de Acosta (1540-1600), in een Nederlandse vertaling van Jan Huygen van Linschoten. Op een onbekend Amsterdams adres tenslotte verschenen een apologetisch werkje [nr. 82] van de Portugese jezuïet Francisco Freire (†1644), en drie anti-gereformeerde pamfletten [nrs. 108,130,131] van Jodok Kedd, met titels als Den gereformeerden duymen-drayer.
| |
Uitgaven verschenen te Leiden en Rotterdam
De eerste maal dat er te Leiden een werk van een jezuïet wordt gesignaleerd is in 1607, wanneer aldaar bij Thomas Basson een polemisch commentaar van Carolus Scribani op het anti-jezuïetische Amphitheatrum honoris van de Leidse hoogleraar Dominicus Baudeus verschijnt. Bij nader inzien blijkt het echter om een Antwerpse druk te gaan, mogelijk gepubliceerd door Joachim Trognaesius.Ga naar eind52. De firma Elsevier publiceerde vanaf 1639 vijf werken van buitenlandse jezuïeten. In genoemd jaar verschenen een beschrijving van China door de Zuidnederlander Nicolas Trigault [nr. 79] en anderen, en twee deels in het Arabisch gedrukte werken van de Spaanse missionaris Jerónimo Xavier (1549-1617), een achterneef van de heilige Franciscus Xaverius, met de levens van Jezus en Petrus, gesteld in het Perzisch om de groot-mogol in India voor het christendom te kunnen winnen [nrs. 80,81]. Zes jaar later kwamen bij Elsevier een boek van de pers over de wonderen van Christus, geschreven door de Fransman François Vavasseur (1605-1681) [nr. 94], en een Franse vertaling van Strada's De bello Belgico [nr. 93]. Van laatstgenoemd werk was al eerder een Latijnse editie [nr. 84] bij Jacob Marcus verschenen. Bij een onbekende Leidse uitgever tenslotte verscheen in 1650 een grafrede op de dichter Caspar Kinschot [nr. 126] van de hand van de Delftse jezuïet Isaac van der Mye (1602-1656), buurman van de schilder Johannes Vermeer.Ga naar eind53.
Slechts twee publicaties van een Rotterdamse pers zijn er bekend: een uitgave van de Navolging van Christus, volgens de editie van Heribert Rosweyde, in 1633 verschenen bij Isaac van Waesberghe [nr. 57], en een boekje met wijze raad voor de Nederlandse jeugd [nr. 116] van de reeds vermelde Isaac van der Mye, verschenen bij Thomas Cel-Born.
| |
| |
| |
Slotbeschouwing
Uit de titels van geestelijke literatuur, gedrukt binnen het territorium van de Nederlandse bisdommen, en bijeengebracht in de Bibliotheca Catholica Neerlandica ImpressaGa naar eind54., blijkt dat de jezuïeten gedurende deze vijftig jaren gemiddeld ruim eenderde (34.3%) van de katholieke titels voor hun rekening hebben genomen (2037 op 5943 titels). Het laagste aantal publicaties komt voor in 1601 (18), en het hoogste aantal in 1625 (54); het laagste percentage in 1614 (19.2%), en het hoogste percentage in 1648 (48%). Ofschoon deze gegevens met de nodige omzichtigheid gehanteerd dienen te worden, wijzen zij niettemin duidelijk op de vooraanstaande rol van de jezuïeten bij de katholieke boekproductie in het totaal van de Nederlanden.
In de eerste helft van de zeventiende eeuw verschenen er op het huidige Nederlandse grondgebied 134 uitgaven, waarvan in totaal 28 met name bekende jezuïeten de auteur of bezorger (17 titels)Ga naar eind55. waren, naast vier anoniem verschenen werken. Twaalf van hen waren lid van de Vlaams-Belgische Provincie. De vijf meest gepubliceerde auteurs waren Jeremias Drexel (36), Jodok Kedd (16), Famiano Strada (12), Roberto Bellarmino (11) en Heribert Rosweyde (11), op laatstgenoemde na allen buitenlander.
De publicaties zijn wat genre betreft veelzijdig: poëzie, toneel en geschiedenis, naast catechese, praktische theologie, homiletiek, exegese, apologetiek en spiritualiteit, met een sterke nadruk op laatstgenoemde categorie, waarbij de belangstelling voor emblematische werken opvalt.Ga naar eind56.
Tenslotte dient de vraag gesteld te worden wie van deze werken de opdrachtgevers geweest zijn. Vanzelfsprekend zijn de uitgaven ten behoeve van de vier colleges in Maastricht, 's-Hertogenbosch, Roermond en Breda geschied in opdracht van de jezuïeten ter plaatse. Moeilijker valt te bepalen wie het initatief genomen heeft voor de overige uitgaven. Daarover is slechts weinig informatie voorhanden. Pater Petrus Laurentius uit Amsterdam deelde in 1647 aan zijn ordebroeder Johan de Boeye in de Zuidelijke Nederlanden mee, dat er drie kisten met te Amsterdam gedrukte boeken naar Brugge op weg waren.Ga naar eind57. Uit december van hetzelfde jaar stamt een brief van Bartholdus Nihusius, die als assistent van Blaeu uitdrukkelijk meedeelde dat deze ‘nu het boek van pater Martinez de Ripalda tegen Michael Baius en diens aanhangers drukt, en dit op verzoek van de paters van de Sociëteit, die hij gaarne ter wille is’.Ga naar eind58.
Binnen het kader van het onderzoek naar de rol van de jezuïeten bij de boekproductie in Nederland is het voorbarig om op basis van het tot nu verrichte, in periode beperkte onderzoek brede conclusies te trekken. Niettemin kan gesteld worden, dat de resultaten van het onderzoek naar hun publicaties gedurende de eerste helft van de zeventiende eeuw duiden op een groter aandeel in de boekproductie dan te verwachten viel voor vertegenwoordigers van een geloofsgroep, die zo sterk aan banden was gelegd. Opvallend is de betrokkenheid van niet-katholieke drukkers en uitgevers bij deze productie. Dit wijst enerzijds op een tolerantere houding jegens de katholieken en de jezuïeten in het bijzonder dan van overheidswege werd aangegeven en gewenst. Anderzijds blijkt hieruit dat het succes van bepaalde uitgaven van jezuïeten-auteurs, zowel op wetenschappelijk als spiritueel gebied, voor deze drukkers economisch kennelijk aantrekkelijk was.
| |
| |
| |
Bijlage 1.
Short-title catalogue van uitgaven van Jezuieten in de Noordelijke Nederlanden 1601-1650
N.B. Niet alle vindplaatsen zijn vermeld.
Vindplaatsen:
CC Museum Catharijneconvent, Utrecht |
KB Koninklijke Bibliotheek, Den Haag |
KUB Katholieke Universiteit Brabant, Tilburg |
KUN Katholieke Universiteit, Nijmegen |
RG Ruusbroecgenootschap, Antwerpen |
RUL Rijksuniversiteit Limburg, Maastricht |
UBA Universiteitsbibliotheek, Amsterdam |
UBL Universiteitsbibliotheek, Leiden |
UBU Universiteitsbibliotheek, Utrecht |
000 geen exemplaar bekend |
1. | [Makeblijde, Lodewijk], Catechismus voor de jonckeyt van 's-Hertogenbossche, Den Bosch, Jan Scheffer, 1611 (000) |
2. | [Gouda, Johannes van], Corte uutlegginghe der Missen, Den Bosch, Jan Scheffer, 1612 (KUB) |
3. | In obitum Gisberti Masii Episcopi Silvae-ducensis funebria, Den Bosch, Jan van Turnhout junior, 1614 (KUB) |
4. | [Trigault, Nicolas], Waerachtich verhael van Syna, Den Bosch, Anthonie Scheffer, 1615 (KB) |
5. | Nicolao Zoesio quinto Sylvaeducensium episcopo gratulatur, Den Bosch, Jan van Turnhout junior, 1615 (000) |
6. | Alphabetum sodalitatis B. Virginis, Den Bosch, Anthonie Scheffer, 1616 (KUB) |
7. | [Makeblyde, Lodewijk], Catechismus voor de ionckheyt van t'Shertogenbossche, Den Bosch, Anthonie Scheffer, 1618 (KUB) |
8. | Canisius, Petrus, Epistolae et evangelia dominicis festisque diebus, Den Bosch, Anthonie Scheffer, 1619 (KUB) |
9. | Canisius, Petrus, Institutiones christianae pietatis, Den Bosch, Anthonie Scheffer, 1619 (UBL) |
10. | David, Jan, De schildwachte, Den Bosch, Jan Scheffer, 1619 (000) |
11. | [Gouda, Johannes van], Coprte uutlegginghe der Missen, Den Bosch, Jan Scheffer, 1620 (UBA) |
12. | Drexel, Jeremias, Zodiacus christianus, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1622 (Augsburg SB) |
13. | [Gouda, Johannes van], Corte uutlegginghe der missen, Den Bosch, Jan Scheffer, 1622 (000) |
14. | [Pretere, Willem de?], Hantboexken der sodaliteyt, Den Bosch, Jan Jansz. Scheffer, 1622 (KUB) |
15. | Rosweyde, Heribert (ed.), Thomae a Kempis De imitatione Christi, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1622 (RUL) |
15bis. | Acosta, José de, Historie naturael ende morael van de Westersche Indien, Amsterdam, Broer Jansz, 1624 (UBA) |
16. | Drexel, Jeremias, Horologium auxiliaris tutelaris angeli, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1624 (Paderborn) |
17. | Drexel, Jeremias, Zodiacus christianus, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1624 (000) |
18. | Drexel, Jeremias, Zodiacus christianus, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1625 (Berlin SB) |
19. | Bellarmino, Roberto, De aeterna felicitate sanctorum, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1626 (RUL) |
20. | Bellarmino, Roberto, De arte bene moriendi, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1626 (KUN) |
| |
| |
21. | Bellarmino, Roberto, De ascensione mentis in Deum, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1626 (KUN) |
22. | Bellarmino, Roberto, De gemitu columbae, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1626 (KUN) |
23. | Bellarmino, Roberto, De septem verbis a Christo in cruce prolatis, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1626 (KUN) |
24. | [Makeblijde, Lodewijk], Catechismus voor de jonckheyt van 's Hertogenbossche, Den Bosch, Jan Scheffer, 1626 (KB) |
25. | Rosweyde, Heribert (ed.), Thomae a Kempis De imitatione Christi, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1626 (UBA) |
26. | Réprésentation: Scylarius, Roy de la Scytie, Breda, Jacob Seldenslach, 1626 (000) |
27. | La Puente, Luis de, Der zielen lust-hof, Leuven, Isbrandt Jacobsz. Voor P.J. Paets [Amsterdam], 1628 (000) |
28. | Rosweyde, Heribert (ed.), De navolginge Christi. Door Thomas Hamerken van Kempen, Leuven, Jan Maes, Voor P.J.P. [= Pieter Jacobsz. Paets, Amsterdam], 1628 (KUN) |
29. | Drexel, Jeremias, Heliotropium, Keulen, [Cornelis van Egmond?] [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1629 (Berlin SB) |
30. | Drexel, Jeremias, Recta intentio omnium humanarum actionum amussis, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1629 (Paris BN) |
31. | La Puente, Luis de, Der zielen lust-hof, Leuven, Isbrandt Jacobsz. Voor P.J. Paets [Amsterdam], 1629 (UBA) |
32. | Rosweyde, Heribert, Het leven vande moeder Godts, Leuven, Franchoys Fabri. Voor P.J. Paets [Amsterdam], 1629 (KUB) |
33. | Rosweyde, Heribert (ed.), Thomae a Kempis de imitatione Christi, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1629 (RG) |
34. | Sommal, Henri de (ed.), Aurelii Augustini Libri XIII confessionum, Keulen, Cornelis van Egmond & Cie [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1629 (RUL) |
35. | Sommal, Henri de (ed.), Aurelii Augustini meditationes, soliloquia et manuale, Keulen, Cornelis van Egmond & Cie [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1629 (RG) |
36. | Drexel, Jeremias, Aeternitatis prodromus mortis nuntius, Keulen, Cornelis van Egmond & Cie [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1630 (RUL) |
37. | Drexel, Jeremias, Heliotropium, Keulen, Cornelis van Egmond & Cie [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1630 (KUN) |
38. | P.G., Een spiegel van poenitentie ende godvruchtigheyt, Den Bosch, Jan Jansz. Scheffer, 1630 (KUB) |
39. | Drexel, Jeremias, De aeternitate considerationes, Keulen, Cornelis van Egmond & Cie [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1631 (KUN) |
40. | Drexel, Jeremias, Horologium auxiliaris tutelaris angeli, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1631 (KUN) |
41. | Drexel, Jeremias, Infernus damnatorum carcer et rogus, Keulen, Bernardus Gualteri [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1631 (Köln UB) |
42. | Drexel, Jeremias, Nicetas, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1631 (KB,KUN) |
43. | Drexel, Jeremias, Orbis Phaethon, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1631 (KUN) |
44. | Drexel, Jeremias, Recta intentio omnium humanarum actionum amussis, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1631 (KB,KUN) |
45. | Drexel, Jeremias, Trismegistus christianus caelitum corporis, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1631 (RUL) |
46. | Scribani, Carolus, Ghebedt onses Heeren, Amsterdam, Pieter Jacobsz. Paets, 1631 (RUL) |
47. | Sommal, Henri de (ed.), Aurelii Augustini meditationes, soliloquia et manuale, Keulen, Cornelis van Egmond & Cie [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1631 (UBA) |
| |
| |
48. | Drexel, Jeremias, Gymnasium patientiae, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1632 (KB) |
49. | Drexel, Jeremias, Infernus damnatorum carcer et rogus, Keulen, Bernardus Gualteri [= Amsterdam, Willem Jansza Blaeu], 1632 (RG) |
50. | Drexel, Jeremias, Tribunal Christi, Keulen, [Cornelis van Egmond?] [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1632 (000) |
51. | Drexel, Jeremias, Zodiacus christianus, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1632 (KUN) |
52. | Drexel, Jeremias, De aeternitate considerationes, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1633 (000) |
53. | Drexel, Jeremias, Aeternitatis prodromus mortis nuntius, Keulen, Cornelis van Egmond & Cie [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1633 (KUN) |
54. | Drexel, Jeremias, L'avantcoureur de l'eternite, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1633 (RUL) |
55. | Drexel, Jeremias, Infernus damnatorum, carcer et rogus, Keulen, Bernardus Gualteri [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1633 (UBU) |
56. | Drexel, Jeremias, Zodiacus christianus, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1633 (000) |
57. | [Rosweyde, Heribert (ed.)], Navolginge Christi. Door Thomas de Kempis, Rotterdam, Isaac van Waesberghe, 1633 (000) |
58. | Bellarmino, Roberto, De aeterna felicitate sanctorum, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1634 (KUN) |
59. | Bellarmino, Roberto, De arte bene moriendi, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1634 (RUL) |
60. | Bellarmino, Roberto, De ascensione mentis in Deum, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1634 (KUB) |
61. | Bellarmino, Roberto, De gemitu columbae, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1634 (RG) |
62. | Bellarmino, Roberto, De septem verbis a Christi [sic] in cruce prolatis, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1634 (RUL) |
63. | Drexel, Jeremias, De aeternitate considerationes, Keulen, Cornelis van Egmond & Cie [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1634 (KUN) |
64. | Drexel, Jeremias, Gymnasium patientiae, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1634 (KB,KUN) |
65. | Drexel, Jeremias, Heliotropium, Keulen, Cornelis van Egmond & Cie [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1634 (KUN) |
66. | Drexel, Jeremias, Horologium auxiliaris tutelaris angeli, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1634 (UBA) |
67. | Drexel, Jeremias, Nicetas, ou bien l'incontinence vaincue, Keulen, Cornelis van Egmond, [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu] 1634 (000) |
68. | Drexel, Jeremias, Orbis Phaethon, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1634 (KB,RG) |
69. | Drexel, Jeremias, Recta intentio omnium humanarum actionum amussis, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1634 (KUN,RG) |
70. | Drexel, Jeremias, Trismegistus christianus caelitum corporis, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1634 (RG,UBA) |
71. | Drexel, Jeremias, Zodiacus christianus, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1634 (KUN) |
72. | Rosweyde, Heribert (ed.), Thomas a Kempis, De imitatione Christi, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1634 (000) |
73. | Drexel, Jeremias, Tribunal Christi, Keulen, Cornelis van Egmond & Cie [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1635 (KB,KUN) |
| |
| |
74. | Rosweyde, Heribert (ed.), De naervolginghe Christi van Thomas a Kempis, Den Bosch, Jan Jansz. Scheffer, 1635 (RUL) |
75. | Sommal, Henri de (ed.), Aurelii Augustini Libri XIII confessionum, Keulen, Cornelis van Egmond & Cie [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1637 (KB) |
76. | Bellarmino, Roberto, De gemitu columbae, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1638 (RUL) |
77. | Rosweyde, Heribert (ed.), De Imitatione Christi, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1638 (000) |
78. | Sommal, Henri de (ed.), Aurelii Augustini Meditationes, soliloquia et manuale, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1639 (UBA) |
79. | [Trigault, Nicolas; Góis, Bento de; Paulus, Marcus], Regni chinensis descriptio, Leiden, Ex officina Elzeviriana [= Bonaventura & Abraham Elzevier], 1639 (KB) |
80. | Xavier, Jerónimo, Historia Christi persice conscripta, Leiden, ex officina Elseviriana [= Bonaventura & Abraham Elzevier], 1639 (UBA) |
81. | Xavier, Jerónimo, Historia S. Petri persice conscripta, Leiden, ex officina Elseviriana [= Bonaventura & Abraham Elzevier], 1639 (UBA) |
82. | Freire, Francisco, Apologia veritatis, Amsterdam, [uitgever onbekend], 1642 (000) |
83. | Kircher, Athanasius, Magnes sive de arte magnetica, Keulen, Jodocus Kalcoven [= Amsterdam, Willem Jansz Blaeu], 1643 (UBA) |
84. | Strada, Famiano, De bello Belgico decas prima, Leiden, Jacobus Marcus, 1643 (UBA) |
85. | Gorcum, Jan van & Rosweyde, Heribert, 't Bosch der eremyten ende eremitinnen, [Amsterdam], P.J. Paets, 1644 (CC,UBA) |
86. | Balde, Jakob, Lyricorum libri IV, et Epodon lib. unus, Keulen, Jodocus Kalcoven [= Amsterdam, Lowijs Elzeiver], 1645 (UBA) |
87. | Drexel, Jeremias, Aeternitatis prodromus mortis nuntius, Keulen, Cornelis van Egmond & Cie [= Amsterdam, Joan Blaeu], 1645 (KUN) |
88. | Drexel, Jeremias, Horologium auxiliaris tutelaris angeli, Keulen, Cornelis van Egmond [= Amsterdam, Joan Blaeu], 1645 (KUN) |
89. | Hugo, Herman, Goddelycke wenschen, [Amsterdam], P.J. Paets, 1645 (UBA) |
90. | Kedd, Jodok, Examen des fondamens vande gereformeerde religie, Roermond, Caspar du Pree, 1645 (RUL) |
91. | [Makeblijde, Lodewijk], Catechismus, Roermond, Caspar du Pree, 1645 (000) |
92. | Strada, Famiano, De bello Belgico decas prima, Leiden, Jacobus Marcus [= Amsterdam, Johannes Janssonius], 1645 (KB) |
93. | Strada, Famiano, Histoire de la guerre de Flandre [deel I], [Leiden, Bonaventura & Abraham Elzevier], 1645 (UBA) |
94. | Vavasseur, François, Theurgicon, Paris, Pierre le Petit [= Leiden, Bonaventura & Abraham Elzevier], 1645 (UBU) |
95. | Balde, Jakob, Lyricorum libri IV, et Epodon lib. unus, Keulen, Jodocus Kalcoven [= Amsterdam, Lowijs Elzevier], 1646 (UBA) |
96. | Balde, Jackob, Lyricorum libri IV, et Epodon lib. unus, Keulen, Joannes Busaeus [= Amsterdam, Joan Blaeu], 1646 (000) |
97. | Balde, Jakob, Sylvae Lyricae, Keulen, Jodocus Kalcoven [= Amsterdam, Lowijs Elzevier], 1646 (UBA) |
98. | Balde, Jakob, Sylvarum libri IX, Keulen, Joannes Busaeus [Amsterdam, Joan Blaeu], 1646 (000) |
99. | Kedd, Jodok, Statera veritatis dat is goudtwaegh der waerheyt, Roermond, Caspar du Pree, 1646 (RUL) |
100. | Kedd, Jodok, Verrekycker, Roermond, Caspar du Pree, 1646 (RUL) |
101. | Strada, Famiano, De thien eerste boecken der Nederlandsche oorloge, Amsterdam, Nicolaes van Ravesteyn, 1646 (UBA) |
102. | Wangnereck, Henri (ed.), Aurelii Augustini Confessionum libri X, Keulen, Jodocus Kalcoven & Cie [= Amsterdam, Joan Blaeu], 1646 (RUL) |
| |
| |
103. | Kedd, Jodok, Statera veritatis Dat is goutwaegh der waerheyt, Roermond, Caspar du Pree, 1647 (000) |
104. | Kedd, Jodok, Deductio articulorum fidei, Roermond, Caspar du Pree, 1647 (000) |
105. | Kedd, Jodok, Deductio articulorum fidei [in het Nederlands], Maastricht, [Ezechiel Boucher?], [ca. 1647] (000) |
106. | Kedd, Jodok, [Examen van thien propositien ofte voorstellingen], [Maastricht, Ezechiel Boucher?, 1647] (000) |
107. | Kedd, Jodok, Examen van thien propositien ofte voorstellingen, Breda, Jan van Waesberge, 1647 (UBA) |
108. | Kedd, Jodok, Gheloofsspieghel, Amsterdam, [uitgever onbekend], 1647 (000) |
109. | Kedd, Jodok, Geloofs-spiegel, Roermond, Caspar du Pree, 1647 (KB) |
110. | Kedd, Jodok, Verclaringe van het Roomsch-catholyck geloof, Roermond, Caspar du Pree, 1647 (RUL) |
111. | Sommal, Henri de (ed.), Aurelii Augustini Libri XIII confessionum, Keulen, Cornelis van Egmond & Cie [= Amsterdam, Joan Blaeu], 1647 (UBA) |
112. | Strada, Famiano, Nederlantsche oorloge, Roermond, Caspar du Pree, 1647 (Kopenhagen KB) |
113. | Hugo, Herman, Goddelycke wenschen, [Amsterdam], [P.J. Paets], [1648] (KUN) |
114. | Kedd, Jodok, Predikanten wildesanck, Roermond, Caspar du Pree, [1648] (000) |
115. | Kedd, Jodok, Acht bedenckingen, [plaats en uitgever onbekend], 1648 (000) |
115bis. | Martinez de Ripalda, Juan, Adversus articulos damnatos libri duo, Keulen, Cornelis van Egmond & Cie [= Amsterdam, Joan Blaeu, 1648 (RUL) |
116. | Mye, Isaac van der, Musa paraentica ad juventutem Belgicam, Rotterdam, Thomas Dircksz Cel-Born, 1648 (000) |
117. | Gorcum, Jan van & Rosweyde, Heribert, 't Bosch der eremyten ende eremitinnen, [Amsterdam], Pieter Jacobsz. Paets, 1648 (KUN) |
118. | Strada, Famiano, De bello belgico decas prima, [Amsterdam, Johannes Janssonius?], 1648 (UBA) |
119. | Strada, Famiano, De bello belgico decas prima, [Amsterdam, Joan Blaeu], 1648 (UBL) |
120. | Strada, Famiano, De bello Belgico decas secunda, Amsterdam, Joachim van Metelen 1648 (RUL) |
121. | Strada, Famiano, De bello belgico decas secunda, [Amsterdam, Joannes Janssonius], 1648 (UBA) |
122. | Strada, Famiano, De bello belgico decas secunda, [Amsterdam, Joan Blaeu], 1648 (000) |
123. | Sommal, Henri de (ed.), Aurelii Augustini Libri XIII confessionum, Keulen, Cornelis van Egmond & Cie [= Amsterdam, Joan Blaeu], 1649 (RG) |
124. | Sommal, Henri de (ed.), Aurelii Augustini meditationes, soliloquia et manuale, Keulen, Cornelis van Egmond & Cie [= Amsterdam, Joan Blaeu], 1649 (RG) |
125. | Strada, Famiano, Het tweede deel der Nederlandsche oorlogen, Amsterdam, Nicolaes van Ravesteyn, 1649 (KB) |
126. | Mye, Isaac van der, Idyllium, de morte Casparis Kinschoti, Leiden, [uitgever onbekend], 1650 (000) |
127. | Scherer, Georg, Grondelyck onderzoek [over] een Paus die een kind ghebaard heeft, Keulen, Johan Brakel [= Amsterdam, Tymon Houthaak], 1650 (UBA) |
128. | Strada, Famiano, De bello belgico decas secunda, [Amsterdam, Joan Blaeu], 1650 (UBL) |
129. | Kedd, Jodok, Den gereformeerden duymen-drayer, Roermond, [Caspar du Pree?] [jaar onbekend] (000) |
130. | Kedd, Jodok, Den gereformeerden duymen-drayer, Amsterdam, [uitgever en jaar onbekend] (000) |
131. | Kedd, Jodok, Deckmantel der gereformeerde religie, Amsterdam, [uitgever en jaar onbekend] (000) |
132. | Villegas, Jacques de, Kleynen catechismus, Maastricht, [uitgever en jaar onbekend] (000) |
| |
| |
| |
Bijlage 2.
Numerieke gegevens betreffende uitgaven van Jezuieten in de Noordelijke Nederlanden 1601-1650
Dit overzicht is gebaseerd op de gegevens uit Bibliotheca Catholica Neerlandica Impressa 1500-1727, Hagae Comitis 1954, waarin zuiver wetenschappelijke werken en interconfessionele polemiek ontbreken. Niet opgenomen zijn door jezuïeten bezorgde uitgaven van werken van anderen.
|
totaal |
SJ |
(%) |
Dtsl |
ZNed |
NNed |
z.p. |
1601 |
53 |
18 |
(34.0) |
7 |
11 |
- |
- |
1602 |
73 |
25 |
(34.2) |
11 |
14 |
- |
- |
1603 |
76 |
31 |
(40.8) |
14 |
17 |
- |
- |
1604 |
74 |
24 |
(32.4) |
6 |
18 |
- |
- |
1605 |
76 |
18 |
(23.6) |
6 |
12 |
- |
- |
1606 |
72 |
21 |
(29.2) |
4 |
17 |
- |
- |
1607 |
105 |
34 |
(32.4) |
12 |
22 |
- |
- |
1608 |
113 |
36 |
(31.9) |
14 |
22 |
- |
- |
1609 |
97 |
32 |
(33.0) |
9 |
23 |
- |
- |
1610 |
125 |
50 |
(40.0) |
19 |
31 |
- |
- |
|
1611 |
110 |
30 |
(27.3) |
13 |
16 |
1 |
- |
1612 |
100 |
31 |
(31.0) |
17 |
13 |
1 |
- |
1613 |
112 |
39 |
(34.8) |
13 |
26 |
- |
- |
1614 |
125 |
24 |
(19.2) |
8 |
32 |
- |
- |
1615 |
106 |
41 |
(38.7) |
10 |
29 |
1 |
1 |
1616 |
135 |
44 |
(32.6) |
17 |
27 |
- |
- |
1617 |
121 |
44 |
(36.3) |
15 |
29 |
- |
- |
1618 |
142 |
55 |
(38.7) |
13 |
41 |
- |
1 |
1619 |
125 |
51 |
(40.8) |
12 |
37 |
2 |
- |
1620 |
126 |
47 |
(37.3) |
17 |
30 |
- |
- |
|
1621 |
150 |
54 |
(36.1) |
16 |
38 |
- |
- |
1622 |
152 |
56 |
(36.9) |
13 |
42 |
1 |
- |
1623 |
149 |
42 |
(28.2) |
9 |
35 |
- |
- |
1624 |
139 |
43 |
(30.9) |
12 |
31 |
- |
- |
1625 |
161 |
54 |
(33.5) |
9 |
43 |
- |
2 |
1626 |
154 |
58 |
(37.7) |
21 |
37 |
- |
- |
1627 |
133 |
49 |
(36.9) |
10 |
39 |
- |
- |
1628 |
146 |
48 |
(32.8) |
5 |
42 |
- |
1 |
1629 |
134 |
43 |
(32.1) |
12 |
31 |
- |
- |
1630 |
126 |
38 |
(30.2) |
13 |
23 |
1 |
1 |
|
1631 |
133 |
38 |
(28.5) |
12 |
25 |
1 |
- |
1632 |
128 |
38 |
(29.7) |
9 |
28 |
- |
1 |
1633 |
121 |
49 |
(40.6) |
11 |
38 |
- |
- |
1634 |
114 |
39 |
(34.2) |
22 |
17 |
- |
- |
1635 |
115 |
36 |
(31.3) |
7 |
29 |
- |
- |
1636 |
87 |
35 |
(40.3) |
5 |
30 |
- |
- |
1637 |
75 |
20 |
(26.6) |
3 |
17 |
- |
- |
1638 |
107 |
41 |
(38.4) |
3 |
38 |
- |
- |
1639 |
103 |
34 |
(33.1) |
3 |
30 |
- |
1 |
1640 |
117 |
50 |
(42.7) |
6 |
43 |
- |
1 |
|
1641 |
122 |
41 |
(33.6) |
- |
41 |
- |
- |
1642 |
92 |
39 |
(42.5) |
7 |
30 |
1 |
1 |
1643 |
114 |
41 |
(35.9) |
6 |
35 |
- |
- |
1644 |
110 |
29 |
(26.3) |
8 |
21 |
- |
- |
1645 |
121 |
49 |
(40.6) |
11 |
37 |
1 |
- |
1646 |
99 |
41 |
(41.4) |
4 |
37 |
- |
- |
1647 |
110 |
38 |
(34.6) |
8 |
30 |
- |
- |
1648 |
107 |
48 |
(45.0) |
6 |
39 |
3 |
- |
1649 |
127 |
43 |
(33.8) |
9 |
33 |
1 |
- |
1650 |
115 |
40 |
(34.8) |
10 |
29 |
- |
1 |
|
1601/50 |
216 |
68 |
(31.5) |
7 |
27 |
1 |
33 |
|
TOTAAL |
5943 |
2037 |
(34.3) |
514 |
1482 |
15 |
44 |
|
-
eind1.
-
Afbeeldinghe van d'eerste eeuwe der Societeyt Iesu (Antwerpen 1640) 558.
-
eind2.
-
Afbeeldinghe [noot 1], 588-590.
-
eind3.
- Jos Andriessen, ‘Apostolaat met de pen, intellectuele en artistieke activiteiten’, in: Eddy Put & Maurice Wynants, De jezuïeten in de
Nederlanden en het prinsbisdom Luik (1542-1773) (Brussel 1991) 61-73.
-
eind4.
- Paul Begheyn, ‘Geschiedenis van de jezuïeten in Nederland’, in: P. Dirkse & A. Haverkamp (red.), Jezuïeten in Nederland (Utrecht 1991) 6-18.
-
eind6.
- Eddy Put, ‘Het onderwijs in de colleges’, in: Put & Wynants (ed.), De jezuïeten [noot 3], 35-48.
-
eind7.
- F. van Hoeck, Schets van de geschiedenis der jezuïeten in Nederland (Nijmegen 1940) 203-210; A.H.H. Houben, ‘Voormalige Jezuïetenbibliotheken in Maastricht, een kleine bibliotheekgeschiedenis’, in: Campus Liber. Bundel opstellen over de geschiedenis van Maastricht aangeboden aan mr. dr. H.H.E. Wouters (Maastricht 1982) 429-444.
-
eind8.
- E. Heynen, ‘Maastrichtse drukken (1552-1816). Een bescheiden aanzet tot een Maastrichtse bibliografie’, Publications de la Société Historique et Archéologique dans le Limbourg 83 (1947) 1-174; 84 (1948) 1-139.
-
eind9.
- Carlos Sommervogel, Bibliothèque de la Compagnie de Jésus (9 dln., Bruxelles-Paris 1890-1900) V, 291-293, en IX, 627, vermeldt zeven uitgaven tussen 1615 en 1629. Grotendeels hiermee samenvallend is een lijst van acht toneelstukken, die tussen 1600 en 1629 te Maastricht werden opgevoerd; vgl. L. van den Boogerd, Het jezuïetendrama in de Nederlanden (Groningen 1961) 226.
-
eind10.
- Tussen
[] worden de uitgaven vermeld volgens de nummering in de Bijlage.
-
eind11.
- Van Hoeck, Schets [noot 7], 210-221; M.A. Nauwelaerts, Latijnse school en onderwijs te 's-Hertogenbosch tot 1629 (Tilburg 1974) 290-309; G.J.W. Steijns, Inventaris van het archief van het jezuïetencollege (1609-1629) te 's-Hertogenbosch ('s-Hertogenbosch 21980).
-
eind12.
- Alfred Poncelet, Nécrologe des Jésuites de la province Flandro-Belge (Wetteren 1931) 29; H. Bots, I. Matthey & M. Meyer, Noordbrabantse studenten 1550-1750 (Tilburg 1979) 622.
-
eind13.
- C.J.A. van den Oord, Twee eeuwen Bosch' boekbedrijf 1450-1650. Een onderzoek naar de betekenis van de Bossche boekdrukkers, uitgevers en librariërs voor het regionale socio-culturele leven (Tilburg 1984) 260-269, 285-332.
-
eind14.
- Indien ‘P.G.’ niet de initialen van de auteur betreffen, maar een afkorting vormen van ‘Pater G...’, komen twee leden van het Bossche jezuïetencollege in aanmerking: Godfried Wandelman (1590-1654) en Gerard Ottensz (1598-1676), die later respectievelijk als predikant en als schrijver van ascetische geschriften naam gemaakt hebben.
-
eind15.
- Van Hoeck, Schets [noot 7], 221-227; A.H.H. Houben, ‘Analecta van het oude bisdom Roermond. Het Roermondse jezuïetencollege’, in: G.H.A. Venner (ed.), Roermond. Stad met een verleden. Negen hoofdstukken over Roermondse geschiedenis (Roermond 1985) 108-115.
-
eind16.
- J.J.M.H. Verzijl, ‘Caspar Dupree’, in: Nieuw Nederlandsch Biographisch Woordenboek X (1937) kol. 248-249.
-
eind17.
- Omdat het merendeel van de uitgaven van Jodok Kedd te Roermond gedrukt werd, is een in 1648 verschenen pamflet van zijn hand [nr. 113], waarvan geen nadere gegevens bekend zijn, wellicht ook aan een Roermondse pers toe te schrijven.
-
eind18.
- Sommervogel, Bibliothèque [noot 9], VII, 329-330; Van den Boogerd, Het jezuîetendrama [noot 9], p.227.
-
eind19.
- Van Hoeck, Schets [noot 7], 227-231; M.A. Nauwelaerts, De oude Latijnse school van Breda ('s-Hertogenbosch 1945) 56-62; F. van Hoeck, ‘De jezuïeten te Breda. Het Jezuïeten-college van 1625-1637’, Brabantia 1 (1952) 242-248.
-
eind20.
- M.A. Kok e.a., Drie eeuwen Bredase boeken 1604-1900 (Breda 1984) 14,37,71-72.
-
eind21.
- Lienke Leuven, De boekhandel te Amsterdam door katholieken gedreven tijdens de Republiek (Epe 1951) 57-59, 62,63.
-
eind22.
- H.J. Allard, De Sint Franciscus Xaverius-Kerk of De Krijtberg te Amsterdam 1654-1904 (Amsterdam 1904) 1-12; Van Hoeck, Schets [noot 7], 40-43.
-
eind23.
- J.V. Meininger & G. van Suchtelen, Liever met wercken, als met woorden. De levensreis van doctor Franciscus van den Enden (Weesp 1980); O. Proietti, ‘Le “Philedonius” de Franciscus van den Enden et la formation rhétorico-littéraire de Spinoza (1656-1658)’, Cahiers Spinoza 6 (1991) 9-82; Franciscus van den Enden, Vrije politijke stellingen, ed. W. Klever (Amsterdam 1992).
-
eind24.
- B.J.M. de Bont, ‘Het katholieke Amsterdamsche patriciaat der XVIIe en XVIIIe eeuw. De familie Hartochsvelt’, De Katholiek 114 (1898) 302-310.
-
eind25.
- M. Sabbe, ‘Vondel, Balthasar Moretus II, Leonardus Marius en Hendrik Barentsen’, Verslagen en mededelingen der Koninklijke Vlaamsche Academie 1921, 605-624.
-
eind26.
- Amsterdam, Gemeentearchief, Ondertrouw, 667, p. 1.
-
eind27.
- Hendrik Barentsz trouwde voor de derde maal met Petronella Walraven (overl. 1647), wier vader Simon (uit Alkmaar) als weduwnaar priester werd.
-
eind28.
- Over Ignatius Hartoghvelt, die als missionaris in Siam overleed, en over zijn brieven aan zijn vader e.a., zie: Jerome Heyndrickx (ed.), Philippe Couplet, S.J. (1623-1693). The man who brought China to Europe (Nettetal 1990) 30-32, 89-95.
-
eind29.
- Wim van Bindsbergen, Poletyck meer als godvruchtich. Een geschiedenis van de
jezuïeten in Holland 1672-1732 (onuitgeg. scriptie KU Nijmegen 1981) 89-90, 99-100.
-
eind30.
- Helmut Lehmann-Haupt, ‘Christoffel van Sichem. A family of Dutch 17th century woodcut artists’, Gutenberg-Jahrbuch 1975, 274-306; K.G. Boon, Hollstein's Dutch and Flemish etchings, engravings and woodcuts ca. 1450-1700. XXVII (Amsterdam 1983) 39-56.
-
eind31.
- M. Sabbe, ‘Mag P.J. Paets onder de Antwerpsche drukkers gerekend worden?’, Het Boek 13 (1924) 73-78.
-
eind32.
- L. Brouwers, Carolus Scribani S.J. 1561-1629. Een groot man van de Contra-Reformatie in de Nederlanden (Antwerpen 1961).
-
eind33.
- H. de la Fontaine Verwey, Uit de wereld van het boek. III. In en om de ‘Vergulde Sonnewyser’ (Amsterdam 1979).
-
eind34.
- Een lijst van katholieke uitgaven, gedrukt in Noord-Nederland met een fictiefbuitenlands adres in: V.A. Dela Montagne, ‘Naschrift’, Tijdschrift voor Boek- en Bibliotheekwezen 3 (1905) 197-200.
-
eind35.
- De relatie van Blaeu met Van Egmond wordt niet vermeld in Josef Benzing, Die Buchdrucker des 16. und 17. Jahrhunderts im deutschen Sprachgebiet (Wiesbaden 21982) 252.
-
eind36.
- Brief van Judocus Kalcoven aan Athanasius Kircher SJ, Keulen 17 maart 1649 [?], in: Rome, Archief Pontificia Universitas Gregoriana [verder afgekort als: APUG], Athanasius Kircher Miscellanea Epistolarum III, Inv. 557, f. 436r-v.
-
eind37.
- Amsterdam, Gemeentearchief, Particuliere Archieven 376, Hervormde Gemeente Amsterdam, nr.5, Protocol van de kerkeraad 1621-1627, p.366-368 (17 en 24 september, en 1 oktober 1626); nr.6, Protocol van de kerkeraad 1626-1627, p.31-32 [N.B. volgend op een katern dat dezelfde paginering telt!] (8 en 15 juli 1627). Vgl. I.H. van Eeghen, ‘De Acta Sanctorum en het drukken van katholieke boeken te Antwerpen en Amsterdam in de 17e eeuw’, De Gulden Passer 31 (1953) 51-52.
-
eind38.
- J.F.M. Sterck, ‘Bartholdus Nihusius’, in: Nieuw Nederlandsch Biographisch Woordenboek VII (1927) kol. 909-910. Tijdens het ter perse gaan van dit artikel kwam ik een collectie van veertig brieven op het spoor, door Bartholdus Nihusius in de jaren 1647-1653 vanuit Amsterdam verzonden aan Athanasius Kircher SJ te Rome. Slechts een gering aantal gegevens daaruit kon nog verwerkt worden in deze bijdrage.
-
eind39.
- Cornelis Koeman, ‘Willem Blaeu's Catalogus Librorum of 1633. Analysis of the cartographic books’, Quaerendo 3 (1973) 129-140; de tekst van de catalogus staat afgedrukt op p.134-140, en ook in: J. Keuning & Marijke Donkersloot-De Vrij, Willem Jansz Blaeu. A biography and history of his work as a cartographer and publisher (Amsterdam 1973) 122-128.
-
eind40.
- Gerardus Joannes Vossius aan Hugo de Groot in Parijs, Amsterdam 14 oktober 1638 in: Gerardi Joannis Vossii et clarorum virorum ad eum epistolae, collectore Paulo Colomesio. I
(Londen 1690) 327.
-
eind41.
- P.J.H. Baudet, Leven en werken van Willem Jansz Blaeu (Utrecht 1871) 128, 146-149, citeert in dit verband tevens de Brusselse bibliograaf J.F. Foppens.
-
eind42.
- Bij de reconstructie van de jezuïeten-uitgaven van Willem Jansz Blaeu heeft als basis gediend de onvolledige fondscatalogus van Blaeu uit 1633, en de daarop gebaseerde lijst bij M.M. Kleerkooper & W.P. van Stockum, De boekhandel te Amsterdam voornamelijk in de zeventiende eeuw. Biographische en geschiedkundige aanteekeningen. II ('s-Gravenhage 1916) 1174-1175.
-
eind43.
- Van acht uitgaven blijken er bij nadere bestudering verschillende edities bestaan te hebben, die bijvoorbeeld afwijken in het aantal pagina's. Onderlinge vergelijking van bestaande exemplaren zal mogelijk nog meer varianten opleveren.
-
eind44.
- Karl Pörnbacher, Jeremias Drexel. Leben und Werk eines Barockpredigers (München 1965) 12,65,66. De bibliografische opgaven van Pörnbacher zijn achterhaald door het werk van Gerhard Dünnhaupt, Bibliographisches Handbuch der Barockliteratur (Stuttgart 1980-1981). Hetzelfde geldt voor John Landwehr, German emblem books 1531-1888. A bibliography (Utrecht/Leiden 1972), dat door zijn onvolledigheid en onzorgvuldigheid onbruikbaar is.
-
eind45.
- In zijn voorwoord van Drexels postuum verschenen werk Noe, der Archen
Bawmeister, und des Sündfluß Schiff Herr (München 1639). Leidse uitgaven van het werk van Drexel heb ik niet kunnen identificeren.
-
eind46.
- Het werk van Olaf Hein, Die Drucker und Verleger der Werke des Polyhistors Athanasius Kircher S.J.: eine Untersuchung zur Produktionsgeschichte enzyklopädischen Schrijfttums im Zeitalter des Barock unter Berücksichtigung wissenschafts- und kulturhistorischer Aspekte (2 dln., Keulen 1991-1993) heb ik niet kunnen raadplegen.
-
eind47.
- Athanasius Kircher SJ aan een onbekende, Rome z.d., in: Rome, APUG, Athanasius Kircher Miscellanea Epistolarum VII, Inv. 561, f. 79. De getypte inventaris ter plaatse identificeert de adressant abusievelijk met de Amsterdamse drukker Elizeus Weyerstraat; J. Fletcher, ‘Athanasius Kircher and the distribution of his books’, The Library V/23 (1969) 108-117, noemt als adressant abusievelijk de jezuïet Jacobus Viva of Viva, die achtereenvolgens te Ingolstadt en Loreto verbleef.
-
eind48.
- Joannes Blaeu aan Athanasius Kircher SJ, Amsterdam 29 maart 1641, in: Rome, APUG, Athanasius Kircher Miscellanea Epistolarum III, Inv. 557, f. 393.
-
eind49.
- J.F.M. Sterck, ‘Calcovius - Blaeu - Vondel (Keulsche boeken te Amsterdam gedrukt)’, Vondelkroniek 7 (1936) 66-76, m.n. p.69-70; J.J.A. Lucas, ‘Nog eens Calcovius - Blaeu - Vondel’, Vondelkroniek 10 (1939) 55-62; J.F.M. Sterck, ‘Calcoviana’, Vondelkroniek 10 (1939), p.113-114.
-
eind50.
- J. Andriessen, De jezuïeten en het samenhorigheidsbesef der Nederlanden 1585-1648 (Antwerpen 1957) 300, noot 142.
-
eind51.
- Willem Frijhoff e.a., t'Gulde iaer 1650 in de Short-title Catalogue, Netherlands (Den Haag 1995) 4,39,107.
-
eind52.
- [Carolus Scribani], Dominici Baudei Gnomae commentario illustratae (Lugoduni [sic] Batavorum: Thomas Basson, 1607) (Leiden, UB, 186 G 20). Voor de toeschrijving zie: A.E.C. Simoni, Catalogue of books from the Low Countries 1601-1621 in the British Library (Londen 1990) 46.
-
eind53.
- Paul Begheyn, ‘Johannes Vermeer en de jezuïeten’, Streven 63 (1996)
220-227.
-
eind55.
- Nrs. 15,25,28,33-35,47,57,72,74,75,77,78,102,111,123,124.
-
eind56.
- Vgl. Karel Porteman, Emblematic Exhibitions at the Brussels Jesuit College (1630-1685) (Brussel 1996) 10-23.
-
eind57.
- Andriessen, De jezuïeten [noot 48], 300, noot 142.
-
eind58.
- Bartholdus Nihusius aan Athanasius Kircher SJ, Amsterdam 16 december 1647, in: Rome, APUG, Athanasius Kircher Miscellanea Epistolarum III, Inv.557, f. 227r.
|