De Zeeuwsche minnezanger(ca. 1870)–Anoniem Zeeuwsche minnezanger, De– AuteursrechtvrijVerzameling van Uitgezochte Liederen Vorige Volgende Jan Kontent, een nieuw lied. Wijze: Waar is Keesje? 'k Heb een buurman moet je weten, O, dat is zoo'n rare kwant, Zonder duiten, zonder eten, Heeft hij echter nooit het land. Jan Kontent, gekke vent, Houdt van drinken en plezieren, Heeft hij geld dan moet hij zwieren, Altijd zingt hij heel verblijd: ‘Leve steeds de vroolijkheid!’ Op de kermis kon hij dansen, Nooit heb je het zoo gezien, Op een bruiloft kon hij schransen, Zeker voor een stuk of tien. Jan Kontent, rare vent, Weet de meisjes te behagen, Nooit is hij uit 't veld geslagen. Altijd enz. Komt men hem om schulden plagen, O dan zegt hij: wacht nog wat! Hij wordt door zijn vrouw geslagen, [pagina 47] [p. 47] Dat weet zeker heel de stad, Jan Kontent, gekke vent! Altijd zegt hij 't moet zoo wezen, 'k Heb dat in een boek gelezen. Altijd zingt hij heel verblijd, enz. Pijpjes rooken, glaasjes drinken, Daar houdt Jan Kontent zoo van, 't Liefste hoort hij glazen klinken, 't Liefste ziet hij flesch en kan. Jan Kontent, gekke vent, Gaat niet dikwijls naar de kerken, Houdt niet bijster veel van werken, Altijd zingt hij heel verblijdt, enz. Eindelijk door veel te zwerven, Met zijn fleschje en zijn glas, Moest ons Jantje alles derven, Hij lag dronken in het gras. Jan Kontent, sta overend, Hoort uw vrouwtje toch eens weenen! Gaat gij dan voor altijd henen? Pak je weg! jou leelijk wijf! Al te lastig tijdverdrijf. Vorige Volgende