Posthuum werk
Odiel Spruytte: Nietzsche's Kringloop (Die Keure, Antwerpen).
Aan deze kleine brochure gaat een korte verantwoording vooraf. Zij is onderteekend: ‘Westvlaamsche Cultuurdienst, Februari 1944’. Daarin lezen wij o.m.: ‘Op 23 November, drie jaar geleden, ontviel ons Odiel Spruytte... Het is ons een zware plicht zijn nagedachtenis met de verschuldigde piëteit levendig te houden.’ Hiermede is dus wel het doel dezer publicatie aangegeven. Daarop volgt dan een inleiding van G. van de Woude, waarin de steller, na een paar vluchtige zinnen over O. Spruytte, den Nietzschekennier, zijn kans grijpt, om in den stijl van een encyclopedie-artikel, dare, dare, alles te vertellen wat hij - niet Spruytte, maar Van de Woude - zooal over Nietzsche weet... en ons met het raadsel laat zitten wat dit allemaal met piëteit en O. Spruytte te doen heeft. Als Van de Woude eindelijk uitgepraat is, zijn er van dit aan O. Spruytte's nagedachtenis gewijde, 56 blz. beslaande brochuurtje, nog juist 35 voor O. Spruytte over. Of liever voor de door Van de Woude verzamelde ‘sprokkelingen en stukken zijner beschouwingen’.
Zeker zijn deze sprokkelingen en stukken zeer lezenswaard en men kan er zich over verheugen dat zij hier samengevat en vastgelegd werden, maar degenen die O. Spruytte van dicht bij gekend hebben, zullen wel weten dat zij in geenen deele een beeld geven van zijn ware persoonlijkheid, - evenmin als het masker der titelbladzijde, dat door enkele trekken wel vaag aan iets van Spruytte herinnert maar geenszins Spruytte's aangezicht en ‘wezen’ is.
Zijn leven lang was Spruytte van het Nietzsche-probleem letterlijk behekst. Hij was er nog lang niet klaar mee en zou er wel nooit mee klaar gekomen zijn. Hiertoe stond zijn a-musisch, louter dialectisch denken - een trek waarin zijn thomistische seminarievorming en zijn nog veel strengere thomistische zelfvorming hem tot in 't oneindige had versterkt, - hem in den weg.
Zij die de kunst verstonden om hem in vlam te zetten, konden met hem gesprekken beleven waarin zijn geweldige geest jubelend buiten de perken der logica losbrak en dartele en geniale sprongen maakte buiten de rede - dit was de Spruytte der groote dagen