Westland. Jaargang 2(1943-1944)– [tijdschrift] Westland– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende J.L. de Belder Herfst Nu komt de Herfst met zijn Septemberrozen. Ik weet niet of gij mij bemint. De avond is nog luw maar reeds verkozen er vogelen te trekken met den Zuiderwind. Ik ben alleen en wou waar hooge palmen hun kruinen wiegen in den avondwind met U nu zijn, vol vrede en in kalme vergetelheid die rust hervindt. De late zon legt heimwee op de wegen. En in de velden is de vrede groot. Het is alsof plots verre stemmen zwegen en alles weg zal deinen naar den dood. En ik sta hier. Mijn leed is vol verlangen naar U, mijn wonder-schoone kind. Ik heb mij met een gouden droom omhangen. Maar 'k weet niet of gij mij bemint. Vorige Volgende