Felix Timmermans, laureaat van den Rembrandtprijs
Andere landen hebben diplomatieke gezanten in den vreemde. Vlaanderen heeft het tot nogtoe moeten doen met de ambassadeurs van den Geest. Geen heeft in deze eeuw het Vlaamsche volk in Europa zoo schitterend vertegenwoordigd als Felix Timmermans en toen hem zoo pas de Rembrandtprijs door de Hanseatische Stichting van de Universiteit te Hamburg werd toegekend, zal zeker niemand zich in Duitschland de vraag hebben gesteld, die zich eens een hooghartige Vlaamsche confrater heeft gemeend temogen veroorloven: Felix Timmermans, wie is dat? Sinds ‘Pallieter’ weet men in het buitenland, dat er een Vlaamsche letterkunde bestaat, iets waarvan men voordien nog niet zoo heelemaal, zelfs in Duitschland, overtuigd was.
Guido Gezelle en Karel Van de Woestijne konden onze geestelijke afgezanten niet worden, daar zij nog maar te fragmentarisch vertaald werden (en trouwens als dichters ook moeilijker vertaalbaar zijn), terwijl slechts weinig buitenlanders hun werk in den oorspronkelijken tekst lezen kunnen. Maeterlinck en Verhaeren waren maar halve - en tevens gevaarlijke vertegenwoordigers van ons volk, daar zij in den vreemde den indruk wekten dat de Vlamingen als cultuurtaal een vreemd idioom hadden aangenomen, te meer daar het vroegere groote werk, dat in den modernen tijd de wereld aan het bestaan van een Vlaamsch volk had herinnerd: Charles de Coster's ‘Ulenspiegel’, insgelijks in de taal was gesteld, tegen welker denationaliseerenden invloed het zich precies eeuwen lang reeds had verzet. Dank zij Timmermans, dank zij vooral de populariteit van zijn boeken, is thans het pleit voor Vlaanderen gewonnen. Stijn Streuvels had den weg gebaand, Timmermans heeft het doel bereikt. Met hem is Vlaanderen weer ingetreden in de wereldliteratuur. Zelfs al wilde men afzien van zijn andere werken, ‘Pallieter’ is een dier scheppingen van den geest der naties, een dezer belichamingen van wezen en karakter van een gansch volk, zooals Gargantua of Uilenspiegel of Lazarillo de Tormes, die, steeds springlevend en frisch, door de eeuwen heen alle harten blijven bekoren. Ze hebben vaak een taaier leven dan veel, zij 't ook sierlijke, verfijnde of verdiepte werken, die slechts de producten zijn eener bepaalde literaire school of strek-