De vrolyke zanggodinnen, of Mengelwerk van vernuft(1781-1782)–Anoniem Vrolyke zanggodinnen, of Mengelwerk van vernuft, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 118] [p. 118] De trouw der vrouwen. Een derde Konraad, die een Stad, Tot muitery vervoerd, door kragt van staal gedwongen En aan zich onderworpen had, Vond zich door wraakzugt fel besprongen. De Keizer vordert strenge straf, Daar hy de gantsche Stad ter plondring overgaf, En last gaf om al 't volk gevangen weg te brengen, Behalven al den Vrouwenstoet. De Vrouwen vielen hem, met dankbaarheid, te voet, En smeekten dat de Vorst iets meerder zou gehengen. Zy wenschten ernstig dat de vragt, Die zy in de armen konden dragen, En ook, die op den rug kon worden weggebragt, Haar eigen blyven mogt: dit werd niet afgeslagen. De Vrouwenschaar was sterk en vlug, Nam 't kroost in de armen, en hare Egaas op den rug. En poogde man en kind der slaverny te ontvoeren. De Keizer zag dien moed en trouw: Zy konden 't vorstlyk hart ontroeren. Hy wilde dat zyn volk de Stad verschoonen zon. Vorige Volgende