De vrolyke zanggodinnen, of Mengelwerk van vernuft(1781-1782)–Anoniem Vrolyke zanggodinnen, of Mengelwerk van vernuft, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende 't Huwelyk der zon. De Zon verbond zich om te trouwen: 't Besluit werdt ras bekend in water, veld en stad. Zy noodigde al wat adem had. De trouwdag moest gevierd: men zou dan bruiloft houên. De blyde voorsmaak van de vreugd Deed vele schepzels vrolyk zingen. Der kikkren heir was meê verheugd: Reeds zag men jonge kikkers springen: Zy haakten naar het feest en niemand was belet. Een oude breedsmoel zag de pret, En kon dat woest gewoel niet lyden. Zy sprak met deftigheid: ô groengekouste schaar, ô Jonge beulingen, voorziet gy geen gevaar? Hoe kunt ge u toch zoo dom verblyden? Gy kent het nadeel niet dat ons de Zon verwekt, Wanneer ze, uit poelen en moerassen, Het heilzaam water door haar' gloed naar boven trekt, En velden maakt van diepe plassen. Eén Zon maakt onze woning droog, [pagina 285] [p. 285] Zy trouwt: gy viert haar feest: uw vreugd ryst waarlyk hoog. Maar zal uw blydschap duren konnen? Ligt zien we, in plaats van eene, eerlang verscheiden Zonnen. De kikkers waren dwaas: maar is de mensch niet blind, Die heil verwagt van iets waarin hy schade vindt? Vorige Volgende