De vrolyke zanggodinnen, of Mengelwerk van vernuft(1781-1782)–Anoniem Vrolyke zanggodinnen, of Mengelwerk van vernuft, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende De baden. Twee Dames, die, in 't badryk Aken, Een deel versleten van den blyden zomertyd, Vertelden hoe de reis haar harten had verblyd. De een sprak van al het nut, en de andre van vermaken. De een werd van loom en traag haast levendig en vlug: Zy ging heel ziek van huis en kwam gezond te rug. 'k Zal, zei ze, steeds met lof van Akens baden spreken; Want al myn kwalen zyn geweken. De tweede Dame, die nog weinig had gezeid, Verzogt men dat van 't nut der Baden zou vertellen. Haar antwoord was: ik wilde, uit enkle dartelheid, De Juffer op haar reis verzellen. Ik was volmaakt gezond: my deerde geene kwaal. Eene oude Tante hoort die taal, [pagina 258] [p. 258] En zei, wat zou het heuglyk wezen, Dat gy van dartelheid door 't reisje waart genezen. Vorige Volgende