De vrolyke zanggodinnen, of Mengelwerk van vernuft
(1781-1782)–Anoniem Vrolyke zanggodinnen, of Mengelwerk van vernuft, De– Auteursrechtvrij
[pagina 179]
| |
Maar de oudste was een Boer, moest werken om te leven,
Doch smaakte, met een bly gemoed,
Het gul vermaak, 't betoovrend zoet,
Dat vergenoeging, rust en ware vryheid geven.
Don Pedro, met zyn staat voldaan,
Sprak dus, op zekren dag, zyn' boerschen broeder aan:
Verdoolde! wilt ge u nog niet naar myn voorbeeld voegen?
Word wys, verhef u uit het stof,
Verzel my naar het Vorstlyk Hof,
En blyf het veld niet langer ploegen.
Doch Jan zegt: neen, ik volg u niet,
Maar zie uw dwaling met verdriet.
Gy moet in slaverny voor uwen Meester zwoegen.
Kom hier, verzel my op het land:
Hier oogst men vrugt van zaad en plant;
Hier wonen vryheid en genoegen.
|
|