De vrolyke zanggodinnen, of Mengelwerk van vernuft(1781-1782)–Anoniem Vrolyke zanggodinnen, of Mengelwerk van vernuft, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 174] [p. 174] De alchimist. Een Alchimist was ver gevorderd in zyn zaken, En roemde op ongemeen verstand. Hy was, zo sprak hy zelf, de rykste van het land, Wyl hy 't geheim bezat van zuiver goud te maken. Hy deed nog meer; hy maakte, in 't end, Zyn vordring aan den Vorst bekend. Hy ging nog verder; dorst het wagen, Om, met de grootste nedrigheid, Voor zyne ontdekking loon te vragen: Ook word hem, door den Vorst, beloning toegezeid. 't Is regt, sprak deze, vrugt van uwe konst te trekken; Gy spreekt met regt my aan: gy hebt het wel gevat. Myn gift zal tot uw voordeel strekken: Zie daar een leege beurs tot berging van uw' schat. Vorige Volgende