De vrolyke Nederlander, zingende met zyn incréable meisje de hedendaagsche liederen(1800)–Anoniem Vrolyke Nederlander, zingende met zyn incréable meisje de hedendaagsche liederen, De– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Een Nieuw Lied. Of tegenzang van de Vrek. Stem: Dat vry een Vrak, enz. 1. Wel wat of Cupido weer schort, Zyn beuling is geen deeg, Of zyn u vleugeltjes gekort, Is 't kookertje weer leeg, Of zyn u schigjes zonder klem, Ey zeg mistroostig kind, Of is uw minnezieke mem Met Mars weer aan de wind, Ik dans, ik zing, Ik juich en spring, Van blydschap voor de jeugd, Jongmans en lieve meisjes Die maaken zaamen vreugd. 2. Of scheelt het aan uw boogje kwant, Is 't peesje weer aan stuk, 'k Zie dat u fakkel niet en brand, ô Ja, gy zyt vol druk, Het minnevuur is uitgedoofd, De mingod heel ontsteld, Cupido van geweer ontroofd, Wie treurd niet met die held, [pagina 54] [p. 54] Ik dans, ik zing, Ik juich en spring, Van blydschap voor de jeugd, Jonkmans en lieve meisjes Die maaken zamen vreugd. 3. Maar kleine dwergje schrei zo niet, Houd moed myn beste maat, Ei spaar u traantjes van verdriet, Kom, kom, ik weet nog raad, Ontsteekt u toortsjen aan de vlam Die Philis heeft gestookt, Door 't vuur dat uit haar oogjes kwam, En in myn hart nog smookt, Ik dans, ik zing, Ik juich en spring, Van blydschap voor de jeugd, Jongmans en lieve meisjes Die maaken zaamen vreugd. 4. Ontbreekt u dan nog pyl en boog, Ontleend die uit het licht Van myn Godin haar straalend oog, Elk lonkje is een schigt, Die zeker treft, wat wil je meer? Zo raakt gy in postuur, De heele wereld brand dan weer Door u gestoolen vuur, Ik dans, ik zing, Ik juich en spring Van blydschap voor de jeugd, Jongmans en lieve meisjes Die maaken zaamen vreugd. Vorige Volgende