De vrolyke muzikant
(1810)–Anoniem Vrolyke muzikant, De– Auteursrechtvrij
[pagina 10]
| |
Stem: O zon! aan 's hemels trans.
Mijn man, mijn beste vrind,
Die my so hartelijk mind,
Schreef my deez' brief uit Tessel:
Mijn man! mijn beste vrind;
Gy saagt u voor 't geweld
Van storm en see beschermen;
Ik dank de Hemelmagt,
Denk hoe u Doortjen wacht,
U wacht in opene armen,
Denk hoe u Doortjen wacht,
ô Zuiv're Huwlyksmin!
Voer hem mijn wooning in,
Hoe sal het hart hem kloppen,
ô Zuiv're Huwlijksmin!
Wanneer sijn oog ontdekt,
Hoe, binnen weinig dagen,
Zijn vreugd nog klimmen sal,
Kom, Jacob! kom aan wal,
Mijn eenigst welbehaagen!
Kom, Jacob! kom aan wal.
Ei, sta getrouwd me by,
En wijk niet van mijn sy,
Wanneer het uur sal komen,
Ei, sta getrouwd me by,
Verhaast dan uwe komst;
Verhoort my de Albehoeder,
Rasch sien we ons, liefste vrind;
Van een beminlijk kind,
Gy vader en ik moeder
Van een beminlijk kind,
Wie klopt, wie klopt daar aan,
Ik voel mijn hart so slaan,
| |
[pagina 11]
| |
Ach, Jacob! mogt gy 't weesen:
Hy klopt, hy klopt daar aan,
Hy groet sijn' reisgenoot,
Herstellen wy ons intusschen:
Die vreugd vergoedt de smart.
Ik wacht hem aan dit hart,
Met reine liefde-kusschen.
Myn vriend! val aan dit hart.
|
|