Sadistisch universum
Praz' boek is een zeer eigenaardig boek. Het heeft veel weg van een literaire encyclopedie van seksuele perversies, een catalogus van gewenste en ongewenste intimiteiten. Er is voor elk wat wils. De indeling in vijf hoofdstukken en de index op het einde van het boek, te vergelijken met de indelingen in een pornowinkel, zorgen ervoor dat de lezer gemakkelijk zijn weg kan vinden in het romantisch kwaad. Het eerste hoofdstuk, ‘De schoonheid van Medusa’, behandelt de romantische voorkeur voor het lelijke, voor de ziekelijke schoonheid. De titel heeft betrekking op het gedicht dat Shelley schreef naar aanleiding van het zien van het schilderij van de Medusa in Italië dat ‘the tempestuous loveliness of terror’ uitstraalde. Het negatieve, wanorde, chaos, angsten, vervreemding, fragmentarisme, het huiveringwekkende, de dood zijn in de Romantiek een onderdeel van de esthetica van de westerse literatuur geworden.
Mario Praz
antonia mulas
Het tweede hoofdstuk, ‘Satans gedaantewisselingen’, gaat in op het romantische ideaal van de macho-achtige, fatale man, de Byronheld, de verre nazaat van Miltons duivel. Deze held, meestal van adellijke afkomst en met een lichamelijk gebrek, is outsider in de maatschappij, is rebels, gedreven door hartstocht en zucht naar weten.
Hoe je een vrouw kunt aftuigen en belagen en welk een genot daaraan verbonden is, staat te lezen in het derde hoofdstuk met als titel ‘In het teken van de Goddelijke Markies’. Dit hoofstuk, waarin het sadistisch universum van de romantici wordt beschreven, is onmiddellijk verbonden met het vierde hoofdstuk, ‘La belle dame sans merci’, waarin het thema van de vrouwelijke wreedheid centraal staat.
Het laatste hoofdstuk, ‘Byzantium’, behandelt met name allerlei erotische motieven uit de decadente literatuur uit de tweede helft van de 19de eeuw. Perversiteiten, satanisme en ondergangsbesef zijn in dit hoofdstuk in een bonte mengeling bij elkaar gezet.
Het is heel goed voor te stellen dat het boek van Praz in 1930, toen literaire erotiek, porno en sm-materiaal alleen nog maar onder de toonbank werden verkocht, opzien baarde. Wie tot dan over perversies wilde lezen kon meestal alleen bij de droge opsommingen en beschrijvingen van Freud of Krafft-Ebing of Havelock Ellis terecht. Bij Praz kreeg je ‘sm’ in versvorm! Opzienbarend was ook dat Praz van het traditionele beeld van de romantische liefde met de sterke nadruk op vergeestelijking en idealisering niets heel hield. Die nobele kant van de liefde werd door hem niet eens behandeld! Alle aandacht gaat uit naar de perversies. Praz kon zijn lezers dus verrassen doordat hij voor één thema koos, het erotische levensgevoel, en van dat erotische levensgevoel alleen de meer geperverteerde kant. Hij verdedigde zijn keuze met het argument dat in geen enkele voorafgaande periode de seksualiteit een zo centrale plaats had ingenomen in de produkten van de verbeelding als in de negentiende-eeuwse literatuur. Of dat waar is, weet ik niet, maar ik denk dat de erudiete Praz gelijk heeft. De eeuw waarin de seks uit het openbare leven werd verbannen had tevens de meest erotische literatuur.
Medusa, vroeger toegeschreven aan Leonardo da Vinci