Thrillers
Donald Westlake verzon een gezelschap van stoethaspelende schurken. In Good Behaviour (Star, f 16,55) treedt het voor de zesde keer op en met succes. John Dortmunder, een beroepsinbreker die in staat is de beste kraak voor te bereiden, maar bij de uitvoering altijd door pech wordt achtervolgd, moet dit maal een dochter uit de handen van haar vader redden. De man heeft er iets op tegen dat ze beslist non wil worden en houdt haar daarom als in een sprookje boven in een zwaarbewaakte wolkenkrabber gevangen. Voor Dortmunder en zijn kornuiten is meer een prinsenrol dan boevenrol weggelegd, maar dat wil niet zeggen dat ze daardoor nobel worden. Omdat het meisje heeft gekozen voor een orde waar een zwijgplicht geldt, ontwikkelt Dortmunder zich tot een hintskampioen. Dat is een leuk onderdeel van het verhaal, waarin verder diverse sterke scènes zitten, bijvoorbeeld de vlucht van Dortmunder in een afwasmachine om aan zijn achtervolgers te ontkomen. Westlake kan niet alleen komische situaties verzinnen, hij is ook heel goed in het bedenken van typetjes. Voor de kenners van de serie is het jammer dat de andere vaste leden van de bende, zoals Kelp en Murch, slechts een bijrolletje hebben, maar de introductie van de slotenspecialist die net achtenveertig jaar gevangenisstraf heeft uitgezeten en nogal gefixeerd is op dames, maakt veel goed.
Brought to Book van Tim Heald (Papermac, f 20,85) is ook leuk bedoeld, maar ik kon er helemaal niet om lachen. Als voorbeeld van humor vermeldt de auteur dat hij een vijfenveertigjarige heteroseksueel is uit een voorstad. Daar zijn er duizenden van en stel je voor dat die ook een boek gaan schrijven over een megalomane uitgever die bekneld raakt tussen zijn verzameling pornografie. Is het een ongeluk of is het moord en wie van de auteurs die de uitgever in zijn buitenhuis had verzameld, is dan de dader? De vaste held van Heald, een ambtenaar van het ministerie van Handel die ook aanwezig was als auteur in spe gaat op onderzoek uit, maar kan nergens kop of staart aan ontdekken. Dat was mijn ervaring ook en het toontje van kijk-mij-eens-stom doen vond ik niet leuk. Het boek staat verder stikvol met verwijzingen naar de Engelse schrijvers- en uitgeverswereld en is in dat opzicht als puzzeldetective misschien nog interessant.
Blood Shot van Sarah Paretsky (Dell, f 15,50) is een spannend boek voor oudere meisjes. Paretsky schiep de privé-detective Victoria Warshawski die ditmaal wordt gehuurd door een vroeger buurmeisje dat graag wil weten wie haar vader is. Dat geeft Victoria veel gelegenheid te mijmeren over haar eigen ouders die beiden overleden zijn en alleen maar fantastisch waren. Gelukkig dat ze zelf ook een heel aardige oude buurman heeft met een dot van een hond die graag door haar wordt uitgelaten en gelukkig heeft Victoria ook een ruime klerenkast, zodat ze regelmatig iets anders kan aantrekken. Helaas is de rest van de wereld minder leuk en gebeuren er in Chicago in de oude buurt van Victoria vervelende dingen die erop duiden dat een chemische fabriek zich niet echt om de mensheid bekommert. Dat geeft Victoria Warshawsky heel wat hoofdbrekens, maar deze warmmenselijke ruwe bolster waarin een tutje schuilgaat, weet toch alle problemen te klaren.
De Blue Murder-reeks biedt heruitgaven van hardgekookt werk dat al heel lang niet meer te krijgen was. The Tiger Among Us van Leigh Brackett (f 20,80) stamt uit 1957. Het is het verhaal van een burger die het er niet bij laat zitten nadat hij door een groep jongens zonder aanleiding in elkaar is getremd, waarop de politie heeft laten weten dat men niets voor hem kan doen. In de categorie boeken waarin de burger in een wreker verandert, is dit verhaal een rustig voorbeeld, maar toch spannend om te lezen. De dapperheid van de hoofdpersoon die graag alleen maar een nette huisvader had willen blijven, leidt tot nieuwe reacties van de jeugdbende en vandaar tot verdere escalaties. De hoofdpersoon treedt zelf als verteller op en geeft de lezer een soort les over de menselijke aard. Gelukkig mag het goede in de mens overwinnen en blijkt de hoofddader eigenlijk een nare lafaard te zijn.
Hitler pleegde op 30 april 1945 geen zelfmoord. Dat beweert Joseph Heywood in The Berkut (Dell, f 16,65), een thriller van 658 bladzijden die niet zozeer avondvullend is als wel een hele vakantie mee kan. Hitler ontsnapte volgens een van tevoren opgesteld plan en het lijk dat de Russen aantroffen was van een dubbelganger. Gelukkig had Stalin voorzien dat zijn collega-dictator iets dergelijks misschien wel zou uithalen. Hij heeft een commandogroep ingesteld die tot opdracht heeft Hitler te grijpen, liefst levend. De aanvoerder noemt Stalin liefkozend ‘berkut’, het Russische woord voor arend waarmee op wolven wordt gejaagd. Honderden bladzijden lang zijn de commando's op jacht, terwijl de lezer mag weten dat Hitler zich tijdelijk onder hoede van een SS-kolonel zich in het Harzgebergte schuilhoudt. Om de spanning erin te houden werpt de schrijver ook nog een Amerikaanse geheim agent in de strijd, een groep joden die zich op Duitsers willen wreken en de paus die graag nazi's aan een nieuwe toekomst helpt. De droom van Stalin is Hitler in een kooi in een kamertje aan het plafond te hangen, zoals sommige mensen ook voor hun lol een gifslang houden of een muizen etende leguaan. Het duurt tot 28 april 1946 (140 hoofdstukken later) voordat duidelijk wordt of Stalin zijn zin zal krijgen. Dan is de lezer via een lange tocht uit de Harz naar Zuid-Duitsland, Oostenrijk en Italië op een Grieks schip in de Middellandse Zee aangekomen. Hitler, die onderweg de heer Wolf heet, imponeert het minst in de ellenlange, maar toch spannende verhaal vol harde mannen en vrouwen die weten wat trouw is.
THEO CAPEL