Buikspreker van de jonge generatie
Deel 3 van de avonturen van Adrian Mole
True confessions of Adrian Albert Mole, Margaret Hilda Roberts and Susan Lilian Townsend door Sue Townsend Uitgever Methuen, 118 p. Importeur Nilsson & Lamm, f 27,30
Aukje Holtrop
‘Je moet van ophouden weten,’ herinner ik me vaag als algemene richtlijn bij de opvoeding vroeger, als je leuk aan 't doen was en daar te lang mee doorging. Een commentaar in de trant van ‘doe maar gewoon, dan doe je gek genoeg’ en eigenlijk nogal zuur dus. Maar het kwam onmiskenbaar bij me op toen ik True confessions of Adrian Albert Mole, Margaret Hilda Roberts and Susan Lilian Townsend, het derde Mole-boek van Sue Townsend las. Een paar jaar geleden schreef Sue Townsend - en ik noem nu maar de Nederlandse titels: Het geheime dagboek van Adriaan Mole 13¾ jaar en De groeipijnen van Adriaan Mole. Het werden bestsellers, Sue Townsend is er wereldberoemd door geworden en wat je ook van die boeken kon zeggen, vrolijk en geestig waren ze wel. Adriaan Mole was een puber met puisten en hemelbestormende ideeën en zijn verhouding tot zijn ruzieachtige ouders, zijn vriendin Pandora, de dichtkunst en de rest van de wereld werden in dagboeknotities scherp beschreven. Het was een jongen waar volwassenen vertederd ‘ach gut’ bij zeggen en dat vond ik zelf nogal een bezwaar. Dat een volwassene zich inleeft in een opgroeiende tiener is zo erg nog niet. Maar het wordt vervelend als die inleving vervolgens weer in vertederende zinnen wordt omgezet. Want wie is er nou eigenlijk zo grappig? Adriaan Mole of de schrijfster die hem zo geestig wist vorm te geven? En was Adriaan iemand om wie je hartelijk mocht lachen vanaf de veilige afstand van het volwassenenbestaan, of moest je eigenlijk ontroerd worden door de weerloze levenshouding die hij bleek te bezitten?
Het derde deel in de serie ‘Adrian Mole’ versterkte alle gemengde gevoelens die ik bij de eerste twee delen had. Deze keer lopen we met grote stappen door Adrians leven heen, de dagboeknotities lopen van Kerstmis 1984 tot zomer 1989. In die vijf jaar wordt Adrian zo ongeveer volwassen, hij komt van school, zoekt en vindt werk en gaat uit huis. Natuurlijk maakt hij weer van alles mee, en het is weer allemaal tamelijk slapstick: een rare reis naar Rusland, pogingen tot het schrijven van poëzie, verliefdheid op Sarah Ferguson (die van prins Andrew), blijvende verliefdheid op Pandora en zo nog wat meer.
Bij Adrians dagboek blijft het niet. Sue Townsend heeft ook enkele dagboekachtige stukken van zichzelf opgenomen, over een vakantie op Mallorca, over een reis naar Rusland, over Engeland, en na dat deel komen er nog weer andere dagboekaantekeningen. Van Margaret Hilda Roberts, in wie de lezer de jonge Margaret Thatcher kan herkennen, onder andere door haar angst voor communisten, socialisten en de vakbond. Het dagboek stamt uit de jaren dertig en de jonge Margaret is al volop bezig met hogerop te komen. Heel grappig ook weer, en ook heel anders dan het dagboek van Adrian, want meisjes - en vooral ouderwetse meisjes - schrijven heel anders dan moderne jongens. Gelukkig moet je er wel precies zo om grinniken.
O, wat heb ik genoeg van al die schrijvers die als buiksprekers een jonge stem opzetten en gewapend met de vernietigende vertedering van volwassenen een jongere generatie op papier zetten. Als die schrijvers hun eigen jeugd willen nabeschouwen, of de tegenwoordige jeugd willen becommentariëren, of als ze de gebeurtenissen van de dag willen kritiseren, zouden ze dan niet eens uit die veilige hoek van de nog niet alleswetende puber willen komen en gewoon als een volwassene willen schrijven? De schrijftrucjes, de gespeelde onnozelheid, de grappige opwinding over het leven, het is allemaal zo voorspelbaar en zo vervelend, dat ik bijna de neiging voel om ze namens de jongeren dringend te vragen zich voortaan met hun eigen soort en leeftijdgenoten bezig te houden. Maar ik bedwing die neiging. Laat die jongeren zelf maar bedenken wat ze er leuk en vervelend aan vinden. Ik heb voorlopig weer even genoeg van alle ‘ik, tragikomische, heftiglevende jongere’-boeken die door volwassenen zijn geschreven.
■