Vrij Nederland. Boekenbijlage 1989
(1989)– [tijdschrift] Vrij Nederland– Auteursrechtelijk beschermdGöringOok politieke gangsters als Hermann Göring moeten een biografie krijgen, niet alleen omdat zij tot ons cultuurpatroon behoren maar eveneens om zoals Eugen Kogon in Der SS-Staat schrijft te zijn: ‘Eine Warnung nur aus den Tagen der Finsternis des dritten Reiches.’ Maar als een geestverwant zich met die klus belast, is het wel zaak dat de noodzakelijke recensie kritisch en met kennis van zaken geschreven wordt. In F. Dekkings bespreking van David Irvings biografie van Göring (‘Göring bleef tot het einde populair’, Boekenbijlage 29 juli 1989) kom ik een paar slordigheden tegen die erom vragen rechtgezet te worden. Er wordt gesproken over een eigen SS-regiment. Onzin, Göring had geen SS-regiment; hij had de Luftwaffe, die hij - o, dialectiek van de vooruitgang - uit het niets had opgebouwd tot een geducht wapen en die later, gelukkig, onder meer door zijn vadsigheid teloorging. Trouwens, gezien de verhouding tussen G. en de Reichsführer SS Himmler is het niet goed in te zien dat Himmler een SS-Standarte aan G. zou hebben afgestaan. Volgens de recensie zou G. tot het laatste jaar Hitlers vertrouwensman zijn geweest. Ach kom, de junk Hermann Göring had zo goed als alle vertrouwen bij Hitler verloren; de morfine en het falen van de Luftwaffe droegen daartoe bij. Natuurlijk was G. tegen bepaalde plannen, dat betrof uitsluitend het tijdstip, van Hitler - wie was dat in diens omgeving niet? - maar nooit heeft hij zijn gewicht in de schaal gelegd om de uitvoering van die plannen te voorkomen. In 1939 liet hij een Zweedse vriend stuntelige pogingen ondernemen om een oorlog te ontlopen, niet om Polen te redden maar om niet in strijd te geraken met Groot-Brittannië. Een, al dan niet, charmante uitspraak had misschien bij Hitler iets bereikt, die kon immers ook charmant zijn! De Reichsmarschall (een fluttitel, door Hitler in het leven geroepen om G. te vleien, een charmant gebaar, zo iets als een koningstitel bij Napoleon) zou tot het einde populair zijn geweest, getuige de reactie bij zijn bezoek aan een platgebombardeerde stad. Bij het begin van het bombardement-festijn zal G. wel eens zo'n stad bezocht hebben, maar dat was spoedig voorbij. De grootspreker had in een vroeg stadium van de oorlog uitgebruld dat ze hem ‘Schmitt’ mochten noemen als er één Engelse bom op Duitsland zou vallen. De Berlijners waren dat niet vergeten en toen G. zich dan eens in een Berlijnse wijk vertoonde, werd er geroepen dat Schmitt er aan kwam. G. verdween toen snel naar zijn klerenkast, het ministerie van luchtvaart. Jackson was bij het proces in Neurenberg geen rechter, hij was daar een Amerikaanse aanklager of officier van justitie. Mogelijk is dat G. hem verbaal de baas was, zeker is dat in het proces-Van der Lubbe G. door Dimitrof werd afgeslacht en Jackson kon zo'n twaalf jaar later over meer informatie beschikken dan Dimitrof, bovendien was Jackson zorgvuldig uitgezocht. Misschien is de eventuele schroom van Jackson te verklaren uit het feit dat het Neurenbergse proces een juridisch monstrum was, waarmee ik niet wil beweren dat de aangeklaagden niet veroordeeld hadden moeten worden. Verre van dat - wat mij betreft waren ze onmiddellijk opgehangen, de vrijgesprokenen incluis. Nogmaals, het is goed dat er over zulke schoften biografieën worden gepubliceerd maar biografieën die om het fascisme opnieuw salonfähig te maken een mythe van een charmante Göring scheppen, moeten zeer kritisch benaderd worden. Ten slotte: wie kan mij de charme aantonen in G.'s uitspraak van 4 maart 1933: ‘Ich habe nicht Gerechtigkeit zu üben, sondern zu vernichten und aus zu rotten.’ Zwolle Karel Wolters |
|