Germaine Greer
Vervolg van pagina 1
Reg Greer
bij voorbeeld, had hij zich onveranderlijk in clichématige, racistische bewoordingen uitgelaten. Toch gaat Germaine onverdroten voort met zoeken en neemt ze zelfs het vliegtuig naar Delhi. Ze raakt er behoorlijk gedeprimeerd, omdat Daddy verder van haar af lijkt te staan dan ooit, vooral als ze zich realiseert dat hij waarschijnlijk nooit een voet op Indiase bodem had gezet. ‘Hield je van me?’ - de onvermijdelijke, impliciete en pathetische ‘vrouwenvragen’ spelen in deze fase door haar hoofd. ‘Had je respect voor me? Waarom vroeg je nooit wat ik ergens van vond? Waarom bracht je nooit tijd samen met me door? Waarom heb je me nooit in vertrouwen genomen?’
Na een gesprek met Sir Ray Ferrall, de nestor van de Australische krantemannen, die zich geen enkele ‘Robert Greer, journalist’ kan herinneren, ligt Germaine 's nachts badend in het zweet in bed; van schaamte kan ze de slaap niet vatten. Haar grootvaders naam is nep. Haar moeder was in het huwelijksbootje gestapt zonder zich eerst van de geloofsbrieven van haar eega te vergewissen. Ze kan er niet meer onderuit: haar vader is een fantast. Voor ze echter het Salomonsoordeel over Daddy velt, moeten eerst zijn oorlogservaringen nog uit de doeken worden gedaan.
In oktober 1941 hadden de toelatingsgesprekken van de Royal Australian Air Force plaats in Melboume. Reg Greer zette zijn sterkste Reg Greer neer, het verhaal waarop zijn dochter haar vruchteloze research zou baseren. In januari 1942 vloog hij overzee, in de divisie van mannen die zich vrijwillig hadden aangemeld. Vrijwillig? Daddy had zijn gezin steeds voorgehouden dat hij was opgeroepen om zijn vaderland te verdedigen tegen de Japanners. In werkelijkheid ontvluchtte hij zijn vrouw en dochtertje. Hij kwam - of all places - terecht bij de militaire geheime dienst van de RAF en hield zich bezig met het ontcijferen van gecodeerde informatie van de Duitsers. De opleiding tot Secret and Confidential Publications Officer moet haar toch al zo gesloten, weinig mededeelzame vader, die loog over zijn afkomst, hebben omgevormd tot een man die een dubbelleven moest leiden en die zijn rechter hand niet mocht laten weten wat de linker deed. Een goede geheime-dienstofficier moet zichzelf dag en nacht bewaken, hij mag niet doorslaan, maar hij mag de in zijn brein opgeslagen geheimen ook niet vergeten. Hij leeft in angst. Hij moet iedereen laten vallen als het erop aankomt, hij leeft te midden van misverstanden en kan nooit iets rechtzetten. Zijn intimi zijn zijn gevaarlijkste tegenstanders.