Geen afgesloten kosmos
De antropologen Reimar Schefold en Hetty Nooy-Palm zijn op Sulawesi niet in deze val van de zogenaamd exclusieve verklaring gelopen. Ze wijzen erop dat de prachtige bouwstijl van de Toraja ook elders dan in Torajaland zelf zijn origine kan vinden en zijn gelijkenissen heeft. Ze zijn er dan ook allerminst op uit Torajaland tot een afgesloten kosmos te verklaren, integendeel. Ze benadrukken juist in hun beschrijving de invloed van elders. Die invloed, we zagen het, was rond de eeuwwisseling merkbaar door de opkomst van de nieuwe blanke elite die het nu voor het zeggen kreeg. Oude inheemse vorstenhuizen bladderden dus af; hun slaven werden hun ontnomen en het koloniale belastingstelsel zoog gelden weg die vroeger naar de vorst gingen. Bovendien was er geen oorlogsbuit meer omdat er geen oorlog gevoerd mocht worden. Dus de oude vorstelijke architectuur bladderde ook af. Wie over die afbladdering mooie halfautobiografische verhalen wil lezen, neme het Verzameld Werk van Friedericy (Querido) ter hand. Ook mooi en spannend is het grote kinderboek De Gouden Kris van Marie van Zeggelen, een vrouw die goed uit haar ogen kon kijken. Haar man was, net als Friedericy, binnenlands bestuursambtenaar en beiden waren in Celebes juist toen de grote veranderingen na de koloniale invasie daar hun neerslag begonnen te vinden.
Woonhuis met neushoorndak
Veranderingsfactor nummer twee waren missie en zending die in animistisch Torajaland veel succes hadden, zij het niet zozeer in de koloniale tijd als wel daarna. Koloniale gouvernementen in Indië waren namelijk, anders dan altijd wordt gedacht, niet zulke vrienden van missie en zending. Import van christelijke geloven gaf maar gedonder onder de bevolking en van dat gedonder komen in de regel godsdienstoorlogen. Die stroken weer niet met het motto ‘Rust en Orde’ dat het gouvernement als wapenspreuk voerde. Dan maar heiden. De grote successen van de zending worden dan ook na 1950 behaald, als Indonesië soeverein is. Met de intrede van het christendom verdwijnt in Torajaland het animisme niet, maar het verandert wel. Zoals de architectuur verandert. Want wie zending zegt, zegt kerkgebouwen; de protestantse kerkgebouwen afgebeeld in Banua Toraja hebben die prachtige grote neushoornvormige daken waar de Torajahuizen ook beroemd om zijn. En toch zijn ze in het bouwkundig landschap vreemde elementen, maar niet vreemder dan kantoren of moderne opslagplaatsen. Want, verandering nummer drie, Torajaland is al lang geen afgesloten gebied meer; het is een deel van Indonesië en het is onvermijdelijk dat met name de jonge mensen zich net zozeer burger van hun jonge nation-state Indonesia voelen als lid van een tribale groep als de Toraja's.
Beter transport, televisie, politieke propaganda vanuit Jakarta, de nieuwe werkelijkheid van een steeds gecompliceerdere bureaucratie in een steeds gecompliceerder wordende wereld vervullen de Toraja's niet zomaar met nostalgie. Transport betekent: werk elders. Trekarbeid dus. Zoals overal in Indonesië is er ook in Torajaland vrijwel geen gezin dat niet een zoon of dochter elders in de archipel heeft. Daarom zijn ook de Toraja's mobieler dan ooit. Ze gaan daarheen waar geld te verdienen is in een modern beroep. Want de koffieplantages in Torajaland brengen wel goed op, maar het is simpel werk en onvoldoende ook in kwantiteit. En met de moderne tijd heeft ook in Torajaland het golfijzeren dak, voor de tropen een even populaire, want goedkoop als gloeiendhete dakbedekking, zijn intree gedaan. Onder het golfijzeren dak siert de betonnen bungalowwoning tegenwoordig Torajaland; een keuze die van huisvrouwelijk standpunt uit meer dan begrijpelijk is. Want de traditionele huizen zijn niet alleen van hout en dus in de tropen een bron van aanhoudende zorg, maar traditioneel hoor je ook op één hoog te wonen en dat is een heel geklim in de hitte. Maar verlies van traditie is het natuurlijk ook, dat wonen gelijkvloers met een betonnen platje. En even denk je dus dat je je zult moeten reppen om in Torajaland de laatste specimina van een grootse en fraaie architectuur te kunnen aanschouwen. Maar niets is minder waar. Want er blijven almaar nieuwe, traditioneel gebouwde huizen te bewonderen. Hoe kan dat, als de mensen er niet in willen wonen? Heel simpel: wonen doen ze in hun betonnen bungalow waar ze gewoon Indonesiër zijn net zo als de vele andere miljoenen Indonesiërs op de vele andere eilanden waar net zulke bungalowtjes gebouwd worden. Maar Toraja-zijn doen ze in hun huis met zijn traditionele bouwstijl dat naast de bungalow wordt opgetrokken. Want het huis heeft in Torajaland een religieuze betekenis. In het huis drukt de Toraja zijn
perceptie van de kosmos uit. Zonder een traditioneel huis geen zegen der goden en slechts ongeluk op het levenspad. En denk maar niet dat het rationalisme in Torajaland de goden verdringt. Steeds groter en fraaier, duurder, monumentaler en rijker gedecoreerd wordt het naar traditie gebouwde huis - naast - het woonhuis. De koffie brengt goed geld op en de trekarbeid ook. En de trek naar elders maakt mensen niet minder enthousiast voor hun typische Torajacultus. Integendeel, eenmaal aan het werk op Java of Borneo worden mensen meer Toraja dan ooit, ongeveer zoals ‘onze’ Molukkers de zeden en gewoonten van hun Molukse eilanden beter kennen en onderhouden dan hun mede-Molukkers op die eilanden zelf. Of zoals een jongen uit Toraja die op Bali het hotelvak leerde, me ooit zei: ‘Here I learnt at least one thing. Balinese people are no Indonesian people. The Toraja people are real Indonesian people.’ Mooier in al zijn tweeslachtigheid kon het niet: burger van de staat en Toraja tot in zijn merg, dat was hij. Hij was ook een groot voorstander van de handhaving van de religieuze traditie, en zijn religieus-animistisch enthousiasme nam allerminst af door het feit dat zijn vader in Torajaland een hotel dreef waar vrijwel alleen blanken logeerden. In zijn visie kwamen animistische ceremonieën, traditionele architectuur en toerisme juist in het hotel van zijn vader op harmonieuze wijze bijeen, een visie die het ministerie van Toerisme in Jakarta deelt. Dat bevordert het ceremonieel begraven en het traditioneel bouwen dan ook naar behoren - dat brengt allemaal deviezen naar Indonesië. Want Torajaceremonieën zijn veelkoppige, kleurige aangelegenheden die vreemdelingen aantrekken.