Onhandelbare begeerten, provocatief beschreven
Een vindingrijke overspelkomedie van Kingsley Amis
Difficulties with girls door Kingsley Amis Uitgever Hutchinson, 276 p., f51,40
Anthony Paul
De nieuwe roman van Kingsley Amis speelt in Londen in 1967, waar toen sociaal en seksueel een nieuwe tolerantie in de lucht hing. Zo kwam in dat jaar in Engeland bijvoorbeeld een einde aan de strafbaarheid van homoseksuele handelingen tussen volwassenen. De roman wekt de indruk dat zulke wijzigingen in het openbare standpunt nauwelijks echt verschil maken voor de eeuwige vraagstukken inzake de menselijke seksualiteit en de wijzen waarop mannen en vrouwen zich wijden aan de taak om onderling tot een soort modus vivendi te komen.
Difficulties with Girls grijpt terug op het leven van twee personages uit een vroegere roman, Take a Girl Like You uit 1960, waarin de hitsige leraar Latijn Patrick Standish het gemunt heeft op de kuisheid van de aardige, verstandige Jenny Bunn, een onbedorven meisje uit het ouderwetse noorden, en uiteindelijk zijn doel bereikt door haar zo ongeveer aan te randen. De opportunistische jager Patrick beschikt over een charmante geestigheid en zelfkennis: hij is - naar Amis' maatstaven - in wezen een goed mens, met het hart en het verstand op de juiste plaats, hoewel dat misschien niet altijd geldt voor zijn opstandige pik. Jenny, zijn antagoniste en complementaire tegenpool, is misschien naïef, maar beschikt over het morele equivalent van een absoluut gehoor; de nuchtere helderheid van haar oordeel brengt Patrick in beide romans berouwvol tot matiging en behoedt hen beiden voor de chaos die ligt buiten de regels waarnaar we moeten leven. Amis kwijt zich met succes van de hachelijke taak om van haar niet alleen de stem van de moraal maar ook een geloofwaardig, sympathiek persoon te maken, en daarnaast Patrick te presenteren als een figuur die ondanks zijn morele zwakte Jenny's geduld en trouw verdient.
De twee zijn nu een aantal jaren getrouwd. Ze hebben geen kinderen, hoewel haar zwangerschap de reden vormde dat ze trouwden - ze heeft een miskraam gehad en denkt nu dat ze geen kinderen kan krijgen. Op haar achtentwintigste is ze nog altijd fris en noordelijk-verstandig, ook al heeft ze wat grootsteedse flair opgedaan en iets verloren van haar vroegere meisjesachtige neiging tot sentimentele gemeenplaatsen - ontwikkelingen die de schrijver, een nagenoeg feilloos waarnemer van taalkundige trekjes, tot uitdrukking laat komen in de nieuwe vrijmoedigheid van haar vocabulaire. Patrick, die inmiddels zesendertig is en wel zijn haar maar niet zijn libido kwijtraakt, heeft het onderwijs eraan gegeven en werkt nu bij een kleine uitgeverij onder leiding van een trendy figuur met een Che Guevara-baret, die hopeloze dichters en hippe linkse mediafilosofie uitgeeft. Uitgeversbijeenkomsten, borrels, lunches, her en der verspreid, verlenen de roman een aangenaam vleugje ontspannen satirische komedie. Het literaire wereldje van Londen, zo lijkt het, wordt of werd geheel bevolkt door potsierlijke egotrippers.
Kingsley Amis
De overspelkomedie is iets wranger en treuriger. Patrick is zo dom te denken dat hij ongestraft kan rondscharrelen, maar Jenny heeft elk teken in de gaten; via haar volgt de scherpe ofschoon bekrompen blik van de schrijver de haast onmerkbare bewegingen van bedrog en zelfbedrog, die in kaart worden gebracht in het vindingrijke informele proza waarmee hij zo lenig de kronkels der gedachten volgt.
Patrick speelt met het idee om met de vrouw van de baas naar bed te gaan en pleegt alvast wat voorspel op een van de borrels, terwijl hij het al doet met de buurvrouw. Op een andere borrel probeert hij Jenny aan een andere man te koppelen, zodat hij zich minder schuldig zal voelen over zijn eigen wangedrag. Ze doorziet zijn manoeuvre; zoals ze ook de literaire pretenties doorziet waarmee hij zijn seksisme rechtvaardigt: in een climactische confrontatie gooit ze hem als bewijs de passages voor de voeten die hij heeft onderstreept in Tom Jones:
‘Ook al handelde hij niet altijd juist, toch deed hij dat nooit zonder gevoel of wroeging. Ten slotte haalt de schrijver zijn figuren uit de narigheid. De gebeurtenis is een blijde: zij kondigt aan dat ze tenslotte toch nog een kind krijgt. Dat bewust conventionele romantische einde geeft ons niet direct een groot vertrouwen in de toekomst van het stel.
Tegen Patricks ‘problemen met meisjes’ en die van Jenny met Patrick, worden de verschillende problemen afgezet van Tim, Eric en Stevie. Tim is een excentrieke advocaat die lijdt aan ejaculatio praecox. Hij raadpleegt daarom een psychiater - nooit een verstandige daad in een roman van Amis - en krijgt te horen dat hij een latente homo is. Dus gaat de stakker zijn best doen om voor homo door te gaan, hoewel het voor ieder ander vaststaat dat hij dat niet is, in de verste verte niet, totdat hij uiteindelijk tot inkeer komt en teruggaat naar zijn vrouw.
De kern van de roman is een nogal ontmoedigende versie van de tegenstelling yin en yang. Eric vertrouwt Patrick toe dat er tussen hen de overeenkomst bestaat dat ze mannen zijn die worden aangetrokken door een niet-mannelijk principe; het probleem is het irrationele vrouwelijke principe: ‘Ze zijn anders dan wij. Meer als kinderen. Huilen als er iets misgaat. Doen moeilijk om iemand te lijken.’ Patrick overdenkt hetzelfde thema, en zegt tegen Jenny dat je om lui als Stevie te begrijpen je ‘het meest hysterische, egocentrische, eigengereide rotwijf in min of meer mannelijke biologische vorm’ moet voorstellen. Gelukkig is de roman complex genoeg om meer te zijn dan de aanstootgevende opvattingen die hij bevat. In laatste instantie zijn de standpunten die Eric en Patrick erop na houden deel van hun probleem. En hoewel het dualisme man-vrouw geformuleerd is in provocerende en zelfs beledigende termen, valt tegelijkertijd moeilijk te ontkennen dat een dergelijk soort scheiding, die zowel destructief als creatief is, inderdaad de kern vormt van veel - en misschien wel alle - seksuele en echtelijke ervaringen.