Moordhoek
Vervolg van pagina 10
hebben laten weten dat de bekladde pastoor niet alleen een aanbeden maar ook eert nog steeds letterlijk te aanbidden figuur is).
Schilders (hij heeft het boek gemaakt met enkele anderen die de uitvoerige research deden) vertelt in het boek de geschiedenis chronologisch: de gebeurtenissen op de dag van de moord, het klungelige onderzoek, de twee rechtszittingen en eindigt dan met een opmerkelijke reconstructie van wat er volgens hem werkelijk is gebeurd. Een boeiend stukje speurwerk waar, op grond van de in het boek naar voren gekomen feiten en getuigenissen, niet veel tegen in te brengen is. Het boek lezen, met in het achterhoofd de wetenschap dat de auteur aan het slot zal stellen dat de pastoor het gedaan heeft, maakt het zelfs nog intrigerender.
Wat helaas aan Moordhoek (de gruweldaad werd bedreven in de parochie ‘Noordhoek’) ontbreekt, en wat ook niet meer te achterhalen zal zijn is die ‘oral history’, het verhaal van wat de betrokkenen dachten en voelden. Want wie dit verhaal, aan de hand van knipsels en documenten, kaarten en foto's, tot zich neemt kan niet ontkomen aan de benauwende gedachte dat heel wat figuren (de vader van het ongelukkige meisje, de politiecommissaris, sommige getuigen, waarschijnlijk zelfs de rechter, de broer die dus procureur-generaal in Den Bosch was) geweten moeten hebben hoe de zaak eigenlijk in elkaar zat. De snelheid waarmee, na de tweede vrijspraak van de verdachte, de doofpot dichtging zegt genoeg. Het is duidelijk dat niemand ‘de kerk’ ter discussie durfde of wilde stellen; de rok van de pastoor moet als een verstikkende, donkere deken over de Tilburgse samenleving van die tijd gehangen hebben. Wat Schilders binnen het genre van de waar gebeurde misdaad geschreven en gereconstrueerd heeft is uniek, maar wat hij niet kon schrijven is beklemmend.
■