Bart Peeters
Goethe, Het lijden van de jonge Werther
Echte liefde
Bart Peeters (1959) is slagwerker/deskundige en werkt voor VARA en BRT.
Die Leiden des jungen Werthers is in vertaling verschenen bij De Bezige Bij, f 26,50.
Bart Peeters
Ik heb tot nog toe boeken gelezen: a) omdat ik moest van school, b) omdat ik tegen slaapmiddelen ben, c) omdat ik goesting had. Het lijden van de jonge Werther van Goethe heb ik gelezen omdat ik goesting had.
Ik was zestien en vermoedelijk zwaar besmet met adolescentieverschijnselen. In mijn vriendenkring was er een fluistercampagne: je hoorde ‘Werther’ te lezen want dat ging over ‘echte liefde’ (een sport die zijn neerslag vond in onze dagboeken) en ‘meisjeslopen’ (een sport die, als het wat meezat, zijn neerslag vond in een korenveld).
Over ‘echte liefde’ wisten we niks, we gaven onze dagboeken niet door omdat we onbewust wisten dat ze vol lulkoek stonden. Het dagboek van Werther gaven we wel door, dat was klasse, hij pleegde zelfs zelfmoord.
Werther was de eerste dikke hit van de schrijver Goethe (en eigenlijk ook zijn enige, alle generatiegenoten die Faust of Wilhelm Meister ooit helemaal hebben uitgelezen mogen morgen bij ons komen eten). Goethe was een jaar of vijfentwintig toen hij hem schreef. De opzet was rotcommercieel: het boek verscheen anoniem, alsof het om échte dagboekbrieven ging, die door een goeie vriend verzameld werden. Je identificeren met een echte mens gaat namelijk makkelijker dan met een romanpersonage. Het kwam al gauw uit dat Werther, de jonge held die zelfmoord pleegt omdat zijn gevleugelde liefde voor het meisje Lotte onbeantwoord blijft, eigenlijk niet bestond.
Een belangrijk argument in onze fluistercampagne was de wetenschap dat hopen achttiende-eeuwers de Werther-mythe werkelijk gingen naleven en echt zelfmoord pleegden. We dichtten het boek aldus een bescheiden taboekarakter toe en verstopten het onder ons bedkussen, in de waan dat onze ouders erop zouden reageren alsof het Playboy zelf was.
J.W. von Goethe
Eén van mijn vrienden las het zelfs bij maanlicht, hij draagt nu een bril.
Ik vond ‘de jonge Werther’ wondermooi, ik liet me helemaal inpakken door de hoofse ontboezemingen en vond Werthers gesmacht veel sexy-er en inspirerender dan alle naaibladzijden in de grote-jongensboeken die voorheen onder mijn bedkussen staken. Ik geloofde elk woord en achtte het erg onwaarschijnlijk dat Goethe een personage verzonnen had dat niet grotendeels autobiografisch was.
Het slot gaf me géén ‘ik-ook-gevoel’, maar ik vond het wel klasse.
Later vemam ik dat Goethe helemaal geen Werther-type was en toen ik het boekje onlangs terug inkeek kwam het me heel anders voor. Ik vond het nog even mooi, maar het leek me eerder een geniale parodie op de romantiek. Zoals ik denk dat Prince een asceet is, die alle geilneven van de wereld op de korrel neemt, denk ik dat Goethe een ordinaire wijvenzot was die alle geëxalteerde platonici uit zijn tijd een flitsende hak wou zetten. Schiet door je kop en vraag het hemzelf, hij ligt op dit ogenblik vermoedelijk te rollebollen met Janis Joplin in hemel 17.
■