Een aforisme is meestal een uitspraak met een baard (aforisme)
Hermans op de korte baan
Dinky Toys door Willem Frederik Hermans Uitgever: De Harmonie, 112 p., f 14,90; f 24,90 (gebonden)
Carel Peeters
Het aforisme is zo'n irritant genre omdat de schrijver ervan altijd een bedaagde wijze wil zijn die iets bedacht heeft voor het heil van de mensheid. Er hangt een halo van oude flessen wijn omheen. Het zijn de mooiste gedachten van de schrijver die we te lezen krijgen, gekleed als Willy Dobbe of Barbara Cartland. Schrijvers hebben zeker wel eens flitsende gedachten die oplichten in een roman, gedicht of essay. Maar daar zitten ze goed. Ze worden dan beschermd door de grijze massa van gewone woorden die noodzakelijk zijn om een flitsende gedachte voort te brengen. Hiermee wil niet gezegd zijn dat ik die grijze massa wel draaglijk vind. Allerminst. Het is een woestijn die op zijn minst een oase moet beloven, anders moet men er niet aan beginnen. Willem Frederik Hermans is helemaal geen schrijver voor het genre, maar hij heeft wel eens een oplichtende gedachte die hardnekkig kan blijven hangen (‘De mens is een chemisch proces als een ander’). Toen Frans Janssen dan ook in 1972 zulke uit zijn werk oplichtende uitspraken verzamelde onder de titel Hellebaarden haastte hij zich achterop te vermelden dat Hermans eigenlijk maar een aforisme had geschreven, en dan nog een die zich keert tegen het genre. Het was deze: ‘Een aforisme is net zoiets als het muziekstukje van een stel muzikale clowns, dat na een paar maten al misgaat.’
De ‘uitspraken’ (zoals Hermans ze zelf noemt) die hij nu onder de even degelijke als speelse titel Dinky Toys heeft verzameld (nadat ze eerst grotendeels in het tijdschrift Podium hadden gestaan in de jaren zestig en zeventig) zijn het levend bewijs van mijn bewering dat een flitsende gedachte door minder flitsende zinnen schijnt te worden voorbewerkt, want ze zijn misschien niet minder grimmig, maar wel aanmerkelijk minder scherp en diepzinnig en er blijft bovendien veel minder spontaan van hangen. Of het nu uitspraken of aforismen zijn, ook voor deze Dinky Toys geldt dat je ze vergeet wanneer je ze gelezen hebt. Het uitgeven van zulke aforismen of uitspraken vraagt erom, er rust geen zegen op: ze hebben pootjes waarmee ze zich met grote snelheid weer uit je gezichtsveld spoeden. Alleen het soort mensen dat er een aantal van uit het hoofd gaat leren om ze in een gesprek te kunnen laten vallen kan het genre redden, maar wie wil zich door zulke mensen laten redden? Ik niet. Dat ik toch een zwak heb voor Dinky Toys heeft vooral te maken met de naam die Hermans er ooit voor bedacht en omdat het boekje er zo charmant uitziet. Dinky Toys, dat zijn pittige wagentjes die je een glimp geven van de echte auto's zonder dat je voor de hoge kosten opdraait. Aanvankelijk heetten ze ‘Kleinigheden’, maar Hermans ontdekte dat Carmiggelt die titel al eens had gebruikt.
Ook Tin Toys kunnen wel aardig zijn: de hier afgebeelde autootjes zijn van blik. De illustraties zijn uit ‘The Art of the Tin Toy’ door David Pressland. Uitgegeven door New Cavendish Books, 1979
Gegeven mijn gebrek aan weerstand bij het lezen van Dinky Toys hebben ze al krediet voor ik er een gelezen heb. Ik ben ook gevoelig voor Hermans' negatieve charmes (dat zijn uitspraken altijd bergafwaarts gaan en haast nooit iets positiefs bevatten) en dat is een zegen, gezien het genre. Aforismen die, om een toepasselijk woord te gebruiken, het leven ‘bejahen’ zijn helemaal onuitstaanbaar. (Ik zou er wel zo een willen citeren, maar waar haal ik er een vandaan als ze mijn huis al niet in mogen?) Het beste is een paar Dinky Toys te citeren en aan de wind prijs te geven, wie weet belanden ze dan nog op iemands hoed: ‘Wittgenstein zou wel graag lauweren geoogst hebben op het gebied van het wiskundig grondslagonderzoek, maar waar het op uitdraaide was een wijsgerig tegenslagenonderzoek’; ‘Tijd is geld, zoals de horlogedief zei.’ ‘Gezien in Genua: een man met een grafsteen op zijn rug. - Wie niet?’; ‘Voor zover ik ben geslaagd, ben ik dat door het uitbeelden van fiasco's’; ‘Geen flauw benul hebben van wat je is overkomen, als een kater die na een bezoek aan de dierenarts alleen nog een stukje hechtpleister onder zijn staart heeft.’ Vooral deze laatste is wel aardig, omdat hij iets vertelt waar geen rechtstreekse woorden voor zijn. De omtrekkende beweging van de treffende vergelijking is de enige mogelijkheid, zoals ook: ‘Vies als de vingertoppen van een blinde.’ Dat Hermans wel eens ergens van ‘in trance’ kan raken is waarschijnlijk niet de eerste gedachte die bij iemand opkomt die aan hem denkt, maar toch gebeurt het wel: ‘Ik kan in trance raken door de muziek van Bach, een vrome huistiran, wiens leven in het teken stond van godsvrucht, veel kinderen verwekken, eerbied voor de autoriteiten, en vrees voor de hel. Kortom een man die nooit bedoeld kan hebben iemand als mij het hoofd op hol te brengen.’ Dit zijn uitspraken
van het oplichtende soort. Tot de gemelijke categorie behoren: ‘Troost voor schrijvers: Moed houden, kerels. 't Komt er eigenlijk alleen maar op aan het boek van een ander op zo'n manier na te vertellen, dat geen sterveling het voorbeeld meer herkent’; ‘Poolreizen in de negentiende eeuw: al je best doen de Noordpool te bereiken. Als je daar dan eindelijk was gekomen, kon je alleen nog maar naar het Zuiden.’ Tot het illusieloze genre behoort: ‘Misschien vindt geen enkele lezer het boek ooit zo mooi, als de schrijver zelf in uitbundige stemmingen. Maar er zijn zeer zeker ook ogenblikken waarop de schrijver het slechter vindt dan enige lezer zich kan voorstellen.’ En een uit het melige genre, die men toch moeilijk een ‘uitspraak’ kan noemen: ‘Als in Rome een onweer losbreekt, houdt, wie geen paraplu of krant bij zich heeft, een fles chianti boven zijn hoofd.’ Het diepzinnigheids- en scherpzinnigheidsquotiënt van de Dinky Toys is aanmerkelijk lager dan dat van de uitspraken in Hellebaarden, waarin ze minder rafels hebben (die zijn achtergebleven in de grijze massa) en een uitgekristalliseerder indruk maken, hoe weinig ze ook schitteren van optimisme: ‘Mensen zullen altijd hun eigen heil willen verwezenlijken door het onheil van anderen.’ Of: ‘Mensen die geen querulant zijn, die zijn of heel erg handig of ze laten alles over hun kant gaan.’ Het is moeilijk te bewijzen, maar dit lijken me echt uitspraken waarvan Dinky Toys zijn gemaakt.
■