Het goud van Oradour
Op zoek naar het motief voor het bloedbad op 4 juni 1944
Oradour Massacre & Aftermath door Robin Mackness Inleiding: John Fowles Uitgever: Bloomsbury, 165 p., f 53,10 Importeur: Nilsson & Lamm
Cees Wiebes
Mensen komen soms in de meest vreemde situaties terecht. Neem nu de belevenissen van Robin Mackness in Frankrijk in het begin van de jaren tachtig. Mackness is een Britse zakenman en financier, die voornamelijk in Canada en Zwitserland actief was. In dat laatste land staat hij op het punt directeur te worden van een grote bank in Lausanne als een mededirecteur hem om een gunst vraagt. Of hij niet in Frankrijk een transactie wil afhandelen en voor de bewuste bank een pakket bij een client wil ophalen. In deze grensstreek hebben veel Fransen een bankrekening in Zwitserland en komt dit soort transacties (meestal verborgen voor het oog van de Franse douane) vaker voor. Mackness stemt toe, niet wetend welke ellende hij over zich zou afroepen.
Hij vertrekt naar Frankrijk alwaar hij zijn zeer nerveuze contactpersoon ontmoet. Het blijkt dat hij zo'n twintig kilo goudstaven naar Zwitserland moet vervoeren. Mackness weigert in eerste instantie en wil weten waar dat goud vandaan komt. Na lang aandringen krijgt hij de waarheid te horen: het blijkt gestolen goud te zijn, oorspronkelijk afkomstig van de nazi's. Op sommige staven staat nog het hakenkruis gedrukt. De contactpersoon belooft hem meer te vertellen als Mackness bereid is om koerier te spelen. Het blijkt namelijk dat hij nog meer nazi-goud in zijn bezit heeft. Mackness stemt toe en krijgt van zijn contactpersoon de hele geschiedenis te horen.
Het verwoeste Oradour na het bloedbad waarbij 642 mensen werden vermoord
Vanaf dat moment gaan er in het boek van Robin Mackness, Oradour, Massacre and Aftermath, eigenlijk twee verhalen door elkaar lopen. Een verhaal gaat over zijn ervaringen als koerier met de Franse douane. Het tweede heeft betrekking op de herkomst van het nazigoud. Om met verhaal 1 te beginnen, al snel wordt duidelijk dat Mackness in Frankrijk in een val is gelopen. Want kort nadat hij met het goud is vertrokken, staat de Franse douane bij Lyon op hem te wachten. Men is volledig op de hoogte van het goudtransport. De douane is dus getipt, maar door wie blijft onduidelijk. Mackness probeert nog te ontsnappen, maar nadat zijn BMW 735 wordt doorzeefd met kogels geeft hij zich over. Zijn beschrijving van het verhoor en de behandeling door de douane zou in het jaarboek van Amnesty International kunnen hebben gestaan. Mackness wordt geslagen, toegetakeld, zijn handen en armen worden tegen roodgloeiende verwarmingsbuizen gedrukt, et cetera. Men wil weten waar de goudstaven met de hakenkruizen vandaan komen. Mackness zwijgt en wordt beschuldigd van goudsmokkel. Mackness denkt voor de rechtbank sterk te staan vanwege de herkomst van zijn nazi-goud, maar de douane laat weten dat hij geen enkele kans heeft. Zij hebben inmiddels die goudstaven met het hakenkruis laten ‘verdwijnen’.
De Franse douane blijft volhouden en belooft hem keer op keer de vrijheid als hij de naam van zijn Franse contactpersoon noemt. Mackness weigert echter, want daarmee zou hij in strijd handelen met het Zwitserse bankgeheim. Het resultaat is uiteindelijk dat Mack-
[Vervolg op pagina 10]