Lawrence Olivier op de Nededandse planken
Robert H. Leek: een anglofiel over Shakespeare in Nederland
Shakespeare in nederland door Robert H. Leek Uitgever: De Walburg Pers, f 60,-
Karst Woudstra
Niet alleen het Nederlandse toneel, alles was een stuk overzichtelijker in de jaren vijftig, lijkt het nu. Zo kan ik mij herinneren dat de notabelen in het stadje waar ik opgroeide, op de uitzonderingen na natuurlijk, te verdelen waren in anglofielen, francofielen en germanofielen. De laatsten hielden de gordijnen dicht, waren veelal fout geweest in de oorlog en hadden liever niet dat hun kinderen vriendjes mee naar huis namen zodat mijn ervaringen op dat punt beperkt zijn gebleven tot Wagners ‘Walkürenrit’ bij kaarslicht tegenover een imposante verzameling bierpullen. En laat ik maar eerlijk zijn, de francofielen hadden mijn voorkeur. Die namen Franse sigaretten voor me mee van vakantie, dronken landwijn aan tafel, hadden van die mooie Gallimardbandjes in de boekenkast en vonden het niet erg als het een beetje rommelig was in huis en iedereen zijn eigen gang ging. Ze leefden met de Franse slag. De moeders waren elegant, maakten zich op en lazen Elle, de vaders beweerden dat Le Monde de beste krant van de wereld was. Vriendjes met anglofiele ouders meed ik eerder. Bij hun thuis ging het een stuk victoriaanser toe, die hadden gravures van jachtpartijen in de hal, bewonderden het geduld van de Engelsen in de rij voor de bus, probeerden manmoedig met een stijf upper lip te praten, rookten mierzoete pijptabak en droegen Burberry-regenjassen met van die foeilelijke petjes en vonden lijfstraffen eigenlijk zo gek nog niet. De moeders droegen Schotse rokken met veiligheidsspelden, twinsets en parelkettinkjes en gaven je thee te drinken in veel te grote kopjes. Een paar jaar later hadden de francofielen Citroens of Peugeots voor de deur, de anglofielen een Austin-Morris, een Rover of een Jaguar. Nederlanders waren ze alleen met vijf mei, koninginnedag en als Holland tegen België voetbalde. Nederland stelde niks voor. Wij hadden geen cultuur. Daarvoor moest je naar het
buitenland. Zeker als je goed toneel wilde zien. Voor een goede Shakespeare moest je in Londen geweest zijn, voor een goede Moliere in Parijs. En het Nederlandse toneel dacht er net zo over. In Franse stukken werd Frans gedaan, in Engelse stukken Engels.
Het is zo'n anglofiel uit mijn jeugd die ik de hele tijd voor me heb gezien bij het lezen van Shakespeare in Nederland van Robert H. Leek. In zijn voorwoord zegt Leek dat hij het boek oorspronkelijk ‘Shakespeare op klompen’ had willen noemen en dat klopt aardig met het beeld dat ik van hem heb gekregen. Sympathiek zijn boek en auteur me niet geworden. Shakespeare in Nederland is een braaf boek, een 'n beetje saaie opsomming van alle Nederlandse Shakespeare-vertalingen en voorstellingen tot en met 1986, bijzonder bruikbaar, lijkt me, als naslagwerk, maar geen prettige lectuur voor de niet-anglofiele lezer die niet even hartstochtelijk veel van Shakespeare houdt als Leek, die de door hem bewonderde auteur ook wel ‘de bard’ of ‘de zwaan van de Avon’ noemt. Mij is het boek zelfs hoe langer hoe meer gaan tegenstaan, door de venijnige opmerkingen die Leek her en der door zijn boek heen strooit, waarbij iedereen die zijn onvoorwaardelijke bewondering niet deelt het moet ontgelden, van de Franse classicisten tot en met Jan Decorte, maar vooral omdat zijn boek de titel niet waarmaakt. Hoewel Leek zichzelf een kroniekschrijver noemt is hij veel te partijdig om zich oprecht voor de inspanningen van al die vertalers en toneelmakers te interesseren. Als je het wilt hebben over Shakespeare in Nederland, stel ik me voor dat je op zoek gaat naar en probeert te beschrijven wat er schuilgaat achter die voor heel West-Europa unieke Shakespeare-traditie van de laatste twee eeuwen in ons land. Dat is niet wat Leek gedaan heeft. Hij heeft keurig netjes genoteerd wat er allemaal op dat gebied is gebeurd, maar blijft het spijtig vinden dat we Shakespeare wel moeten vertalen om hem te kunnen spelen en dat de Nederlandse toneelmakers niet nog dichter tegen de Engelse traditie hebben aangeleund.