Gedicht
Stationshal
ze weet als ze lang genoeg
wacht gaan de mogelijkheden zich
de bergen binnen handbereik
de lachende gezinshereniging
slapend wil ze als een trein
in één nacht de alpen onderdoor
wie roept daar in de ochtend
een hoorn in het dal of was dat al
de eerste auto van de stad
MIRIAM VAN HEE
Uit: Winterhard, De Bezige Bij, f 24,50