Voorheen de koloniën
De geschiedenis van Suriname is nauw verbonden met die van Brits-West-Indië. Veel is zelfs zonder kennis van het Britse koloniale bewind niet begrijpelijk. Voor de historisch geïnteresseerde is er nu in de Caribean Series van het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde het boek van Selwyn H.H. Carrington: The British West Indies during the American Revolution. Een stuk geschiedenis van de achttiende eeuw. Geen leesboek, maar onmisbaar voor studie en inzicht. (Foris Publications, Dordrecht, f 30,-) En in dezelfde Caribean Series een heel ander boek, voor een groter publiek: de Trio-Indiaan Tëmeta en anderen vertelden aan Cees Koelewijn de Surinaamse volksverhalen die ze uit overlevering kenden. Koelewijn, met steun van dr. Peter Rivière, maakte er een fraaie verhalenbundel van onder de titel Oral Literature of the Trio Indians of Surinam, een beetje ongelukkige titel die niet zozeer verhalen alswel literatuurwetenschappelijke beschouwingen suggereert. Welnu, dat laatste is niet het geval (Foris Publications, f 40,-). De Antillen zijn opeens dagelijks in het nieuws. Economisch gaat het er beroerd. In Welvaart zonder ontwikkeling, de invloed van de oliemaatschappijen op de Arubaanse economie 1928-1948 bestudeert Rudolf M. Croes de (schijn) welvaart van Aruba. Een stuk economische geschiedenis met een schat aan feitelijke gegevens. Het boek verscheen in de serie Antillen Working Papers (te bestellen bij Caraf, KITLV, Postbus 2300 RA Leiden, f 16,50). Bij Caraf is een fondslijst van alle publikaties van deze Caribische afdeling van het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde aan te vragen. De reiziger naar Sint Maarten, in opkomst als vakantiegebied net als Aruba, kan bij het bovenstaande adres ook terecht voor Caribean Traditional Architecture,
opgeschreven door J.v. Andel, dat over Sint Maartens hoofdstad Philipsburg gaat. Zeer instructief, wetenschappelijk, maar niet saai (prijs: f 15,-).
De letterkunde van de Antillen kent bijzondere schrijvers: Harry Theirlinck beschrijft en onderzoekt in Van Maria tot Rosy het werk van Debrot, Tip Marugg (lees zijn nieuwe roman De morgen loeit weer aan), Boelie van Leeuwen, Frank Martinus Arion, Edward de Jongh en anderen. Leesbaar, en interessant ook voor wie naar de sociologische betekenis van de Antilliaanse letterkunde zoekt. In dezelfde serie als de voomoemde boeken. (Prijs: f 17,50) De behartigenswaardige televisieserie Antilliaans verhaal is in boekvorm na te lezen: onder dezelfde titel schreven Luis H. Daal en Ted Schouten een nuttige, goede en prachtig geïllustreerde samenvatting. (Walburg pers, f 34,50)
Jambatan, tijdschrift voor geschiedenis van Indonesië is een piepklein blaadje. Jaargang 5, nummer 3, (1987) bevat drie uitstekende stukken: over het moslim-godsdienstonderwijs op Java in de koloniale tijd. Het was een soort onderwijs waar blanken geen vat op hadden en waarvan ze het ergste vreesden: opstand. Dat kwam er ook van. In de pluriforme koloniale samenleving waren er ook Hollands-Chinese scholen, en hoe de Chinezen ook hun best deden, het koloniaal Gouvernement wilde niet dat daar Mandarijn-Chinees werd gegeven. Dat had, vanzelf, ook politieke redenen. En Multatuli houdt ons nog steeds bezig; wie langzamerhand genoeg heeft van de pennestrijd, verzamelt weer frisse moed bij het lezen van het stuk over Multatuli en de Sisyphusarbeid van Rob Nieuwenhuys waarin de laatste het gelijk aan zijn kant krijgt. De auteurs van al deze geleerde stukken zijn respectievelijk Edwin Wieringa, T. van den Berge, en Sita van Bemmelen, Liesbeth Dolk en Luc Nagtegaal. (Jaarabonnement: f 17,50. Giro 126387 t.n.v. Jambatan, Amsterdam)
Wie in Indonesië belang stelt, doet zichzelf een plezier met het boek Van Sabang tot Merauke, Indonesische ontmoetingen. De schrijver is Wiecher Hulst die een oog heeft voor curieuze mensen, bizarre avonturen, maar ook voor de vraag of de islam in Indonesië zich werkelijk vernieuwt. Javaans mysticisme boeit hem, maar ook geschiedenis, en actuele politiek. Innemend geschreven, en interessant (Nijgh en Van Ditmar, f 34,50).
Over militaire zaken wordt juist door ingewijden vaak met te veel terughoudendheid geschreven. Een aangename uitzondering is J.Th.A. de Man die in Opdracht Sumatra de geschiedenis van het Korps Insulinde beschrijft. Het Korps Insulinde bestond van 1942-1946 en lag op Ceylon (Sri Lanka). Van daar ondernam het geheime missies naar het door Japan bezette Sumatra. Na de Japanse capitulatie werd het Korps ingezet bij de hulp aan Nederlandse geïnterneerden daar. Zoals we uit de nauwgezette studie van J.J. Nortier (Acties in de Archipel) al wisten, waren de geheime missies naar door Japan bezet gebied vaak een catastrofe. Ook was er in de hogere regionen van het geallieerd bevel veel gekift en gekakel om de macht en ook dat wordt niet verbloemd. Bovendien schrijft De Man een simpel proza dat beeldend en toch precies is (De Haan Dossier, f 34,90).
Een proefschrift over een stuk militaire geschiedenis: in De Mariniersbrigade 1943-1949, wording en inzet in Indonesië beschrijft dr. D.C.L. Schoonoord een omstreden legeronderdeel. In een omstreden periode. In dit goede en gedetailleerde boek gaat het niet alleen over logistiek, maar ook over mensen die elkaar niet mogen, falen, de moed verliezen en ten slotte over beruchte affaires als Bondowoso die voor de krijgsraad eindigden. Het boek wordt verstrekt door de afdeling Maritieme Historie van de Marinestaf, tegen een schappelijke prijs (bestellen: postbus 20702, 2500 ES, Den Haag, tel: 070-162853. Prijs: f 25,- inclusief verzending).
De vele slachtoffers die de Tweede Wereldoorlog in de Oost maakte, zijn na de oorlog zo goed mogelijk opgevangen door de Stichting Pelita. In Veertig jaar Pelita, licht op landgenoten uit de archipel schrijft een keur van betrokkenen bij de hulpverlening over wat er gedaan werd, wat er te doen valt, hoe de wetgeving in elkaar zit, en hoeveel problemen er nog op komst zijn bij de slachtoffers in eerste en tweede generatie. Onmisbaar boekje voor alle soorten hulpverleners (Pelita, Westeinde 58 d, 2275 AG, Voorburg. Prijs: f 12,50).
TESSEL POLLMANN