Revolutie
De oude gringo, Fuentes' een na laatste roman, wordt eveneens verteld door stemmen die volgens eigen wetten eenzaam door tijd en ruimte dolen. De voornaamste drie zijn die van de oude gringo Ambrose Bierce, de Noordamerikaanse onderwijzeres Harriet Winslow en de Mexicaanse generaal Arroyo. Hun paden kruisen elkaar op een haciënda in Noord-Mexico. Het is 1914, de revolutie is in volle gang.
De oude schrijver/journalist Ambrose Bierce trok in 1913 naar Mexico om daar te sterven. Hij is dan, net als Artemio Cruz op zijn sterfbed, eenenzeventig jaar. In de laatste van hem bekende brief schreef hij: ‘Gringo-zijn in Mexico... dat is pas euthanasie.’ Nadat hij eenmaal de grens was gepasseerd, is er nooit meer iets van hem vernomen.
Fuentes' roman vertelt de rest. Bierce wil dienstnemen bij de troepen van Pancho Villa. Hij komt terecht bij het legertje van Arroyo. Deze kersverse, analfabete generaal is, evenals Artemio Cruz, een bastaard. Hij is teruggekeerd naar de haciendawoning die hij als kind alleen van buiten mocht zien: hij woonde met zijn moeder buiten het huis, in armoede, terwijl zijn vader binnenshuis met zijn wettige echtgenote van de rijkdom genoot. De haciënda is nu in handen van de revolutionairen onder leiding van Arroyo, die de gringo trots de oude documenten laat zien waarin het recht van de boeren op grond zwart op wit staat. Hij heeft niet veel haast om verder te trekken, zoals de revolutie eist: hij is thuisgekomen. Dat zijn thuiskomst niet lang kan duren, laat zich raden.
De oude gringo wordt geplaagd door schuldgevoelens tegenover zijn gezin en twijfels over zijn journalistieke werk voor de persmagnaat Hearst. Hij wil nog maar één ding: ongehavend in anonimiteit sterven. De onderwijzeres is een jonge vrouw die op de vlucht is voor de spookbeelden van haar verdwenen vader en haar methodistische opvoeding. De twee vreemdelingen brengen het familieverleden bij elkaar tot leven: Bierce de vader, Harriet het kind.
De twee gringo's zijn veel meer dan hun individuele geschiedenissen: ze zijn ook het ene (de V.S.) dat zijn eigen grenzen overtrekt om op zoek te gaan naar het andere (Mexico). Een in Fuentes' visie onmogelijke onderneming. De enige grens die overgetrokken kan worden is die tussen leven en dood. De dood is de enige, onherroepelijke katharsis..
In De oude gringo vormt de Mexicaanse revolutie het historische decor voor tijdloze drama's, die gepersonifieerd worden in de Mexicaanse generaal en de twee Noordamerikanen: de verhouding tussen vader en zoon, tussen vader en dochter, tussen man en vrouw, tussen katholiek en protestant, tussen een cultuur van beweging en verandering en een cultuur van stilstand en traditie. Deze drama's nemen mythische gedaanten aan doordat Fuentes heden, verleden en toekomst door elkaar laat lopen in een door taal bevolkt universum. De oude gringo stelt hoge eisen aan de lezer. Dat het boek vaak verwijst naar de Mexicaanse geschiedenis (waarover de vertaler een zeer informatief nawoord schreef), is niet het grootste probleem. Veel belangrijker is dat de lezer slechts houvast heeft aan een broos, verbrokkeld verhaal, dat overwoekerd wordt door visioenen, droombeelden, herinneringen, gedachten. De oude gringo laat veel aan de verbeelding van de lezer over, die bijvoorbeeld zelf moet uitzoeken waarom Ambrose Bierce de voor Arroyo zo dierbare documenten in brand steekt.
De complexe structuur van De oude gringo is niet altijd even noodzakelijk. Regelmatig bekroop mij het gevoel dat ik een knap, maar pretentieus boek aan het lezen was. De stemmen die Fuentes in deze roman laat spreken missen vaak een menselijk timbre. Dat maakt Fuentes' poging om zijn personages - mensen van vlees en bloed - mythische dimensies te geven nogal steriel en geforceerd. Het is bijvoorbeeld een merkwaardige ervaring een analfabete generaal uitspraken te horen doen die letterlijk uit de essays van Octavio Paz lijken te komen. De oude gringo gaat mank aan een ongelukkig contrast tussen enerzijds een universum waarin het onderbewuste, het instinct en de droom de toon willen aangeven en anderzijds een taal die uitgesproken cerebraal is.
■