Fundamenteel nihilisme
Perverse thriller van Paul Bowles
Hoog boven de wereld door Paul Bowles Vertaling René Kurpershoek Uitgever: Contact, 146 p., f 24,90
Eric Gobbers
In de literatuurhandboeken wordt Paul Bowles steevast tot de Amerikaanse literatuur gerekend. Zelf is hij daar helemaal niet zo zeker van en het is in ieder geval een feit dat Bowles geen doorgewinterde Yank is in de zin van Joyce die ondanks zijn omzwervingen een door en door Ierse schrijver bleef. Bowles heeft nu al tientallen jaren de Noordafrikaanse stad Tanger als vaste verblijfplaats en zowel zijn romans als zijn verhalen spelen zich af op exotische lokaties. Ondanks zijn afkeer van Amerika en het westerse materialisme in het algemeen is Bowles' visie op de ‘andere’ culturen niet sentimenteel of romantisch. De Afrikaanse en Latijns-Amerikaanse landschappen waar Bowles' gruwelverhalen zich afspelen presenteren zich als niet te ontcijferen codes aan de westerlingen die er mee in aanraking komen.
Hoog boven de wereld (Up Above the World) verscheen in 1966 en blijft tot vandaag Bowles' vierde en laatste roman. Het boek is een variant op The Sheltering Sky (Het dak van de hemel), Bowles' debuutroman. In beide verhalen wordt een echtpaar ten tonele gevoerd dat naar een onvermijdelijke ondergang evolueert. Met Hoog boven de wereld heeft Bowles een perverse thriller geschreven die, in de traditie van Faulkner's Sanctuary, perfect bij de rest van het oeuvre blijkt aan te sluiten. Bowles is een schrijver waar men makkelijk een algemeen en dus vaag etiket kan opplakken (nihilistisch - anti-humanistisch - pessimistisch) dat echter weinig of niets zegt over de specifieke auteur.
In deze roman zijn er vier belangrijke hoofdfiguren: de oude dokter Slade en zijn heel wat jongere vrouw Day, de door zucht tot beheersen geobsedeerde Grove en zijn zeventien-jarige maîtresse Luchita. Een typisch Bowles-ingrediënt is de verregaande staat van desintegratie waarin de paren zich bevinden. Men heeft zeer sterk de indruk dat de ondergang van het echtpaar Slade in nauw verband staat met hun gebrek aan samenhorigheid (hetzelfde geldt voor het echtpaar in Sheltering Sky). De wig die hen scheidt en die ze zelf steeds dieper drijven is het uitgangspunt voor Grove's manipulaties die tot hun dood zullen leiden. In de figuur van Grove heeft Bowles een monster van de twintigste eeuw getekend. Een met techniek en media werkende beul die (en dat is de kern van zijn beangstigende persoonlijkheid) een strikte scheiding probeert aan te brengen tussen zijn handelingen en zijn emoties. Men zou Hoog boven de wereld kunnen interpreteren als een allegorie over het conflict tussen een humanisme dat op leugens en drogredeneringen is gebouwd (de Slades) en de ‘realistische’ onmenselijkheid van een would-be Übermensch met psychotische trekjes. Het is echter nooit duidelijk waar Bowles zelf staat in dat conflict. Zijn stijl is afstandelijk en zijn fundamentele nihilisme houdt hem ver van het moralisme dat hem ertoe zou kunnen brengen een bepaalde kant te kiezen.
Het proza van Bowles heeft door die ‘koude’ stijl een bevreemdende en beklemmende werking en hoewel het zeker raakvlakken vertoont met de wat perifere literaire traditie van de Southern Gothic is het eigenlijk volstrekt onherleidbaar.
Bowles hoort slechts thuis, zoals het ergens in het boek staat, in de eenzame vertrekken van het bestaan.
■