Vertaald
Er sterven er meer van liefdesverdriet, de nu verschenen Nederlandse vertaling van Saul Bellows vorig jaar verschenen roman More Die of Heartbreak, heeft twee hoofdpersonen; de botanicus Benn Crader en zijn neef de slavicus Kenneth Trachtenberg. De neef is een moeilijke leerling op de hardnekkige leerschool van het leven, zijn oom een argeloze wetenschapper die in de harde wereld van Chicago zijn werk doet alsof er om hem heen niets aan de hand is. Tot hij even gewoon als dom verliefd wordt op de dochter van een gehaaide internist die niet alleen zijn dochter graag met een respectabele wetenschapper getrouwd wil zien, maar op ingenieuze wijze ook via hem zijn kapitaal wil aanvullen. Hij wil zijn parvenu-wereld voorzien van cultureel aanzien, ook al beschouwt hij Crader als een onnozele en halve gare die zich niet in zijn kringen weet te bewegen. Als gevolg van deze verliefdheid ziet Kenneth zijn oom op een dag in een nieuw pak dat als een geperste aardappelzak om hem heen hangt en hij gelooft zijn ogen niet als hij ziet dat het haar van zijn oom door een moderne kapper is gedaan. Kenneth Trachtenberg beschouwt zijn oom als de laatste der zuivere geesten, iemand die nog met de natuur weet om te gaan zonder bijbedoelingen, een unieke geest die in de wereld van de Layamons niet op zijn plaats is en alleen gebruikt wordt om de geld-elite minder in het oog te laten lopen als barbaren: hij mag er als excuus-intellectueel in rond lopen. Trachtenberg probeert zijn oom uit handen van deze mensen te houden en daar komt veel overredingskracht bij kijken, want Benn Crader's hart is dat van een ‘sofist’, dat maakt zich alles wijs. Bij verschijning van de oorspronkelijke Amerikaanse editie werd Er sterven er meer van liefdesverdriet besproken in de Boekenbijlage van 4 juli vorig jaar: ‘Kenneth is de Eckermann van Uncle Benn's superieure argeloosheid, inhibities, fijnzinnigheid, diens vermogen om
nog geschokt te worden en gebrek aan onverschilligheid.’ Bellow weet in Er sterven er meer van liefdesverdriet weer de scherpe kanten van de Amerikaanse samenleving te vinden en geeft Kenneth als de verteller van het verhaal een komisch verontwaardigde toon die het verhaal luchtig houdt, ook al blijven die contrasten die hij tekent ongenadig. (Vertaling Sjaak Commandeur, Agathon, 392 p., f 39,90.)