Overdaad aan sentimenten
Ons bindt geen liefde door Eduardo Gudiño Kieffer Vertaling Giny Klatser Uitgever: In de Knipscheer/Dedalus, 192 p., f 29,50
Maarten Steenmeijer
Een roman over de door nood gedwongen trek van een van het platteland afkomstig gezin naar de grote stad is in hoge mate voorspelbaar. Het kan niet anders of het zal de arme mensen slecht vergaan in de onverschillige, harde metropool. Wat dit betreft is Ons bindt geen liefde, de eerste in het Nederlands vertaalde roman van de Argentijn Eduardo Gudiño Kieffer (1935), weinig verrassend: al snel na aankomst in Buenos Aires is de ellende niet meer te overzien.
De auteur moet er zich bewust van zijn geweest dat een roman met dit thema andere kwaliteiten moet hebben om te kunnen boeien, want hij heeft zich veel moeite getroost zijn verhaal op verrassende wijze te vertellen. Dat heeft geresulteerd in een druk, collage-achtig geheel, waarin het staccato-karakter van de dialogen en de innerlijke monologen wordt versterkt door de ingelaste kranteberichten, reclameteksten en gedichten van Borges, de kosmopoliet die zijn intense verhouding met Buenos Aires nooit heeft verloochend.
De korte, snelle fragmenten zorgen er in ieder geval voor dat de lezer er met alle aandacht bij blijft. Ze kunnen echter niet verhinderen dat naarmate het verhaal vordert steeds meer het gevoel ontstaat dat deze korte roman gebukt gaat onder een lichte overdaad aan dramatiek en sentimentaliteit. Als de pater familias zijn vrouw op een uitje wil trakteren, valt de regen prompt met bakken uit de hemel en worden ze tot overmaat van ramp onbeschoft behandeld door een ober. Wat hen er niet van weerhoudt het toch nog fijn te hebben met zijn tweeën. Als zoonlief - de mooie onschuld zelve - met een vrouw naar bed gaat, loopt hij een druiper op. Als hij de vrouw opzoekt om haar op de hoogte te stellen van haar ziekte, krijgt de lieve schat lik op stuk. Als zij na enige tijd haar cynische houding laat varen en er iets moois tussen de onnozele, maar in-goede plattelandsjongen en de verdorven, maar in de kern toch lieve grotestadsvrouw ontstaat, worden ze dooreen beetje moedwil en een heleboel misverstand op bloederige wijze uit elkaar gerukt. Wat nog lang niet het einde van de misère betekent.
Nièt alleen de verwikkelingen hebben de passie en de sentimentaliteit van de tango, ook de manier waarop ze zijn verwoord wordt hierdoor gekenmerkt. Gezongen door een onvaste stem en begeleid door een nu eens verdrietig dan weer heftig klinkende bandoneon komt deze hartstocht echter beter tot zijn recht dan met behulp van alleen maar woorden. Zoals de passie voor Buenos Aires van de auteur beter tot uitdrukking komt in de paar in bloemlezingen verschenen verhalen uit Guía de pescadores dan in deze niet helemaal geslaagde roman.
Aan het slot legt de auteur de totaal ontredderde vader van het gezin plotseling een liefde voor Buenos Aires in de mond die hij onmogelijk kan hebben: Buenos Aires heeft hem alleen maar ellende bezorgd. Het is niet het enige fragment waarbij ik het gevoel kreeg dat de auteur zich te veel heeft laten meeslepen door een absurd gevoel van vertedering, een onverwachte bevlieging van sentimentaliteit.
■