Ik buig voor niemand
Kordate dagboeknotities van Liesbeth den Uyl
Ik ben wel gek maar niet goed door Liesbeth den Uyl Uitgever: Veen, 95 p., f 19,50
Liesbeth Koenen
Echt gek is ze niet, eerder goed. Zeker in sommige dingen. Liesbeth den Uyl heeft een knap oog voor dikdoenerij bijvoorbeeld. En ze is nooit te beroerd dat te tonen. Meneren die niks anders weten te doen dan dure namen noemen, kunnen erop rekenen in de zeik genomen te worden. Onrechtvaardigheid bestrijdt ze desnoods met lichamelijk geweid: als in Italië een man een vrouw aan haar haren door het restaurant sleept waar de familie den Uyl zit te eten, dan haalt Liesbeth ze persoonlijk uit elkaar. Heeft ze met een stel vriendinnen eindeloos op een taxi staan wachten en wordt die vervolgens op brute wijze ingepikt door een voordringende vent, dan trekt ze die man botweg de auto uit.
‘Kordaat’ is het woord dat bij veel van haar optredens past. Soms leidt dat tot hilarische verhalen, maar op andere momenten kun je alleen maar denken: wat dapper. Zelf noemt ze de vijfentwintig korte stukjes in Ik ben wel gek maar niet goed ‘verlate dagboeknotities’. Dat is zo te zien een adequate omschrijving. Het zijn allemaal gebeurtenissen waarvan je je als lezer voor kunt stellen dat ze op de een of andere manier in iemands hoofd blijven hangen. Nare dingen: een maandenlang uitgestelde miskraam, een uiterst benauwende tandartsbehandeling, een bijna-tasjesroof. Rare dingen: een dochter en later een hond die je op afstand hoort ‘roepen’. Grappige dingen: de prinsessen Beatrix en Margriet die op eigen instigatie voor je gaan staan om je de gelegenheid te geven je eigen decolleté op een verdwenen oorbel te doorzoeken.
Liesbeth den Uyl heeft regelmatig verkeerd in kringen waar wij gewone mensen niet mogen komen. Het gebeurt maar heel zelden dat we in simpele bewoordingen een verhaal van binnenuit kunnen lezen over de rituelen in Buckingham Palace of het roze marmeren bad van de minister-president van Malta. Overigens moet Liesbeth den Uyl er niet veel van hebben. ‘Ik buig voor niemand,’ zegt ze, en schudt de voltallige Engelse koninklijke familie keurig de hand. Omdat er een heel vliegtuig alleen op hen staat te wachten mag echtgenoot Joop zijn luxe Maltezer ontbijt niet afmaken. ‘Aangekomen in het toestel slaat een walm van haat ons tegemoet. Men heeft meer dan een uur extra op ons moeten wachten,’ schrijft ze. En: ‘In Amsterdam prikt die haat nog in mijn vel en in mijn ziel. Ik wil het ze uitleggen, maar ik weet dat het niet kan. Nog jarenlang weiger ik nieuwe aardappeltjes uit Malta te eten.’
Joop den Uyl was de man voor ‘de gewone mensen’, Liesbeth den Uyl is dat misschien nog wel meer. Haar boekje verscheen op een ongelukkig moment: haar man was al ziek en iedereen wist dat hij dood zou gaan. Maar hij had er zelf op aangedrongen dat de publikatie en presentatie van Ik ben wel gek maar niet goed ‘gewoon door zou gaan’. Ach, ‘gewoon’ werd het natuurlijk niet. De pers schreef omzichtig om het pijnlijke onderwerp heen. Ze haalden alle anekdoten over Den Uyl uit het boekje en vertelden die na. De dood van Den Uyl, nog toekomstig of al geschied, kleurt natuurlijk het oordeel van iedereen die dit boekje las of zal lezen. Daar valt niets aan te doen.
Toch is het veel minder een onopzettelijk ‘in memoriam’ geworden dan ik verwachtte. Liesbeth is nu eenmaal niet het aanhangsel van Joop. Dat is ze nooit geweest. Natuurlijk, sommige van de belevenissen die ze beschrijft vonden in zijn kielzog plaats, maar mevrouw Den Uyl heeft overduidelijk haar eigen meningen én haar eigen leven. Voor iemand die getrouwd was met een minister-president en die bovendien maar liefst zeven kinderen grootbracht is vooral dat laatste bewonderenswaardig te noemen. Ik vind het mooi dat ze voor het nageslacht bijvoorbeeld het gekluns van haar man die zijn sjerp om de verkeerde schouder deed, bewaard heeft. Ik bedoel, je ziet het hem doen, ook al kun je het hem nooit meer zien doen.
Liesbeth den Uyl
Wat ik ervan gevonden zou hebben als Den Uyl nog leefde? Een aardig boekje, dat soms interessante kijkjes in deftige keukens biedt en dat niet uitmunt door een fantastische stijl. Maar ook dan had ik alleen maar kunnen concluderen dat je Liesbeth den Uyl wel sympathiek moet vinden. Ze heeft succes dat het boekje op het moment heeft verdiend.
■