Voorheen de koloniën
Nu de agressieve acties van Nederland in Indonesië in 1945-1950 weer in het nieuws zijn door het aanstaande deel 12 van dr. L. de Jongs geschiedwerk, zijn enkele boeken de moeite van het noemen (nog eens) waard. Dit jaar verscheen De politionele acties, een serie opstellen onder redactie van prof. dr. G. Teitler en drs. P.H.M. Groen. Het boek bevat uitstekende bijdragen tot de kennis van die dagen met stukken van onder andere J.A. de Moor (‘Het korps speciale troepen’). Van Doorn en Hendrix (‘De planters belegerd’), Teitler (‘Patrouilles, smokkel, infiltratie’) en anderen. Het hoofd van de afdeling Militaire Geschiedenis van de Koninklijke Landmacht, drs. J.W.M. Schulte, schreef over ‘Soldaten, leger en thuisfront’. (De Bataafsche Leeuw, f 39,50)
Bij dezelfde uitgeverij verscheen een herdruk van het belangrijkste boek over de excessen en oorlogsmisdaden van 1945-1950: Ontsporing van geweld door Van Doorn en Hendrix. Ook dat blijkt in deze dagen weer door menigeen die wel meepraat, niet gelezen. (De Bataafsche Leeuw, f 41.-) In de herdruk heet het boek overigens nu Het Nederlands-Indonesisch conflict.
Wie geïnteresseerd is in strikt militaire geschiedenis, kan nu terecht bij De militaire luchtvaart in Nederlands-Indië 1914-1949 door Bart van der Klaauw en Bart M. Rijnhout. In honderd bladzijden met vele foto's geven de auteurs een overzicht over hun onderwerp, zakelijk en helder. (De Bataafsche Leeuw, f 29,50) Over de dekolonisatie schreven Jacques van Doorn en Wim Hendrik (zie ook hiervoor) The process of decolonisation, the military experience in comparative perspective, een opstel in een serie uitgaven van het Comparative Asian Studies Program voor zo lang als dat aan de Erasmus Universiteit nog bestaat. Gezien de hooglopende ruzies rond De Jong is het aardig de auteurs te citeren over het excessenrapport dat het kabinet-De Jong in 1969 publiceerde: ‘A rapidly produced official report which provided no real answers.’ Het parlement wilde ook niet meer weten dan toen gepubliceerd werd. (Besteladres: Casp-publikatie nr 17, postbus 1738, Rotterdam. Prijs: f 12,50.)
Hoe was het toch mogelijk dat Nederland op zo'n stomme manier in een oorlog in Indië verzeild raakte? Morgen bij het aanbreken van de dag is een klassiek boekwerk over die misdadige vergissing en dr. J.G. de Beus is er de auteur van. Een deel van dat boek is nu bewerkt en uitgebreid met onder andere een stuk over Westerling en zijn ontsnapping. Het nu verschenen deel beslaat vooral de Tweede Politionele Actie (Ad. Donker, f 34,90) en heet Het laatste jaar van Nederlands-Indië.
Van de Indonesische schrijver Y.B. Mangunwijaya verscheen dezer dagen in vertaling zijn roman Het boek van de wevervogel. Het gaat over de politionele acties, voorafgegaan door de Japanse tijd en gevolgd door een periode van innerlijke crisis van de hoofdpersoon Teto. De hoofdpersoon is van moeders kant een Indo, van vaders kant Javaan, en hij kiest als jongen partij tegen de Japanners die van zijn moeder een hoer en van zijn vader een martelaar gemaakt hebben. Hij trekt de lijn door na de oorlog, maar naar de verkeerde kant: hij is pro-Nederlands en vecht tegen de Republikeinen. Hij loopt daardoor zijn grote liefde Atik mis - een meisje dat secretaresse is van premier Sjahrir. Het boek van de wevervogel is specifiek Indonesisch door zijn liefde voor het detail, de schijnbare banaliteit van het dagelijks leven, de korte moraliteiten en vooral de monologue intérieur van de hoofdpersoon. Helaas is de vertaling van deze waardevolle, soms wat nadrukkelijk moraliserende roman niet echt goed (Meulenhoff, f 39,50).
Verhalen uit de periode van de politionele acties schreef Ben Laurens op in De vreetpatrouille. De verhalen zijn, dat is gelukkig, in de eerste plaats aangeklede memoires. In die zin zijn ze documentair van belang, zoals ook Laurens' roman Het peloton (1986) dat was. (Ad. Donker, f 22,50)
In de NRC van 5 december heeft de historicus Hans Zwitzer er op gewezen dat wie uitspraken doet over oorlogsmisdaden in Indië niet moet vergeten dat vele mensen die nu Indonesiërs zijn toen als Nederlander of Nederlands onderdaan golden en derhalve net zo veel en net zo weinig misdadig zijn als de in Nederland wonende ex-militairen. Dat is juridisch gezien interessant. Lambert Lambertz. heeft datzelfde gegeven gebruikt voor een verhaal in de bundel Taboe op Bali en andere verhalen over Indonesië. Hij vertelt hoe zijn hulp - hij is ontwikkelingsdeskundige in Indonesië - door een zekere P. wordt ingeroepen. Dezelfde P. is in 1948 door de krijgsraad veroordeeld, en mijn kop eraf als zijn volle naam niet Poncke Princen luidt. Hoe ook, deze P. vertelt ‘dat bij de soevereiniteitsoverdracht alle vonnissen van Nederlanders die Indonesiër werden, nietig waren verklaard. (...) Vastgelegd in een van die geheime protocollen bij het verdrag’, zoals hij meedeelde. Waar? Niet waar? Aardige vraag die de auteur helaas niet beantwoordt. De verhalen van Lambertz, zijn niet zozeer verhalen als wel indrukken uit de wereld van consultants en deskundigen en deskundologen en aangenaam om te lezen. Maar scherp bijgepunt zijn ze nog niet; dat geldt zowel vorm als strekking. (De Geus, Breda. f 24,50)
Frans Kerkhof is caféhouder te Keldonk en diende in de politionele acties als MP, hij was dus bij de marechaussee. In die functie hield hij militairen aan die niet wilden deugen. Hij heeft daar een, naar mijn smaak, gekuist verslag van gegeven in zijn dagboek Duizend dagen dat hij in 1984 in eigen beheer publiceerde. Eerlijk en oprecht lijkt hij mij toe als hij schrijft over de ‘vrouwtjes’, God en kameraadschap - drie zaken die zijn leven beheersen. Het eerste deel is duidelijk voor zijn ouders thuis opgetekend; in het tweede deel is hij volwassener en wordt de oorlog ook steeds meer chaos. De verloedering van het leger is er aan af te lezen, ‘excessen’ worden slechts aangeduid. De tekst is dan ook voor publikatie bewerkt. Een interessant verslag van innerlijk leven, verschuiving van waarden en de ongelooflijke ontdekking die de diensttijd in Indië voor een dorpsjongen was. (Te bestellen bij de auteur: Morgenstraat 60, Keldonk, gemeente Erp. Prijs: f 38,-)
TESSEL POLLMANN