Charleston revisited
‘A strong and passionate distaste for Bloomsbury does persist,’ schrijft Quentin Bell, bekend als biograaf van Virginia Woolf. Het is een recente uitspraak, want zo is het natuurlijk niet altijd geweest. In het begin van de jaren zeventig verschenen er zo veel boeken met brieven, biografieën, nagelaten werken en herinneringen van schrijvers en schilders die op een of andere manier tot ‘Bloomsbury’ behoorden dat er verzadiging kon gaan optreden. Ook waren er de excessen: ook mensen die ooit eens een keer hun neus mochten laten zien op een tuinfeest van lady Otteline Morell gingen hun memoires schrijven. Quentin Bell schrijft de geciteerde zin in zijn voorwoord bij het boekje over Charleston, het huis waarin hij en zijn moeder Vanessa Bell, Clive Bell en Duncan Grant een groot deel van hun leven hebben gewoond. Het huis is sinds enige tijd open voor publiek, maar het heeft lang geduurd voor het zo ver was. De laatste bewoner was de schilder Duncan Grant. Hij werd drieënnegentig jaar en de laatste jaren was er niet veel meer aan het huis gedaan, zodat het ernstige tekenen van verval was gaan vertonen. Het huis was het alleszins waard om behouden te blijven, niet alleen omdat het een van de plaatsen was waar de schrijvers en schilders van Bloomsbury regelmatig op bezoek kwamen maar ook omdat het door de jaren heen (sinds 1916, toen Vanessa Bell er met Duncant Grant ging wonen) door haar en Grant gedecoreerd is: de muren, de schoorstenen, de deuren. Bovendien werd de halve huisraad beschilderd en heeft het een prachtige tuin, twee vijvers, talloze fruitbomen en een magnifiek uitzicht. De National Trust (de Engelse Monumentenzorg) erkende wel dat het een uniek huis was maar de restauratie ging haar mogelijkheden te buiten. Quentin Bell beschrijft op zijn luimige manier wat er toen moest gebeuren wilde men het huis toch behouden. Jaren van vergaren van fondsen, het schrijven van welsprekende brieven om rijke mensen te verleiden
tot vrijgevigheid. Dat lukte maar ten dele, zodat de restauratie in fasen moest geschieden. Nu het huis, waar niet alleen het werk van Vanessa Bell en Duncan Grant te zien is maar ook al de schilderijen die Clive Bell en anderen verzamelden van Picasso, Vlaminck, Pousin, Matisse en anderen te bezichtigen zijn, voor het publiek open is, zijn de financiële problemen niet uit de wereld, want zo'n huis moet beheerd worden, er moet een tuinman zijn en er moet nog veel aan worden opgeknapt. Het boekje Charleston, Past and Present, dat tegelijk een gids is, bevat bijdragen van echte Bloomsburianen: Quentin Bell, Angelica Garnett, Henrietta Garnett en Richard Stone, en kleurenfoto's van verschillende kamers. Charleston ligt in Sussex bij het plaatsje Firle en zes mijl van Lewes. Het is van begin april tot eind oktober te bezichtigen. Het adres van The Charleston Trust is: 85 Elgin Crescent, London W11 2 JL, England. Het boekje kost f 27,85 en is uitgegeven door The Hogarth Press en in de Nederlandse boekhandel verkrijgbaar.
CP