Gedicht
Een boomkruiper
Nooit zal dit tere beestje het moe worden om het
reliëf van alles wat je ziet, die aardrijkskundeles
voor zoveel vogels, te leren,
Hem zal je van momenten van verdwazing niet
Hij leeft zo dicht bij onze stemmen van alledag.
Eerst wordt de schors gespleten, daarna opgetild,
maar steeds houdt hij de schors in stand!
Het boodschappertje heeft zijn snavel en zijn
nageltjes alleen gekregen om de rommelige
tuin van de Liefste te inventariseren.
Verfijnde aanzegger van een stille winterdag,
Boomkruiper, die argwanenden betovert.
RENÉ CHAR
Uit: Grenzend aan Van Gogh. Les voisinages de Van Gogh. Vertaling uit het Frans door Clasine Herring, voorafgegaan door de oorspronkelijke tekst. Uitgeverij Meulenhoff, 68 p., f 29,50.