Vooral veel paprika's
Edward Weston (1885-1958) is een van de Amerikaanse fotografen die nu als de klassiekmodernen worden aangeduid. Voor de liefhebbers van zijn werk is enige tijd geleden een prachtige oeuvrecatalogus verschenen, Supreme Instants: The Photography of Edward Weston met een inleiding van Beaumont Newhall. (Uitgever: Thames and Hudson, importeur Nilsson & Lamm, f 114,30) Het boek is schitterend gedrukt.
Ik ben geen echte liefhebber van Westons werk; zijn eindeloze natuurstudies van paprika's, schelpen, zandduinen en vrouwelijke naakten maken op mij een steriele indruk, maar toch geeft dit boek een indrukwekkend beeld van de reusachtige inzet en toewijding waarmee Weston aan zijn oeuvre werkte. Die toewijding komt grotendeels tot uitdrukking in dagboeknotities waarvan Beaumont Newhall er terecht veel in zijn inleiding verwerkte. Zoals veel van zijn tijdgenoten-collega's geeft Weston de indruk alsof hij zich uitsluitend in de meest verheven sferen bewoog. Ze zeiden niet: ‘Waar zouden wij kunstfotografen blijven als er geen fototijdschriften zoals American Photography waren’, maar: ‘Where, oh where would we who believe in pictorialism be, if 'twere not for such magazines as American Photography?’
Aanvankelijk was vooral Alfred Stieglitz Westons grote voorbeeld. Toen hij hem ontmoette gaf Stieglitz scherpe kritiek op zijn werk, maar Weston was niet uit het veld te slaan. Grootmoedig en opgewonden schreef hij in zijn dagboek: ‘En ik ben gelukkig! Foto na foto zag ik naar de vuilnisbak verwezen - foto's waar ik van hield - maar ik ben gelukkig! Want ik heb een nieuwe voet aan de grond - een nieuwe kracht - een nieuwe visie -’ en zo verder.
Stieglitz zette hem op het spoor van de gedetailleerde abstracties, en in 1925 maakte hij zijn beroemde toiletpot-abstractie, die hij zelf vergeleek met de Nikè van Samothrace. Dit was het begin van een niet meer te stuiten produktie van schelpen, naakten, koolbladen, zandduinen, wolken, dode takken en vooral paprika's. De paprika was Westons grote liefde, elke nieuwe kreeg een speciale notitie in zijn dagboek. ‘Een paprika, maar meer dan een paprika,’ vond hij van een. ‘Deze paprika voert ons voorbij de wereld die wij kennen in ons bewustzijn.’ Een andere was voor hem behept met een ‘geïmpliceerde esoterische kracht’, en weer een andere had ‘een mystieke significantie’.
In 1941 maakte hij foto's voor een nieuwe editie van Walt Whitmans Leaves of Grass. Een paar jaar later, in 1947, werd hij getroffen door de ziekte van Parkinson die hem het fotograferen onmogelijk maakte, en hij stierf in 1958.
MH