Borreltafel
De zaak zelf lijkt in hoofdlijnen betrekkelijk simpel, maar het rapport van de Commissie geeft door een overmacht aan details prachtige doorkijkjes in de manier waarop in Washington, Tel Aviv en Teheran geregeerd wordt. Ook in dat opzicht gaat de vergelijking met Watergate op: wie, zoals ik destijds als student, de verslagen van de Senaatscommissie over Watergate las, was voorgoed van de illusie genezen dat de boven-ons-gestelden op een verhevener wijze tot beslissingen kwamen dan wij zelf aan de borreltafel. Wie zich een beetje verdiept in de huidige affaire kan even gemakkelijk gaan denken dat ook de internationale politiek beter vanuit een hoofdstedelijk café geregeld kan worden.
Sinds de val van de Sjah en de gijzeling van het Amerikaanse ambassade-personeel in Teheran vormt Iran een Amerikaanse steen des aanstoots: enige heimwee naar hun koloniale positie daar - Witte Huis stafchef Donald Regan vertelde de Commissie dat zijn genegenheid voor het land ontstaan was in de tijd dat hij voor Merill & Lynch een kantoor in Teheran opzette; invloed in die regio weg, militaire positie verdwenen, een onberekenbaar regime dat bovendien banden onderhoudt met radicale fracties in de Islamitische wereld die nog wel eens een Amerikaans staatsburger in gijzeling willen nemen. Irak wordt daarom gesteund in de slepende oorlog met Iran en de bondgenoten wordt met nadruk afgeraden wapens aan Iran te leveren. De Israeli's - belangrijkste medeplichtigen in de affaire - hebben enigszins andere belangen ten opzichte van Iran; de, zij het kleine, joodse gemeenschap in Iran; Irak als aartsvijand die de oorlog met Iran niet mag winnen; van tijd tot tijd Israelische gijzelaars of gevangenen in Libanon, al of niet indirect onder Iraanse invloed.
Via de Israeli's raakte de Amerikaanse regering betrokken bij wapenleveranties aan Iran. Dat gebeurde tegen de zin van de ministeries van Buitenlandse Zaken en Defensie, maar zoals gebruikelijk bepaalde het Witte Huis het beleid en liet zich minder aan procedures en afspraken met het Congres gelegen liggen, daarin mede gesteund door de natuurlijke voorkeur van de CIA voor geheime operaties. Bovendien telde voor Reagan, publiciteitsgevoelig als hij is, de kleine kans dat de contacten met Teheran tot vrijlating van gijzelaars kon leiden zwaar. De Amerikaanse bemoeienis beperkte zich aanvankelijk tot het aanvullen van de Israelische wapenvoorraden waaruit zij aan Iran leverden. Na verloop van tijd leek het handiger de waren direct naar de klant te brengen. De transacties werden afgehandeld binnen een ingewikkeld netwerk van tussenpersonen, bemiddelaars en Zwitserse bankrekeningen. In het rapport van de Commissie zijn ‘stroomdiagrammen’ opgenomen om de verschillende betrokkenen en bedragen overzichtelijk in kaart te brengen: ‘Khashoggi (financing)’, ‘4 post-dated checks $3 million each’, ‘Secord crew flies to Israel; false flag aircraft’, ‘Lake Recourses (Secord account)’. Voornaamste Iraanse contactpersoon was geruime tijd de (wapen)handelaar Ghorbanifar, ex-SAVAK-agent en een goede bekende van de Israeli's, maar ook een man die door diverse westerse geheime diensten keer op keer als onbruikbaar was afgewezen omdat hij geen enkele leugendetectortest kon doorstaan. ‘In essentie loog Ghorbanifar, bij wijze van onderhandelingstechniek, naar beide kanten toe,’ vertelde de CIA Chef Nabije Oosten aan de Commissie, ‘en ging dan achterover zitten om te kijken hoe wij het zouden uitvechten’.
Oliver North
david levine