Verbeter de wereld: verdeel hem in tweeën
De moeizame verhouding tussen vrouwen en technologie
Once upon the future A Woman's Guide to Tomorrow's Technology door Jan Zimmerman Uitgever: Pandora Press, 230 p., f32,50
Liesbeth Koenen
‘Verder komen er interessante geldinzamelingen. Dat geld komt ten goede aan specifiek vrouwelijke doeleinden, zoals daar zijn: een eigen universiteit, eigen tv-programma's, eigen toiletten, eigen cafés, eigen bussen, eigen trams, eigen banken in het park, et cetera, et cetera.’ grapte Ivo de Wijs in 1974 over het jaar van de vrouw dat toen nog moest beginnen. Het heeft niet geholpen. Nog steeds prediken feministen separatisme als oplossing voor de ongelijke verdeling van geld, goederen en gemoedstoestanden tussen dames en heren.
Illustraties uit The Official Computer Hater's Handbook door D.J. Arneson. Dell Paperback, 1983, importeur Van Ditmar
Een wonderlijke mengeling van zelfonderen en -overschatting ligt hieraan ten grondslag. U moet weten, de wereld zit ongeveer als volgt in elkaar: de hele geschiedenis lang hebben vrouwen nooit enige macht gehad over wat dan ook. Dat hebben ze nog steeds niet. Terwijl ze overal de helft van de bevolking uitmaakten, zijn ze altijd miskend en vertrapt door de andere helft: de mannen. Die mannen nu lijken allemaal erg op elkaar: het zijn slechteriken, en samenvattend kunnen we stellen dat ze eigenlijk niks goeds gebracht hebben. Kijk maar om u heen: overal ellende, vervuiling, atoomwapens, oorlog, allemaal veroorzaakt door mannen.
1 MILLION BYTES
Gelukkig is er een oplossing. Vrouwen moeten de macht overnemen, want vrouwen, die lijken ook allemaal erg op elkaar: die zijn zacht en goed en vooral vol gevoel, en dus kunnen ze alleen maar goede dingen brengen. Zij zullen van de aarde een paradijs maken. En wel binnenkort, althans als het aan mensen als Jan Zimmerman ligt. Zij stuurde onlangs haar boodschap in de vorm van het boekje Once upon The Future. A Woman's Guide to Tomorrow's Technology de wereld in.
Een fraaie titel die veel interessants belooft. Immers, de vaak moeizame verhouding tussen vrouwen en machines is een vreemd fenomeen dat grote consequenties heeft voor bijvoorbeeld de verdeling van werk. Op het eerste gezicht lijkt het boek daar althans over te gaan. De achterflap meldt dat Zimmerman voor ons onderzocht heeft hoe het komt dat veel vrouwen lijden onder de onzichtbare tirannie van ‘dingen’. Bovendien zal ze vertellen waarom en hoe vrouwen technologie onder de knie moeten krijgen, op alle gebieden, van genetisch onderzoek tot de manier waarop we onze steden bouwen, van de financiering tot de filosofie van wetenschap. Als medeoprichtster en -eigenares van een softwarebedrijf lijkt ze de aangewezen persoon om andere vrouwen de weg te wijzen.
Om met dat laatste maar te beginnen: bij het lezen van dit boek heb ik me herhaaldelijk afgevraagd of Zimmermans bijdrage aan Emerson & Stern Associates niet uitsluitend een financiële is geweest. De baarlijke nonsens die ze over computers durft op te schrijven, doet het ergste vermoeden. Zo las ik dat het niet lang meer zal duren of de computer berooft de mens van zijn unieke positie als enig denkend wezen. En verderop leerde ik dat de populariteit van schaakpartijen tussen mens en machine, van de neppsychiater Eliza en van allerhande ‘expertsystemen’ voor bijvoorbeeld het stellen van een medische diagnose, laten zien hoe masochistisch de mens bezig is zijn eigen geestelijke vermogens te kleineren. Voor intuïtie en inzicht is namelijk geen plaats in deze programma's, maar de mogelijkheid om die twee eigenschappen buiten de deur te zetten maakt dergelijke systemen misschien aantrekkelijk, omdat intuïtie en inzicht altijd geassocieerd zijn met vrouwen!
Wie een vraag-en-antwoordspelletje als Eliza serieus neemt, moet misschien maar eens naar een echte psychiater omzien, en wie niet zelf kan bedenken dat de eerste dokter die het in zijn hoofd haalt patiënten alleen vanachter het beeldscherm te behandelen, net zo goed meteen op kan slappen, die heeft niet veel inzicht. En wie daarbij ook nog denkt dat het allemaal een groot komplot tegen vrouwen is, beschikt over een raar soort intuïtie.
Het is jammer dat Zimmerman zo vreemd doorslaat op dit punt, want elders haalt ze een belangrijk en waar gegeven aan, namelijk dat mensen geneigd zijn om alles wat uit een computer rolt met onevenredig veel ontzag te bekijken. Feiten en cijfers zijn harder en ‘waarder’, omdat een machine ze berekend heeft. Het lijkt alleen of Zimmerman daar met haar ideeën over expertsystemen en dergelijke zelf óók intrapt. Computers maken fouten omdat mensen fouten maken. Het zijn geen magische apparaten die een eigen leven leiden, sterker nog: ze doen uitsluitend precies datgene wat je ze opdraagt. Dat besef zou iedereen die met een computer werkt moeten hebben. Zimmermans idee om het ding maar regelmatig af te zetten, lijkt me minder realistisch.
Overigens heeft ze gelijk als ze wijst op een gevaar dat aan de nieuwste ontwikkelingen kleeft: de mogelijkheid om thuis achter een terminal voor de baas te werken, zou als excuus kunnen gelden om niet voor fatsoenlijke kinderopvang te zorgen. Bovendien zou het vrouwen enorm aan huis kluisteren, met als gevolg een deprimerend gebrek aan sociale contacten. Dit alles geldt natuurlijk ook voor thuiswerkende huismannen, maar daar gaat het boek niet over.