Gedicht
Liefde on the rocks
De jongeman klauterde druipend de zee uit.
Hij had een mooi lichaam. De koningsdochter
weerstond hem niet. Liefde ontwaakte in haar.
Toen keerde hij terug naar zee en zij
naar haar maagden en het werk in huis...
Later stichtte ze een stad.
Het liedje was zo oud dat zelfs
de Franse meisjes het niet begrepen.
(Maar zij kwamen uit Straatsburg, ingesloten
door land.) Ze neurieden het nasale deuntje
en zeiden dat je in vertaling de romantiek
toch verloor, alleen de platte kant behield.
Er was uiensoep met brood en kaas erin,
geflambeerd met rum. Toen iedereen weg was,
besloten we op te ruimen. Het meisje
deed haar balletschoentjes aan, liet één voet
rusten op de andere en begon de borden
af te wassen. - Ik kreeg een vaatdoek.
Uit: Nachten in het ijzeren hotel door Michael Hofmann. Vertaling Adrienne van Heteren en Remco Campert. De Bezige Bij, f 24,50