Vrij Nederland. Boekenbijlage 1986
(1986)– [tijdschrift] Vrij Nederland– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 2]
| |
Diny SchoutenUitgevers zitten niet stil en het gevolg is dat de stoel die zij bezetten niet steeds dezelfde is. Twaalf maanden uitgeefactiviteiten in 1986 leveren een nieuwe groepsfoto op die over een jaar ook wel weer een momentopname zal blijken te zijn. Uitgever Jan Geurt Gaarlandt verliet in januari Unieboek. Van zijn nieuwe uitgeverij Balans staan inmiddels twee titels op de (december)hitlijsten, waarvan slechts één Hillesum-titel. In april werd Julien Weverbergh wegens veronderstelde malversaties ontslagen als directeur van de Antwerpse vestiging van Elsevier-Manteau. Weverbergh begon dezelfde maand nog met een nieuwe uitgeverij H, waarvoor Wim Hazeu van uitgeefgroep Combo hem onderdak verleende. In mei constateerde het bestuur van Feministische uitgeverij Sara plotseling grote verliezen, waarna (financieel) directeur An Dekker op staande voet ontslag nam. Alreeds in oktober werden de eerste vier titels van Uitgeverij An Dekker gepresenteerd; de verdubbeling van het aantal vrouwenuitgeverijen leverde ook een verdubbeling van het aantal vrouwenagenda's op. Twee uitgevers werden eigenaar van hun eigen uitgeverij. Joos Kat nam de (tachtig-jarige) Wereldbibliotheek over van Becht/De Bussy, en Joost Bloemsma werd eigenaar van Het Spectrum, dat (precies vijftig jaar geleden) opgericht werd door zijn vader, A.H. Bloemsma (73). Bij Het Spectrum is volgens mededelingen van Bloemsma jr. de zaak winstgevend, al werden daarvoor (in januari) veertig mensen ontslagen en waren er veertig trucks-met-oplegger nodig om de overproduktie van 2700 titels weg te rijden naar de verpulper. Stabo/All Round uit Groningen ging failliet. Voor uitgeverij Sara daarentegen is er hoop: de surséance van betaling is verlengd tot volgend jaar augustus. Een oplossing voor de financiële moeilijkheden werd gezocht in overname door Veen/Luitingh/Kosmos/Contact, maar die vrijage is uit. De deur is weliswaar niet definitief dichtgeslagen, zegt Veen-directeur Bert de Groot, maar Sara prefereert haar zelfstandigheid, eventueel door de stichtingsvorm op te heffen en door uitgifte van aandelen. De financiële problemen van uitgeverij Kwadraat werden opgelost door aansluiting bij het schoolboekenconcern Versluys. De spectaculairste overnames waren die van M & P Boeken in Weert. Directeur Malherbe van M & P werd dit jaar Nederlands grootste fictie-uitgever door de aankoop van het bellettristisch fonds van Elsevier. Bij de overname waren ook de ‘imprints’ Van Goor, Manteau-Amsterdam en Thomas Rap betrokken. Het voormalig fonds van Elsevier (populaire fictie) wordt nu voortgezet onder de naam De Boekerij en Amber. Malherbe regeert zijn concern volgens de verdeel- en heersmethode: De Boekerij moet concurreren tegen het populair-bellettristisch fonds van Unieboek, dat eind vorig jaar door M & P werd overgenomen. Malherbe had opmerkelijk weinig belangstelling voor het non-fictiefonds van Elsevier, dat Elsevier niettemin toch graag kwijt wil. Het gerucht dat het stilletjes is verkocht aan boekengigant Bertelsmann wordt ten stelligste ontkend door Elsevier-directeur Norbert van den Berg. Dat Elsevier onderhandelt over de afstoting van sommige sectoren als de sport-, huisdierenen wijnboeken, wil Van den Berg niet gezegd hebben, ‘maar de verhalende geschiedenis, de Kronieken van de Mensheiden de Kramers woordenboeken willen we niet kwijt.’
De literair geïnteresseerde lezer kan kiezen uit minstens vijftien literaire tijdschriften van naam, faam of minstens allure: Bzzlletin, De Gids, De Held, Hollands Maandblad, Literatuur, Lust & Gratie, Maatstaf, Nieuw Wereld Tijdschrift, Het Oog in 't Zeil, Optima, Raster, De Revisor, Tirade, De Tweede Ronde, en De Wolfsmond. Er zijn er dit jaar drie bijgekomen. Kort geleden het literaire homotijdschrift Traces van uitgeverij De Woelrat. Van de oorspronkelijk gedachte naam Sporen is afgezien vanwege de associaties met Tussen de Rails. Sic uit Tilburg (vier nummers verschenen) is een stichting, door vijf neerlandici ‘uit literaire bevlogenheid’ zelf gefinancierd, zegt redacteur Peter IJzenbrant. Het onderscheidt zich van het andere tijdschrift van neerlandici. Literatuur, door niet alleen ‘secundaire’ maar ook ‘primaire’ teksten op te nemen. Géén poëzie: ‘Daarmee raakt onze brievenbus verstopt, maar er zit niks bij wat kwaliteit heeft.’ De naam zou niet alleen op sic transit gloria mundi (‘zo vergaat de grootheid van de wereld’) maar ook op sic itur ad astra (‘zo geraakt men tot eer en roem’) kunnen slaan, zegt IJzenbrant. Ook Het Moment, uitgegeven door Meulenhoff, is nieuw. Het verschijnt in boekvorm. Daarin lijkt het op Randstad (1961-1969), waarvan het volgens Laurens van Krevelen de opvolger wil zijn: internationaal en vernieuwend. De Held blijkt in moeilijkheden te zijn geraakt. Het geld was op, zegt Howard Krol, en de overheidssubsidie bleek zoveel te zijn ‘als goed was voor een kopje koffie’. Er zou deze maand een nummer hebben moeten verschijnen, maar dat dat niet gebeurd is zal worden goedgemaakt met een dubbelnummer in januari/februari. Een samenwerking met uitgeverij In de Knipscheer is de redding van het tijdschrift. Over de inhoudsformule bestaat onder de redacteuren geen overeenstemming. ‘We schuwen het academische,’ is volgens Krol het algemene gevoelen. Hij zelf staat alleen in zijn (van Theo van Doesburg geleende) ideaal: ‘een bonbon gevuld met dynamiet’. De Wolfsmond van uitgeverij Tabula verdwijnt. Uitgever Jeroen Koolbergen brengt binnenkort het afscheidsnummer uit, dat juist een Inspiratienummer zal heten.
Auteurs van literaire en nietliteraire boeken worden deze maand verblijd met een bijschrijving op hun giro: de langverbeide leenrechtvergoeding. Van het ‘normbedrag’ van f3,95 per uitlening krijgen ze zeven tiende uitgekeerd, de uitgever krijgt er drie tiende van. De f2,75 voor de auteur per uitlening zal in de regel meer zijn dan de tien procent van de verkoopprijs die ze van hun uitgever als honorarium kregen; de bedragen blijken werkelijk een aangename verrassing te zijn. Wel is er een maximum, van f8000, - per auteur. Een lijst van wie dat bedrag toucheren zou een interessante alternatieve toptien kunnen opleveren. Bij WVC echter schrikt het hoofd Directie bibliotheekwerk Van Geffen terug voor het bekendmaken van die zéér private gegevens. Maar we mogen toch ook weten welke bedragen aan, bijvoorbeeld, literaire prijzen zijn verbonden, en de subsidies aan schrijvers zijn toch óók niet geheim? Die gedachte is nieuw, en Van Geffen zal de vraag ‘meenemen’ in een intern beraad over de kwestie, waarvan de uitslag moet worden afgewacht. Ook de vraag naar welke vijf bibliotheken betrokken zijn bij de steekproef waar de begeleidende brief aan de auteurs van rept, kan niét worden beantwoord. Weet het Nederlands Bibliotheek- en Lectuurcentrum (NBLC), het dan misschien? Nee, men is daar ook zéér benieuwd naar de gegevens. De NBLC komt tot zeven bibliotheken waarvan te vermoeden valt dat ze lang genoeg geautomatiseerd zijn om de benodigde uitleenfrequenties aan WVC te kunnen verstrekken. Maar Rotterdam, Almelo en Schiedam, Bussum en Zeist blijken niet betrokken te zijn geweest bij het onderzoek, óf omdat de software er niet op berekend was (Schiedam, Almelo, Zeist), óf omdat de gegevens wel beschikbaar waren, maar WVC na een eerste verzoek niets meer van zich liet horen (Rotterdam en Bussum). In Rotterdam vraagt men zich af ‘of WVC de gegevens niet uit zijn duim zuigt’, wat des te schrijnender zou zijn, omdat de bibliotheken binnenkort een rekening van tweeënhalf miljoen gulden kunnen verwachten: hun bijdrage aan de leenrechtvergoeding. Maar Den Bosch deed dan toch mee aan het onderzoek. De uitdraaien zijn echter weggestuurd, waardoor de directie helaas niets kan zeggen over de aard van de gegevens. De bibliotheek van Baarn, eveneens betrokken bij de steekproef, blijkt de enige te zijn die dat wel kan. Directeur De Bruin heeft de beschikking over uitleenfrequenties per genre, zodat er tenminste enige veronderstellingen gedaan kunnen worden. Die uitleenfrequentie per boek heeft een ‘overall’ gemiddelde van zeven. Non-fictie boeken zitten eronder, met vier, de literaire romans zitten met negen daarboven. Maar vele malen hoger scoren de ‘niet-literaire romans’, zoals De Bruin ze noemt: familieromans (29), streekromans (25), ziekenhuisromans (21), avonturenromans, spanning en thrillers (21). De collectie bevat 30% literaire romans, verdedigt de directeur zich bij voorbaat tegen het verwijt dat de bibliotheken uitsluitend streekromans uitlenen. En Maarten 't Hart kan het nog best winnen van J. Visser-Roosendaal, want de gegevens zeggen alleen iets over de genres en de auteurs, niets over het aantal uitleningen per titel. De opmerking stemt tot nadenken voor wie de leenrechtvergoeding eigenlijk bedoeld was. Ook De Bruin verbaast zich erover hoe WVC het aantal uitleningen per titel kan berekenen. Verbazingwekkender is nog dat twee bibliotheken representatief worden geacht voor 1205 ‘zelfstandig gevestigde’ bibliotheken, honderd bibliobussen niet meegerekend. Maar er is hoop op openbaarheid van bestuur: Van Geffen belooft op korte termijn een persconferentie. |
|