Geen tekstverwerker!
Kees van Kooten
R. uitgezonderd, bezitten al mijn schrijvende vrienden nu een Tekstverwerker. Een Tekstverwerker is een Computer met een Toetsenbord, een Beeldscherm en een Printer.
Ik hoop dat ik de apparatuur aldus duidelijk voor u heb omschreven, maar waarschijnlijk is dat niet eens nodig - het zit er dik in dat ook ú reeds de trotse en knappe bezitter van een Tekstverwerker bent! Straks heeft iedereen een Tekstverwerker, behalve ik! Waarom wil ik geen Tekstverwerker hebben? Is dat aanstellerij van mij? Computerangst? Kinderlijk gekoketteer met mijn technisch onvermogen? Wil ik, in een mengeling van alfapoch en bêtabang, soms graag de indruk maken dat ik een bedaagde en ouderwets gedegen Stijl van Leven heb waarbinnen geen Digitaal wordt gesproken? Nee, dat klopt niet. Daar is mijn weren van moderniteiten te weinig consequent voor. Was ik soms nog af met de hand? Onzin: in de machine met die vuile hap. Sta ik nog altijd op uit mijn stoel wanneer ik bij het televisiekijken van kanaal wil wisselen? Allesbehalve: ik heb afstandsbediening. Mijn citrusvruchten pers ik elektrisch, houtwerk schuur ik machinaal en ook mij scheren doe ik via het stopcontact. Ik bezit een elektronische rekenmachine, een Magnetron-oven en een CD-platenspeler. In de gang, naast het toilet, heb ik uit een oogpunt van besparing, een zelfdenkende lichtschakelaar gemonteerd, zodat de lamp in ons halletje tien minuten blijft branden, waarna hij het voor gezien houdt totdat je opnieuw de knop indrukt.
Je kunt dus niet zeggen dat ik geen deel heb aan het Moderne Leven en zijn tientallen tot ons genoegen bedachte gemakken. Maar een Tekstverwerker wil er bij mij maar niet in. En ik wist maar niet waarom eigenlijk niet, want al mijn vrienden waren wild-enthousiast. En sinds het bezit van hun Tekstverwerkers schrijven ze meer en beter dan ooit, constateer ik met afgunst - dat beeldscherm waarop al je gedachte woorden zich groen aaneenrijgen schijnt buitengewoon stimulerend en inspirerend te werken. In het begin hoopte ik nog dat dit nieuwigheid was en dat hun geestdrift wel snel zou slijten, maar nu, maanden later, zie ik dat mijn schrijvende vrienden nog steeds aanstekelijk in de ban van het beeldscherm zijn. Dat we hier, in de Macluhaneske terminologie, met een Hot Medium van doen hebben, werd al wel bewezen door mijn vriend P., die zelfs een paar dagen eerder van zijn vakantie terugkeerde omdat hij het daar, zonder Tekstverwerker, niet langer uithield.
De gevoelsafstand tussen een woord op papier en dat zelfde woord op het beeldscherm, lijkt mij ongeveer gelijk te zijn aan het warmteverschil tussen een foto en een bewegend video- of televisiebeeld. Toch wilde ik geen Tekstverwerker. Ik kan er niet mee omgaan! riep ik; daar ben ik gewoon te dom en te zenuwachtig voor! Ik begin al te transpireren bij het lezen van de Gebruiksaanwijzing! Onzin! riepen mijn schrijvende vrienden; je moet er niet zo bang voor zijn want in één middag heb je het door en dan heb je in feite niets meer of minder dan de perfecte typemachine! Nooit meer corrigeren met Typ-ex, geen Carbonpapier meer nodig, geen vieze vingers meer van het typelint wisselen! Je verbetert je teksten op het schermpje, net zolang tot er staat wat er staan moet en pas dan geef je je machine opdracht om je tekst te printen. Kijk maar: zo. En met een hand steunend op de leuning van hun commandostoel volg ik de zoveelste demonstratie, knorrend van bewondering; precies zoals ik pianisten op hun vingers sta te kijken, hangend op een hoek van de vleugel. En je kunt hem bij voorbeeld zo programmeren dat al je correspondentie er uniform uitziet, gnuifden mijn vrienden. Alle brieven hun vaste indeling en kadrering. Maar de enveloppen dan? vroeg ik slim; hoe betik je dan de enveloppe? Want de tekst rolt op speciale vellen uit de printer, maar een enveloppe of ander papiertje kun je er dus niet insteken, in je Tekstverwerker. Nee, dat was waar en daar moesten ze mij dan gelijk in geven, maar dat bezwaar viel volkomen weg tegen de mogelijkheid om, ik noem maar wat, al je teksten te bewaren. Saven heet dat en dat gaat op Floppy Discs. En wil je weten wat je toen op hebt geschreven, dan steek je gewoon de betreffende Floppy ergens in en dan roep je je tekst op en die floept dan op je beeldscherm. Dus na aanschaf van een Tekstverwerker zou ik al mijn pakken papier met oude teksten moeten overzetten op Floppy Discs? Eigenlijk wel ja, als ik het
helemaal goed wilde doen.
Ik dacht aan die honderden oude vellen met hun onderlinge kleurverschillen, jaarringen en gradaties van verschotenheid. Op sommige staan belangrijke telefoonnummers en adressen in de marge. Op andere prijken dierbare koffiekringen en ik weet nauwkeurig uit mijn blote hoofd welke teksten dat zijn. Ik kan ze oproepen door een van mijn bergladen open te trekken en door de inhoud te bladeren. Wanneer ik al die oude teksten overtik en op floppy zet en mijn oude papieren verscheur, heb ik het gevoel dat ik mijn teksten de ruimte in stuur - ze zijn er nog wel, maar eigenlijk niet. Ze zijn niet langer tastbaar, maar ze zweven ergens rond. En al behoor ik niet langer tot de kaste van goedgelovigen die denkt dat hun saldo van f265,45 ergens bij de bank bewaard wordt in een doosje waar hun naam op staat en waar exact f265,45 in zit - als straks de Floppy Discs worden vervangen door CD-schijven, waar duizendmaal zoveel informatie opkan en die eraan schijnen te komen; mijn hemel, dan heb ik het gevoel dat mijn oude woorden ergens in de Melkweg cirkelen.
Begrijpt u wat ik probeer te formuleren? Ik tracht hartstochtelijk te rechtvaardigen dat ik niet tot de aanschaf van een Tekstverwerker zal overgaan. De reden dat ik dit niet doe is Angst en die Angst is gegrond op mijn zelfkennis; ik zal niet met een Tekstverwerker overweg kunnen. En omdat ik best weet dat die onnozelheid in wezen een vorm van luiheid s, sprong ik jongstleden donderdag een ouderwets gat in de lucht toen ik eindelijk een gerede grond voor mijn instinctieve afkeer van de Tekstverwerker vond. Dit is mijn excuus: als ik zit te tikken op deze (elektrische!) machine en even niet weet hoe ik verder moet, dan kijk ik op van het papier en richt ik mijn vertwijfelde blik recht vooruit - op de wand achter mijn bureau. Daar hangt een permanente collectie van persoonlijke foto's, knipsels en kindertekeningen. Welnu - op die manier wegdwalen, in het vertrouwde niets kijken en bidden om inspiratie, lukt niet met een Tekstverwerker! Het beeldscherm neemt je hele uitzicht in beslag! Als je wilt zien wat er voor je (dus achter de Tekstverwerker) op de muur hangt, dan moet je je stoel achteruit schuiven, recht overeind gaan staan, eroverheen kijken en weer gaan zitten. En omdat ik per A4-vel gemiddeld twintig maal op- en peinzend voor mij uit kijk en ik nu te oud ben om nog wat te versleutelen aan die ingesleten motoriek, kan ik de aanschaf van een Tekstverwerker niet riskeren. Deed ik het wel, dan zou, om maar iets te noemen, de tekening die mijn dochter Kim op vijfjarige leeftijd voor mij maakte, voorgoed uit het gezichtsveld van mijn schrijven verdwijnen:
Vandaar.
© Humo