Bonte anekdotiek
Afscheid van het voorbereidend leven door Hendrik Stoute Uitgever: De Bezige Bij, 98 p., f24,50
Koos Hageraats
Na een reis naar Afrika verbleef Hendrik Stoute, voor hij terugkeerde naar Europa, één seizoen op de Canarische eilanden waar hij leefde te midden van de straathandelaars. Hij schrijft over dit verblijf tussen twee werelddelen in Afscheid van het voorbereidend leven, zijn tweede boek na Verschijnselen. Geënt op de melancholische toonzetting van de blues schetst hij een beeld van de wijze waarop vrijwillig en minder vrijwillig ontheemden zich op het eiland proberen te handhaven door de verkoop van prullaria aan massatoeristen.
Zijn poëtica formuleert Stoute als volgt: ‘Verbeelding laat zich niet in woorden vangen. Misschien is 't elke daad die oplucht en vertrouwen geeft. Op de lange duur. De omarming van het gewone. Geen verschil tussen afwas en verzen. Zelfde wonder. Dat te zien is een daad van kreatieve verbeelding.’ Van reflecties en beschouwingen moet hij dan ook niet veel hebben (het motto van het boek geeft dat al aan); liever beschrijft hij de bontgekleurde werkelijkheid van de straathandel. Deze opvatting biedt hem tegelijkertijd de ruimte om de anekdotisch beschreven observaties van de werkelijkheid te laten vervloeien in lyrische beschrijvingen van hallucinerende belevingen. Daarmee volgt Stoute eenzelfde opzet als in zijn debuut Verschijnselen, zij het dat de nadruk in Afscheid van het voorbereidend leven veel sterker op de anekdote ligt.
Het boek bevat enkele gedreven passages maar is als geheel niet geslaagd. De compositie vertoont net zo weinig ontwikkeling als de werkelijkheid die beschreven wordt, de reflecties en beschouwingen waar hij zich zijns ondanks met een zekere regelmaat aan overgeeft, doen nogal puberaal aan, en er komt een hinderlijke hoeveelheid grammaticale en stilistische fouten in voor. Een wat fijngetander stofkam zou voor dit laatste onderdeel beslist geen luxe geweest zijn.
■