Stephen King
Vervolg van pagina 11
griezelverhalen riskant; het gaat al gauw ten koste van de suggestieve kracht. ‘The Mist’ levert daarvan een schoolvoorbeeld. Aan het slot van het verhaal fluistert de vader zijn slapende zoon twee woorden in het oor. In Dark Forces eindigt het met: ‘Two words that sound a bit alike. One of them is hope.’ (Twee woorden die een beetje op elkaar lijken. Een ervan is hoop.) Dat laat de lezer de ruimte om het tweede woord zelf te bedenken. Niet onaannemelijk is bijvoorbeeld, dat het gefluisterde ‘No hope’ luidt. In Skeleton Crew is het slot veranderd in: ‘One of them is Hartford. The olher is hope.’ Ernstiger dan de constatering dat die woorden helemaal niet op elkaar lijken, is het bezwaar dat er zo voor de lezers niets in te vullen blijft.
Wie zo veel boeken verkoopt als Stephen King de afgelopen twaalf jaar, zal zich wel eens afvragen in hoeverre het publiek op den duur alleen nog op de naam van de auteur af gaat. En zal ook wel eens in de verleiding komen dat te toetsen. King kon dat doen, omdat hij immers nog ettelijke ongepubliceerde manuscripten uit zijn beginperiode had liggen (bovendien heeft hij al materiaal voor jaren vooruit liggen, maar zijn uitgeverij wil de markt niet overvoeren).
Tussen 1977 en 1984 bracht hij derhalve vijf romans op de markt onder het pseudoniem Richard Bachman. Van het begin af bereikten hem brieven met de vraag of hij Bachman was, en zijn antwoord was ‘de eenvoud zelve: ik loog’. Bachmans verkoopcijfers zullen voor Stephen King niet echt opwekkend geweest zijn: van het vijfde boek, Thinner (als De vervloeking verschenen bij Bruna), werden uiteindelijk zo'n 28.000 exemplaren verkocht. Een slimme lezer bracht de ware identiteit van de auteur aan het licht en toen eenmaal de naam Stephen King op het omslag stond, werden er van Thinner 280.000 exemplaren verkocht.
De eerste vier romans van Richard Bachman, tevens de vier allereerste van King, werden gebundeld tot The Bachman Books en vertaald als 4 x Stephen King. Het zijn geen griezelromans - alleen Thinner valt onder die noemer -, maar ze vertonen wel onmiskenbaar het King-stempel. Het zijn spannende verhalen, die zich bij uitstek voor de vakantie, het weekend of de kleine uurtjes lenen. King noemt in zijn inleiding - hij is gek op het schrijven van inleidingen - Rage (Razernij) de beste van de vier, en niet ten onrechte. Er werd aan begonnen in 1966, door de middelbare scholier maar het is ongetwijfeld nog eens ‘door de machine gehaald’ door de best-sellerauteur King, evenals de andere drie.
Wie zich wil verdiepen in het fenomeen King kan, behalve in Danse Macabre, terecht in Fear itself. The horror fiction of Stephen King. Het bevat, behalve een lang stuk van de meester zelf, een stuk of tien essays, onder meer over de mythologische thema's in zijn werk, zijn plaats in de horrortraditie en de films die naar zijn boeken gemaakt zijn. Wie zich liever tot het werk zelf beperkt, kan in november Het, de vertaling van It, tegemoetzien. De King-industrie zal voorlopig nog wel even op volle toeren blijven draaien.
■