De rituele vlucht
Een ‘rite de passage’ is een symbolische handeling die de overgang markeert van - bijvoorbeeld - adolescentie naar volwassenheid. Zij kan alle vormen aannemen, maar één ervan is die van een ‘vlucht’ naar het buitenland. Wie niet precies weet wat hij na de middelbare school wil gaan doen, of de beslissing uit wil stellen, dan wel een sterke drang voelt om eerst eens een beetje rond te kijken in de wereld, maakt zich uit de voeten en duikt voor een maand, drie maanden of langer onder in Zuid-Frankrijk, Marokko, de Schotse Hooglanden, Zuid-Amerika en komt gelouterd terug door de ontberingen, de avonturen, het geldgebrek, de nieuwe ervaringen. Sander Hohage was iemand die op deze manier een tijdje Nederland ontvluchtte. Hij belandde op de Amanda-eilanden bij India, raakte verstrikt in de Indiase bureaucratie en werd verdreven van een eiland waar mensen in de primitiefste omstandigheden leefden. Hij schreef er het boek Het wilde paradijs over met de journalist Marcel Haenen. In deze Boekenbijlage schrijven vier auteurs over hún rituele reis in een periode van hun leven die al ver achter hen ligt: Adriaan Morriën, Tim Krabbé, Philip Mechanicus en Gerben Hellinga.